Hoe actueel is Mattheüs 24 ?
Mattheüs 24 gaat over het einde aller dingen.
Ter inleiding.
Matt.24:1-2
Matt.24:3
Ter inleiding.
Van harte welkom bij de Bijbelstudie van het 24ste hoofdstuk van het Bijbelboek Mattheüs. Dit hoofdstuk kunt u zien als één van de sleutels in het verstaan van alle Bijbelse profetie in de Bijbel. Wij zouden de Bijbel in Zijn geheel zien als het profetisch Woord, waarvan Petrus zegt dat je er van op aan kunt. Het is niet wankelbaar.
2 Petr 1:19:” En wij hebben het profetische woord, dat zeer vast is, en gij doet wel, dat gij daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte, en de morgenster opga in uw harten”.
Petrus legt vervolgens uit dat u er goed aan doet, om op dat profetische woord acht te slaan. Dat lukt u niet met lezen, maar met het bestuderen van het Woord. Het resultaat is dat, dat wat nu nog donker is en wij niet begrijpen, licht zal worden. En met deze kennis de Blinkende Morgenster, Christus, u verlicht in uw hart, dan wel daar Zijn woning maakt.
Of zoals Johannes het verwoord:
Joh 5:39:” Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben; en die zijn het, die van Mij getuigen”.
Daarom doen wij er goed aan om de Bijbel te bestuderen. Het is het Boek dat ons kennis geeft over Gods plan met Zijn schepping. Want als God spreekt, spreekt Hij doorgaans over toekomstige zaken. Daarom mogen we de Bijbel, het profetisch woord noemen.
Jes.44:7:” En wie zal, gelijk als Ik, roepen en het verkondigen, en het ordentelijk voor Mij stellen, sedert dat Ik een eeuwig volk gesteld heb? en laat ze de toekomstige dingen, en die komen zullen, hun verkondigen”.
Ter inleiding.
Matt.24:1-2
Matt.24:3
Ter inleiding.
Van harte welkom bij de Bijbelstudie van het 24ste hoofdstuk van het Bijbelboek Mattheüs. Dit hoofdstuk kunt u zien als één van de sleutels in het verstaan van alle Bijbelse profetie in de Bijbel. Wij zouden de Bijbel in Zijn geheel zien als het profetisch Woord, waarvan Petrus zegt dat je er van op aan kunt. Het is niet wankelbaar.
2 Petr 1:19:” En wij hebben het profetische woord, dat zeer vast is, en gij doet wel, dat gij daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte, en de morgenster opga in uw harten”.
Petrus legt vervolgens uit dat u er goed aan doet, om op dat profetische woord acht te slaan. Dat lukt u niet met lezen, maar met het bestuderen van het Woord. Het resultaat is dat, dat wat nu nog donker is en wij niet begrijpen, licht zal worden. En met deze kennis de Blinkende Morgenster, Christus, u verlicht in uw hart, dan wel daar Zijn woning maakt.
Of zoals Johannes het verwoord:
Joh 5:39:” Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben; en die zijn het, die van Mij getuigen”.
Daarom doen wij er goed aan om de Bijbel te bestuderen. Het is het Boek dat ons kennis geeft over Gods plan met Zijn schepping. Want als God spreekt, spreekt Hij doorgaans over toekomstige zaken. Daarom mogen we de Bijbel, het profetisch woord noemen.
Jes.44:7:” En wie zal, gelijk als Ik, roepen en het verkondigen, en het ordentelijk voor Mij stellen, sedert dat Ik een eeuwig volk gesteld heb? en laat ze de toekomstige dingen, en die komen zullen, hun verkondigen”.
In Bijbels Optiek
Wij doen er goed aan om de Bijbel te bestuderen. Het is het Boek dat ons kennis geeft over Gods plan met Zijn schepping. Want als God spreekt, spreekt Hij doorgaans over toekomstige zaken. Daarom mogen we de Bijbel, het profetisch woord noemen.
Matt.24:1-2
De eerste verwijzing naar Daniël 9.
Matt.24:1:” En Jezus ging uit en vertrok van den tempel; en Zijn discipelen kwamen bij Hem, om Hem de gebouwen des tempels te tonen”.
Matt.24:2:” En Jezus zeide tot hen: Ziet gij niet al deze dingen? Voorwaar zeg Ik: Hier zal niet een steen op den anderen steen gelaten worden, die niet afgebroken zal worden”.
Het is goed om te weten, dat dit hoofdstuk zich afspeelt vòòr de dood en Opstanding van onze Heer. Daarmee is gezegd, dat Jezus hier nog niet de Christus is en dus ook nog niet de Zoon van God. Want de titel “Zoon van God”, kreeg Hij op grond van Zijn Opstanding uit de dood (Hand.13:33, Hebr.1:5; 5:5). Zijn aanspreektitel is dus: Here Jezus.
Matt.24:1-2
De eerste verwijzing naar Daniël 9.
Matt.24:1:” En Jezus ging uit en vertrok van den tempel; en Zijn discipelen kwamen bij Hem, om Hem de gebouwen des tempels te tonen”.
Matt.24:2:” En Jezus zeide tot hen: Ziet gij niet al deze dingen? Voorwaar zeg Ik: Hier zal niet een steen op den anderen steen gelaten worden, die niet afgebroken zal worden”.
Het is goed om te weten, dat dit hoofdstuk zich afspeelt vòòr de dood en Opstanding van onze Heer. Daarmee is gezegd, dat Jezus hier nog niet de Christus is en dus ook nog niet de Zoon van God. Want de titel “Zoon van God”, kreeg Hij op grond van Zijn Opstanding uit de dood (Hand.13:33, Hebr.1:5; 5:5). Zijn aanspreektitel is dus: Here Jezus.
In Bijbels Optiek
Als de Here Jezus met Zijn discipelen op het tempelplein is, wijst Hij op de gebouwen op het plein en zegt dat geen steen op de andere gelaten zal worden.
Het begint met een mooi beeld, namelijk de Here alleen met Zijn discipelen. En ook nu weer zien we de Here Jezus in de rol van de Meester Die Zijn leerlingen onderwijst. De titel “Meester” ter aanduiding van de Here komt toch wel zo’n 40 keer voor, dat u het maar even weet.
Het zijn de discipelen die de Here Jezus meenemen, om Hem de gebouwen van de tempel te laten zien, wat de aanleiding van de Here Jezus is om Zijn uitspraak van dagen eerder nogmaals onder de aandacht te brengen. Want niet zo heel lang voor dit moment vond de zogenoemde “Intocht in Jeruzalem” plaats. Nou, intocht… Volgens mij is de Here die dag de stad niet ingegaan hoor. Leest u dat zelf maar eens.
Maar wat de Here Jezus als eerste zegt in Matt.24 is dit:
“Ziet gij niet al deze dingen? Voorwaar zeg Ik: Hier zal niet een steen op den anderen steen gelaten worden, die niet afgebroken zal worden.”
Diezelfde woorden sprak de Here Jezus, bij het naderen van Jeruzalem, tegen de stad zelf. Wij zouden Jeruzalem hier als een persoon mogen zien.
Luk.19:41:” En als Hij nabij kwam, en de stad zag, weende Hij over haar,
42 :Zeggende: Och, of gij ook bekendet, ook nog in dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede dient! Maar nu is het verborgen voor uw ogen.
43 Want er zullen dagen over u komen, dat uw vijanden een begraving rondom u zullen opwerpen, en zullen u omsingelen, en u van alle zijden benauwen;
44 En zullen u tot den grond nederwerpen, en uw kinderen in u; en zij zullen in u den enen steen op den anderen steen niet laten; daarom dat gij den tijd uwer bezoeking niet bekend hebt”.
De Here Jezus sprak deze woorden op “dezen uw dag”, namelijk de allerlaatste dag van de periode van 69 weken van de 70 weken. Dat is de profetie van Daniël 9 over “de 70 weken”. Ik hoop dat u bekend bent met deze profetie. Kort gezegd: er zijn nu 7 en 62 weken de revue gepasseerd. Deze telling eindigde exact, op de dag precies, bij de intocht in Jeruzalem. De Here Jezus zal later in dit hoofdstuk ons nogmaals, maar dan nog veel duidelijker wijzen op deze profetie uit Daniël 9. Kortom, belangrijk.
Maar als de Heer begint met Zijn woorden te herhalen, wil dat zeggen dat Hij zal verduidelijken, dat wat Daniël de profeet gesproken heeft. Deze woorden over de verwoesting van de stad Jeruzalem, zijn de verwijzing naar:
Dan.9:26:” …en tot het einde toe zal er krijg zijn, en vastelijk besloten verwoestingen”.
Dan.9:27” …ook tot de voleinding toe, die vastelijk besloten zijnde, zal uitgestort worden over den verwoeste”.
Het begint met een mooi beeld, namelijk de Here alleen met Zijn discipelen. En ook nu weer zien we de Here Jezus in de rol van de Meester Die Zijn leerlingen onderwijst. De titel “Meester” ter aanduiding van de Here komt toch wel zo’n 40 keer voor, dat u het maar even weet.
Het zijn de discipelen die de Here Jezus meenemen, om Hem de gebouwen van de tempel te laten zien, wat de aanleiding van de Here Jezus is om Zijn uitspraak van dagen eerder nogmaals onder de aandacht te brengen. Want niet zo heel lang voor dit moment vond de zogenoemde “Intocht in Jeruzalem” plaats. Nou, intocht… Volgens mij is de Here die dag de stad niet ingegaan hoor. Leest u dat zelf maar eens.
Maar wat de Here Jezus als eerste zegt in Matt.24 is dit:
“Ziet gij niet al deze dingen? Voorwaar zeg Ik: Hier zal niet een steen op den anderen steen gelaten worden, die niet afgebroken zal worden.”
Diezelfde woorden sprak de Here Jezus, bij het naderen van Jeruzalem, tegen de stad zelf. Wij zouden Jeruzalem hier als een persoon mogen zien.
Luk.19:41:” En als Hij nabij kwam, en de stad zag, weende Hij over haar,
42 :Zeggende: Och, of gij ook bekendet, ook nog in dezen uw dag, hetgeen tot uw vrede dient! Maar nu is het verborgen voor uw ogen.
43 Want er zullen dagen over u komen, dat uw vijanden een begraving rondom u zullen opwerpen, en zullen u omsingelen, en u van alle zijden benauwen;
44 En zullen u tot den grond nederwerpen, en uw kinderen in u; en zij zullen in u den enen steen op den anderen steen niet laten; daarom dat gij den tijd uwer bezoeking niet bekend hebt”.
De Here Jezus sprak deze woorden op “dezen uw dag”, namelijk de allerlaatste dag van de periode van 69 weken van de 70 weken. Dat is de profetie van Daniël 9 over “de 70 weken”. Ik hoop dat u bekend bent met deze profetie. Kort gezegd: er zijn nu 7 en 62 weken de revue gepasseerd. Deze telling eindigde exact, op de dag precies, bij de intocht in Jeruzalem. De Here Jezus zal later in dit hoofdstuk ons nogmaals, maar dan nog veel duidelijker wijzen op deze profetie uit Daniël 9. Kortom, belangrijk.
Maar als de Heer begint met Zijn woorden te herhalen, wil dat zeggen dat Hij zal verduidelijken, dat wat Daniël de profeet gesproken heeft. Deze woorden over de verwoesting van de stad Jeruzalem, zijn de verwijzing naar:
Dan.9:26:” …en tot het einde toe zal er krijg zijn, en vastelijk besloten verwoestingen”.
Dan.9:27” …ook tot de voleinding toe, die vastelijk besloten zijnde, zal uitgestort worden over den verwoeste”.
In Bijbels Optiek
De profeet Daniël bad dagelijks voor het open raam van zijn huis tot de God van Israël, Yahweh, om van Hem de wijsheid en de kracht te ontvangen om in den vreemde staande te blijven in de stad Babel. Hij ontvangt van God de openbaring over de toekomende dingen, die dichtbij en in de verre toekomst met de wereld zullen gebeuren.
De eerste vervulling van de woorden van de Here Jezus in Matt.24 over de verwoesting van Jeruzalem, vond plaats in het jaar 70 van onze jaartelling. Jeruzalem is inmiddels herbouwt zoals u weet en zal wederom verwoest worden, want die conclusie zouden we moeten trekken uit Daniëls woorden, met de strekking: “tot het einde toe” en “tot de voleinding toe”.
Matt.24:3
Van de oorsprong kijkend naar de ondergang.
Matt.24:3:” En als Hij op den Olijfberg gezeten was, gingen de discipelen tot Hem alleen, zeggende: Zeg ons, wanneer zullen deze dingen zijn, en welk zal het teken zijn van Uw toekomst, en van de voleinding der wereld?”
De Olijfberg ligt volgens Zacharia14:4 voor Jeruzalem, namelijk ten oosten van de stad. De typologische betekenis van het oosten, is de oorsprong der dingen, verwijzend naar de Schepper, Die de mens plantte in de hof van Eden (Gen.2), dat ten oosten van Kanaän ligt. De mens heeft haar oorsprong vanuit het oosten. En omdat het begin ligt in het oosten, komt de zon ook op van uit het oosten. Daar begint het.
Zo ook deze belangrijke sleutel in het verstaan van de Bijbelse profetie. Het begint op de Olijfberg, ten oosten van de stad Jeruzalem, waar de zon opkomt en de Here en Zijn discipelen de zon zouden kunnen zien ondergaan in Jeruzalem, dat ten westen van de Olijfberg ligt. Prachtig beeld, maar de opgang in het oosten, leidt tot de ondergang in het westen. Kijkend vanaf de Olijfberg vragen de discipelen de Here Jezus dan ook dingen die met de ondergang, dan wel het einde te maken hebben.
De eerste vervulling van de woorden van de Here Jezus in Matt.24 over de verwoesting van Jeruzalem, vond plaats in het jaar 70 van onze jaartelling. Jeruzalem is inmiddels herbouwt zoals u weet en zal wederom verwoest worden, want die conclusie zouden we moeten trekken uit Daniëls woorden, met de strekking: “tot het einde toe” en “tot de voleinding toe”.
Matt.24:3
Van de oorsprong kijkend naar de ondergang.
Matt.24:3:” En als Hij op den Olijfberg gezeten was, gingen de discipelen tot Hem alleen, zeggende: Zeg ons, wanneer zullen deze dingen zijn, en welk zal het teken zijn van Uw toekomst, en van de voleinding der wereld?”
De Olijfberg ligt volgens Zacharia14:4 voor Jeruzalem, namelijk ten oosten van de stad. De typologische betekenis van het oosten, is de oorsprong der dingen, verwijzend naar de Schepper, Die de mens plantte in de hof van Eden (Gen.2), dat ten oosten van Kanaän ligt. De mens heeft haar oorsprong vanuit het oosten. En omdat het begin ligt in het oosten, komt de zon ook op van uit het oosten. Daar begint het.
Zo ook deze belangrijke sleutel in het verstaan van de Bijbelse profetie. Het begint op de Olijfberg, ten oosten van de stad Jeruzalem, waar de zon opkomt en de Here en Zijn discipelen de zon zouden kunnen zien ondergaan in Jeruzalem, dat ten westen van de Olijfberg ligt. Prachtig beeld, maar de opgang in het oosten, leidt tot de ondergang in het westen. Kijkend vanaf de Olijfberg vragen de discipelen de Here Jezus dan ook dingen die met de ondergang, dan wel het einde te maken hebben.
In Bijbels Optiek
Zicht op de Olijfberg naar het Oosten, waar veel Joden begraven liggen om heel dichtbij te zijn wanneer de Messias op de berg landt.
Er zijn drie vragen die gesteld worden.
1. wanneer zullen deze dingen zijn?
2. welk zal het teken zijn van Uw toekomst?
3. welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld?
De eerste vraag, “wanneer zullen deze dingen zijn?”, slaat op het eerste dat de Here Jezus sprak. Namelijk dat er geen steen op de andere steen gelaten zal worden. De verwoesting van de tempel en de gebouwen te Jeruzalem. Dit gebeurde in 70 na Christus. En zal in de toekomst, dus zeer binnenkort, opnieuw in vervulling gaan.
De tweede vraag, “het teken van Uw toekomst”, zal de Here in de volgende verzen gaan uitleggen. Zijn toekomst is Zijn Parousia, dat we het beste kunnen vertalen met “Zijn aanwezigheid”. Christus Jezus zou namelijk na Zijn eerste komst (geboorte), wederkomen en bij Israël blijven, aldus diverse profetieën uit het Oude Testament. Die periode dat de Heer is terug gekomen tot de voleinding der wereld, noemt de Bijbel: “Zijn toekomst”. Een ander begrip in dat verband is wat de Bijbel noemt de aanvang van de Dag des Heeren. Dit spreekt over de niet langer verborgen Here en dus is geopenbaard, dat is zichtbaar en tastbaar, en wel op de oude aarde.
Er zijn drie vragen die gesteld worden.
1. wanneer zullen deze dingen zijn?
2. welk zal het teken zijn van Uw toekomst?
3. welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld?
De eerste vraag, “wanneer zullen deze dingen zijn?”, slaat op het eerste dat de Here Jezus sprak. Namelijk dat er geen steen op de andere steen gelaten zal worden. De verwoesting van de tempel en de gebouwen te Jeruzalem. Dit gebeurde in 70 na Christus. En zal in de toekomst, dus zeer binnenkort, opnieuw in vervulling gaan.
De tweede vraag, “het teken van Uw toekomst”, zal de Here in de volgende verzen gaan uitleggen. Zijn toekomst is Zijn Parousia, dat we het beste kunnen vertalen met “Zijn aanwezigheid”. Christus Jezus zou namelijk na Zijn eerste komst (geboorte), wederkomen en bij Israël blijven, aldus diverse profetieën uit het Oude Testament. Die periode dat de Heer is terug gekomen tot de voleinding der wereld, noemt de Bijbel: “Zijn toekomst”. Een ander begrip in dat verband is wat de Bijbel noemt de aanvang van de Dag des Heeren. Dit spreekt over de niet langer verborgen Here en dus is geopenbaard, dat is zichtbaar en tastbaar, en wel op de oude aarde.
In Bijbels Optiek
Die periode dat de Here Jezus is teruggekomen tot de voleinding der wereld, noemt de Bijbel: “Zijn toekomst”.
Het einde van deze eeuw.
De voleinding der wereld is niet helemaal goed vertaalt. Het beste zouden we het woord “wereld” (aion) kunnen vertalen met “eeuw”. Niet dat er nu heel erg veel verschil is tussen deze twee woorden overigens, maar we willen graag zo dicht mogelijk bij de tekst blijven. Want er is ook een god over deze wereld, die genoemd wordt:
2 Cor.4:4:” In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, namelijk der ongelovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, Die het Beeld Gods is”.
Dat is de satan. Hij is de god van deze eeuw. Maar gelukkig heeft God een plan, namelijk het eindigen van deze eeuw, waar de satan nu nog de overste van is. Want al in Genesis 3:15 wordt ons belooft er iemand zal komen die de kop van de slang, de duivel namelijk, zal vermorzelen. Dat is wat de discipelen bedoelen met “de voleinding der eeuw”. Want deze eeuw wordt opgevolgd door, hoe kan het ook anders, de toekomende eeuw.
De Bijbel kent overigens maar twee eeuwen:
1. Deze eeuw, de “duisternis dezer eeuw” (Ef.6:12)
2. De toekomende eeuw.
Mark.10:30:”Of hij ontvangt honderdvoud, nu in dezen tijd, huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven”.
Luk.18:30:” Die niet zal veelvoudig weder ontvangen in dezen tijd, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven”.
Ef.2:7:” Opdat Hij zou betonen in de toekomende eeuwen den uitnemenden rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus”.
Hebr.6:5:” En gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw”.
Het einde van deze eeuw.
De voleinding der wereld is niet helemaal goed vertaalt. Het beste zouden we het woord “wereld” (aion) kunnen vertalen met “eeuw”. Niet dat er nu heel erg veel verschil is tussen deze twee woorden overigens, maar we willen graag zo dicht mogelijk bij de tekst blijven. Want er is ook een god over deze wereld, die genoemd wordt:
2 Cor.4:4:” In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, namelijk der ongelovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, Die het Beeld Gods is”.
Dat is de satan. Hij is de god van deze eeuw. Maar gelukkig heeft God een plan, namelijk het eindigen van deze eeuw, waar de satan nu nog de overste van is. Want al in Genesis 3:15 wordt ons belooft er iemand zal komen die de kop van de slang, de duivel namelijk, zal vermorzelen. Dat is wat de discipelen bedoelen met “de voleinding der eeuw”. Want deze eeuw wordt opgevolgd door, hoe kan het ook anders, de toekomende eeuw.
De Bijbel kent overigens maar twee eeuwen:
1. Deze eeuw, de “duisternis dezer eeuw” (Ef.6:12)
2. De toekomende eeuw.
Mark.10:30:”Of hij ontvangt honderdvoud, nu in dezen tijd, huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven”.
Luk.18:30:” Die niet zal veelvoudig weder ontvangen in dezen tijd, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven”.
Ef.2:7:” Opdat Hij zou betonen in de toekomende eeuwen den uitnemenden rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus”.
Hebr.6:5:” En gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw”.
In Bijbels Optiek
Voordat Gods tijd is gekomen, zal er eerst nog een Duizendjarig Wereldrijk komen, waar de Here Jezus Christus als Koning zal heersen, om de toekomstige wereldbevolking te leren wat het betekent elkaar te leren vertrouwen en geen oorlog meer te voeren.
De derde vraag “welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld”, heeft dus betrekking op het wegdoen van de god dezer eeuw. De idee is, dat zolang die god, namelijk de satan niet is weggedaan, zijn eeuw er nog steeds is. De toekomstige eeuw, wordt dan ook in vele Schriftplaatsen gevolgd door de uitdrukking “het eeuwige leven”. De voleinding van deze eeuw, vindt plaats als deze hemelen en aarde zullen voorbij gaan en er een Nieuwe voor in de plaats wordt gesteld. Maar dan zijn we al in Openbaring 21 beland, waar staat:
Opb.21:1:” En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer”.
We zouden deze drie vragen heel goed moeten vasthouden, want de Here Jezus zal de discipelen uitgebreid antwoord geven op deze drie vragen. Hij is immers Die Meester, Die nu Zijn onderwijs geeft aan Zijn volgelingen. Als u zichzelf een volgeling van Jezus noemt, let dan goed op! De Meester Zelf is aan het woord.
2. Matt.24:5
3. Matt.24:6,7 en 8
4. Matt.24:9
Waarschuwing voor de verleider.
Matt.24:4:” En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Ziet toe, dat u niemand verleide”.
Nu gaat de Here, als Onderwijzer, Leraar, Zijn volgelingen onderwijs geven, door de drie vragen van de discipelen te beantwoorden. Daarbij zouden wij onszelf de vraag moeten stellen, gaat dit over:
1. Wanneer zullen “deze dingen” zijn?
2. Of over “Uw toekomst”, namelijk de Wederkomst van Christus?
3. Of over “de voleinding van deze eeuw”, namelijk het wegdoen van deze aarde en met inbegrip van de god dezer eeuw?
Het eerste antwoord van de Here Jezus is: “Ziet toe, dat u niemand verleide.” Daarvan kunnen wij met zekerheid vaststellen dat het niet gaat over de voleinding van deze wereld, want dan is de verleider zelf weggedaan. De Schriftverwijzingen van dit vers geven ons een beeld. Laten we die eens nader bestuderen.
1. Jer.29:8:” Want zo zegt de Heere der heirscharen, de God Israëls: Laat uw profeten en uw waarzeggers, die in het midden van u zijn, u niet bedriegen, en hoort niet naar uw dromers, die gij doet dromen”.
2. Ef.5:6:” Dat u niemand verleide met ijdele woorden; want om deze dingen komt de toorn Gods over de kinderen der ongehoorzaamheid”.
3. Kol. 2:18:” Dat dan niemand u overheerse naar zijn wil in nederigheid en dienst der engelen, intredende in hetgeen hij niet gezien heeft, tevergeefs opgeblazen zijnde door het verstand zijns vleses”.
4. 2 Thess.2:3:” Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs”.
5. 1 Joh.4:1:” Geliefden, gelooft niet een iegelijken geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld”.
De uitspraak van de Here Jezus heeft toepassing op zowel “deze dingen”, als “in Zijn Toekomst”. Want “deze dingen”, hebben betrekking op de periode vanaf dat het voorzegt is tot op het moment van de Wederkomst van Christus. En “Uw Toekomst” heeft betrekking op de periode vanaf de Wederkomst van Christus tot aan het wegdoen van de oude schepping, dat we hier lezen als “de voleinding der wereld”.
De derde vraag “welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld”, heeft dus betrekking op het wegdoen van de god dezer eeuw. De idee is, dat zolang die god, namelijk de satan niet is weggedaan, zijn eeuw er nog steeds is. De toekomstige eeuw, wordt dan ook in vele Schriftplaatsen gevolgd door de uitdrukking “het eeuwige leven”. De voleinding van deze eeuw, vindt plaats als deze hemelen en aarde zullen voorbij gaan en er een Nieuwe voor in de plaats wordt gesteld. Maar dan zijn we al in Openbaring 21 beland, waar staat:
Opb.21:1:” En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer”.
We zouden deze drie vragen heel goed moeten vasthouden, want de Here Jezus zal de discipelen uitgebreid antwoord geven op deze drie vragen. Hij is immers Die Meester, Die nu Zijn onderwijs geeft aan Zijn volgelingen. Als u zichzelf een volgeling van Jezus noemt, let dan goed op! De Meester Zelf is aan het woord.
2. Matt.24:5
3. Matt.24:6,7 en 8
4. Matt.24:9
Waarschuwing voor de verleider.
Matt.24:4:” En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Ziet toe, dat u niemand verleide”.
Nu gaat de Here, als Onderwijzer, Leraar, Zijn volgelingen onderwijs geven, door de drie vragen van de discipelen te beantwoorden. Daarbij zouden wij onszelf de vraag moeten stellen, gaat dit over:
1. Wanneer zullen “deze dingen” zijn?
2. Of over “Uw toekomst”, namelijk de Wederkomst van Christus?
3. Of over “de voleinding van deze eeuw”, namelijk het wegdoen van deze aarde en met inbegrip van de god dezer eeuw?
Het eerste antwoord van de Here Jezus is: “Ziet toe, dat u niemand verleide.” Daarvan kunnen wij met zekerheid vaststellen dat het niet gaat over de voleinding van deze wereld, want dan is de verleider zelf weggedaan. De Schriftverwijzingen van dit vers geven ons een beeld. Laten we die eens nader bestuderen.
1. Jer.29:8:” Want zo zegt de Heere der heirscharen, de God Israëls: Laat uw profeten en uw waarzeggers, die in het midden van u zijn, u niet bedriegen, en hoort niet naar uw dromers, die gij doet dromen”.
2. Ef.5:6:” Dat u niemand verleide met ijdele woorden; want om deze dingen komt de toorn Gods over de kinderen der ongehoorzaamheid”.
3. Kol. 2:18:” Dat dan niemand u overheerse naar zijn wil in nederigheid en dienst der engelen, intredende in hetgeen hij niet gezien heeft, tevergeefs opgeblazen zijnde door het verstand zijns vleses”.
4. 2 Thess.2:3:” Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs”.
5. 1 Joh.4:1:” Geliefden, gelooft niet een iegelijken geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld”.
De uitspraak van de Here Jezus heeft toepassing op zowel “deze dingen”, als “in Zijn Toekomst”. Want “deze dingen”, hebben betrekking op de periode vanaf dat het voorzegt is tot op het moment van de Wederkomst van Christus. En “Uw Toekomst” heeft betrekking op de periode vanaf de Wederkomst van Christus tot aan het wegdoen van de oude schepping, dat we hier lezen als “de voleinding der wereld”.
In Bijbels Optiek
Verleiding heeft te maken met dingen, die God verboden heeft, omdat die de mens niet ten goede komen of afbreuk doen aan zijn menselijke persoonlijkheid, waardoor hij/zij geen zuivere verhouding met God hebben.
“Ziet toe, dat u niemand verleide”, is de eerste waarschuwing, namelijk pas op voor het werk van de verleider. Die verleider is de god dezer wereld, hetgeen wil zeggen dat deze wereld door hem geregeerd wordt en dat hij daar dus de overste, dan wel koning van is.
Ik hoop dat u dan ook kunt begrijpen, dat als de wereld al in zijn macht is, zijn rol daarin is uitgespeeld. Zijn werkterrein is dus dan ook niet meer de wereld, die is immers al aan hem onderworpen, maar is dat, wat niet aan hem onderworpen is, namelijk de Gemeente.
Die idee wordt ons dan ook kenbaar gemaakt in het lezen van de brieven aan de Gemeenten of aan de gelovigen. Neem bijvoorbeeld dat vers uit 1 Joh.4:1. Johannes schrijft dit tot de “geliefden”, waaruit wij direct zouden vaststellen dat het gaat om de liefde voor onze broeders en zusters, die met ons hét Lichaam van Christus vormen.
“Ziet toe, dat u niemand verleide”, gaat dus over de periode, waarin de verleider er nog steeds is en zijn werk binnen de Gemeente verricht door wat de Bijbel expliciet noemt: “valse profeten”.
Matt.24:5
Waarschuwing voor het werk van de verleider.
Matt.24:5:” Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden”.
Vervolgens lezen we dat de Here Jezus nader toelichting geeft op Zijn waarschuwing over de verleiding die uitgaat van de verleider zelf, namelijk de duivel. In het kort zou ik willen concluderen dat ook dit vers spreekt over de periode waarin de satan nog niet is weggedaan, dus tot aan de voleinding der wereld.
Hoe de duivel zijn verleidingstactiek binnen de Gemeente inzet, omschrijft de Here Jezus als de komst van de valse profeten. Profeten zijn mensen die het Woord van God verkondigen. De Bijbel is tot stand gekomen doordat God Zijn Woord gaf aan de profeten, aldus Hebr.1:1
Hebr.1:1:” God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten, heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon”.
Dat maakt dat de Profeet, met een hoofdletter wel te verstaan, de Christus is.
Lukas 24:19:” En Hij zeide tot hen: Welke? En zij zeiden tot Hem: De dingen aangaande Jezus den Nazarener, Welke een Profeet was, krachtig in werken en woorden, voor God en al het volk”.
“Ziet toe, dat u niemand verleide”, is de eerste waarschuwing, namelijk pas op voor het werk van de verleider. Die verleider is de god dezer wereld, hetgeen wil zeggen dat deze wereld door hem geregeerd wordt en dat hij daar dus de overste, dan wel koning van is.
Ik hoop dat u dan ook kunt begrijpen, dat als de wereld al in zijn macht is, zijn rol daarin is uitgespeeld. Zijn werkterrein is dus dan ook niet meer de wereld, die is immers al aan hem onderworpen, maar is dat, wat niet aan hem onderworpen is, namelijk de Gemeente.
Die idee wordt ons dan ook kenbaar gemaakt in het lezen van de brieven aan de Gemeenten of aan de gelovigen. Neem bijvoorbeeld dat vers uit 1 Joh.4:1. Johannes schrijft dit tot de “geliefden”, waaruit wij direct zouden vaststellen dat het gaat om de liefde voor onze broeders en zusters, die met ons hét Lichaam van Christus vormen.
“Ziet toe, dat u niemand verleide”, gaat dus over de periode, waarin de verleider er nog steeds is en zijn werk binnen de Gemeente verricht door wat de Bijbel expliciet noemt: “valse profeten”.
Matt.24:5
Waarschuwing voor het werk van de verleider.
Matt.24:5:” Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden”.
Vervolgens lezen we dat de Here Jezus nader toelichting geeft op Zijn waarschuwing over de verleiding die uitgaat van de verleider zelf, namelijk de duivel. In het kort zou ik willen concluderen dat ook dit vers spreekt over de periode waarin de satan nog niet is weggedaan, dus tot aan de voleinding der wereld.
Hoe de duivel zijn verleidingstactiek binnen de Gemeente inzet, omschrijft de Here Jezus als de komst van de valse profeten. Profeten zijn mensen die het Woord van God verkondigen. De Bijbel is tot stand gekomen doordat God Zijn Woord gaf aan de profeten, aldus Hebr.1:1
Hebr.1:1:” God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten, heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon”.
Dat maakt dat de Profeet, met een hoofdletter wel te verstaan, de Christus is.
Lukas 24:19:” En Hij zeide tot hen: Welke? En zij zeiden tot Hem: De dingen aangaande Jezus den Nazarener, Welke een Profeet was, krachtig in werken en woorden, voor God en al het volk”.
In Bijbels Optiek
In december 2011 kondigde Share International, de New Age organisatie van auteur en occultist Benjamin Creme, het aanstaande publieke optreden van de zgn. 'messias' Maitreya aan (zie ook onder 'Occultisme'). Zijn eerste interview op de Amerikaanse tv zou vooraf gegaan worden door het plotselinge verschijnen van een heldere, altijd zichtbare ster. Deze ster zou inmiddels gezien zijn in Noorwegen, de VS, Zuid Afrika, Dubai en Qatar. Jezus waarschuwde ons voor deze zgn. messiassen. Ze zullen grote wonderen doen en velen verleiden, vooral zgn. christenen.
Dus als er anderen komen met een boodschap van God, dan is het de taak, zelfs een verplichting van elke Christen, volgens Joh.4:1, om de geest te beproeven of hij wel van God afkomstig is. Want pas dan geven wij gehoor aan de waarschuwing van de Here Jezus: “Ziet toe dat niemand u verleidde.”
Op welke wijze men dan verleidt zal worden, legt de Here Jezus dus uit in vers 5:
Matt. 24:5:" Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden".
Men zal verleid worden door een Christelijke boodschap. Christus heeft gezegd, wie Hij is. Het Evangelie van Christus gaat primair om Wedergeboorte en daaruit vloeit voort dat men daaruit zou leven. Elke leer die daar direct of indirect om heen draait, is afkomstig van de valse profeet, namelijk de antichrist. De Here Jezus spreekt niet in het bijzonder over dé antichrist, maar over de komst van vele antichristenen.
1 Joh.2:18:" Kinderkens, het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, zo zijn ook nu vele antichristen geworden; waaruit wij kennen, dat het de laatste ure is".
Het werk dat de duivel de Gemeente in brengt, werpt volgens de Here zijn vruchten af, omdat de Here Jezus er aan toevoegt, dat “zij”, die valse profeten dus, velen zullen verleiden.
Schriftverwijzingen van Matt.24:5 zijn:
Jer 14:14:” En de Heere zeide tot mij: Die profeten profeteren vals in Mijn Naam; Ik heb hen niet gezonden, noch hun bevel gegeven, noch tot hen gesproken; zij profeteren ulieden een vals gezicht, en waarzegging, en nietigheid, en bedriegerij huns harten”.
Jer 23:25:” Ik heb gehoord, wat de profeten zeggen, die in Mijn Naam leugen profeteren, zeggende: Ik heb gedroomd, ik heb gedroomd”..
Joh 5:43:” Ik ben gekomen in den Naam Mijns Vaders, en gij neemt Mij niet aan; zo een ander komt in zijn eigen naam, dien zult gij aannemen”.
Dus als er anderen komen met een boodschap van God, dan is het de taak, zelfs een verplichting van elke Christen, volgens Joh.4:1, om de geest te beproeven of hij wel van God afkomstig is. Want pas dan geven wij gehoor aan de waarschuwing van de Here Jezus: “Ziet toe dat niemand u verleidde.”
Op welke wijze men dan verleidt zal worden, legt de Here Jezus dus uit in vers 5:
Matt. 24:5:" Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden".
Men zal verleid worden door een Christelijke boodschap. Christus heeft gezegd, wie Hij is. Het Evangelie van Christus gaat primair om Wedergeboorte en daaruit vloeit voort dat men daaruit zou leven. Elke leer die daar direct of indirect om heen draait, is afkomstig van de valse profeet, namelijk de antichrist. De Here Jezus spreekt niet in het bijzonder over dé antichrist, maar over de komst van vele antichristenen.
1 Joh.2:18:" Kinderkens, het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, zo zijn ook nu vele antichristen geworden; waaruit wij kennen, dat het de laatste ure is".
Het werk dat de duivel de Gemeente in brengt, werpt volgens de Here zijn vruchten af, omdat de Here Jezus er aan toevoegt, dat “zij”, die valse profeten dus, velen zullen verleiden.
Schriftverwijzingen van Matt.24:5 zijn:
Jer 14:14:” En de Heere zeide tot mij: Die profeten profeteren vals in Mijn Naam; Ik heb hen niet gezonden, noch hun bevel gegeven, noch tot hen gesproken; zij profeteren ulieden een vals gezicht, en waarzegging, en nietigheid, en bedriegerij huns harten”.
Jer 23:25:” Ik heb gehoord, wat de profeten zeggen, die in Mijn Naam leugen profeteren, zeggende: Ik heb gedroomd, ik heb gedroomd”..
Joh 5:43:” Ik ben gekomen in den Naam Mijns Vaders, en gij neemt Mij niet aan; zo een ander komt in zijn eigen naam, dien zult gij aannemen”.
In Bijbels Optiek
Als christenen moeten we volgens Paulus de geestelijke wapenrusting aandoen, zoals hij die verwoord heeft in Efeze 6.
Nu we weten dat satans werkterrein binnen de Gemeente ligt en hij door middel van valse profeten een andere waarheid (dat is dus de leugen) brengt, dan het Woord ons leert, doen wij er goed aan, gehoor te geven aan de oproep van de Here Jezus “ziet toe dat niemand u verleidde”, door ons te wapenen tegen de duivel.
Ef.6:11:” Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen des duivels”.
12” Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht”.
13 “Daarom neemt aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt wederstaan in den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven”.
Matt.24:6,7 en 8
Tekenen van de eindtijd: Oorlogen.
Matt.24:6:” En gij zult horen van oorlogen, en geruchten van oorlogen; ziet toe, wordt niet verschrikt; want al die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet”.
Nadat de Here Jezus Zijn discipelen heeft uitgelegd waar alles zou moeten beginnen, namelijk met het kennen van de Bijbel, het Woord van God, door de Bijbel niet te lezen, maar te bestuderen én de volgeling van Christus zijn vijand kan bevechten, snijdt de Here een nieuw punt aan, in de beantwoording van de vragen van de discipelen.
De Here Jezus geeft overduidelijk aan dat het einde er nog niet is. Het einde, waar de Here Jezus op doelt, is de voleinding dezer wereld. Dus wanneer wij horen van oorlogen en of geruchten van oorlogen, dan wil dat niet zeggen dat de wereld vergaat en de nieuwe aarde zal verschijnen. Want al deze oorlogen moeten gebeuren. Dat geeft ons ook de bedenkingen welk nut vredesbewegingen eigenlijk hebben. Daar hoeven we niet op tegen te zijn, maar als de Heer Zelf zegt, dat we ons daardoor niet van de wijs zouden laten brengen, wie zijn wij dan, om aan Zijn woorden geen gehoor te geven en uit onze emotionele overtuiging voor vrede te strijden. Vrede komt niet voort uit het werk van een vredesbeweging, maar uit het werk van de Vredevorst Zelf. Denkt u daar maar eens rustig over na. Het is een zijsprongetje waar u het eens of oneens mee mag zijn.
Nu we weten dat satans werkterrein binnen de Gemeente ligt en hij door middel van valse profeten een andere waarheid (dat is dus de leugen) brengt, dan het Woord ons leert, doen wij er goed aan, gehoor te geven aan de oproep van de Here Jezus “ziet toe dat niemand u verleidde”, door ons te wapenen tegen de duivel.
Ef.6:11:” Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen des duivels”.
12” Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht”.
13 “Daarom neemt aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt wederstaan in den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven”.
Matt.24:6,7 en 8
Tekenen van de eindtijd: Oorlogen.
Matt.24:6:” En gij zult horen van oorlogen, en geruchten van oorlogen; ziet toe, wordt niet verschrikt; want al die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet”.
Nadat de Here Jezus Zijn discipelen heeft uitgelegd waar alles zou moeten beginnen, namelijk met het kennen van de Bijbel, het Woord van God, door de Bijbel niet te lezen, maar te bestuderen én de volgeling van Christus zijn vijand kan bevechten, snijdt de Here een nieuw punt aan, in de beantwoording van de vragen van de discipelen.
De Here Jezus geeft overduidelijk aan dat het einde er nog niet is. Het einde, waar de Here Jezus op doelt, is de voleinding dezer wereld. Dus wanneer wij horen van oorlogen en of geruchten van oorlogen, dan wil dat niet zeggen dat de wereld vergaat en de nieuwe aarde zal verschijnen. Want al deze oorlogen moeten gebeuren. Dat geeft ons ook de bedenkingen welk nut vredesbewegingen eigenlijk hebben. Daar hoeven we niet op tegen te zijn, maar als de Heer Zelf zegt, dat we ons daardoor niet van de wijs zouden laten brengen, wie zijn wij dan, om aan Zijn woorden geen gehoor te geven en uit onze emotionele overtuiging voor vrede te strijden. Vrede komt niet voort uit het werk van een vredesbeweging, maar uit het werk van de Vredevorst Zelf. Denkt u daar maar eens rustig over na. Het is een zijsprongetje waar u het eens of oneens mee mag zijn.
In Bijbels Optiek
En gij zult horen van oorlogen, en geruchten van oorlogen; ziet toe, wordt niet verschrikt; want al die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet einde niet.
Dus als we horen van oorlogen, het is verschrikkelijk en afkeurenswaardig, maar dat neemt niet weg dat het einde nog niet in zicht is. Er komt nog veel meer.
Matt.24:7:” Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk; en er zullen zijn hongersnoden, en pestilentiën, en aardbevingen in verscheidene plaatsen”.
Vervolgens licht de Heer toe op welke manier we de oorlogen en de geruchten van oorlogen zouden moeten interpreteren. Want Hij zei dat die dingen moesten gebeuren en dat daarmee het einde, dan wel de voleinding der wereld nog niet gekomen was.
“Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan”.
Dit is in gewoon Nederlands de opstand van het volk, dat tegen een ander volk opstaat. Of dat nu buiten de landsgrenzen is, of binnen de landsgrenzen, we zouden het interpreteren als oorlog. Vandaag de dag zien we dit terug in de “Arabische Lente”.
“en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk”.
Maar een oorlog is ook het ene koninkrijk tegen het andere. Als we de cijfers van de oorlogen vanaf 1100 na Christus tot vandaag de dag onder de loep nemen, zien we een explosieve stijging van het aantal oorlogen, waar niemand een antwoord op lijkt te hebben. De Bijbel wel: “al deze dingen moeten geschieden”.
Tekenen van de eindtijd: Aardbeving.
Maar de Here Jezus voegt er iets aan toe. Namelijk, niet alleen de oorlogen vallen onder het kopje “al deze dingen moeten geschieden”, ook hongersnoden en ziektes en aardbevingen. Ook deze dingen kennen een explosieve stijging qua aantal en de hoeveelheid slachtoffers die daar mee gepaard gaan.
Dus als we horen van oorlogen, het is verschrikkelijk en afkeurenswaardig, maar dat neemt niet weg dat het einde nog niet in zicht is. Er komt nog veel meer.
Matt.24:7:” Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk; en er zullen zijn hongersnoden, en pestilentiën, en aardbevingen in verscheidene plaatsen”.
Vervolgens licht de Heer toe op welke manier we de oorlogen en de geruchten van oorlogen zouden moeten interpreteren. Want Hij zei dat die dingen moesten gebeuren en dat daarmee het einde, dan wel de voleinding der wereld nog niet gekomen was.
“Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan”.
Dit is in gewoon Nederlands de opstand van het volk, dat tegen een ander volk opstaat. Of dat nu buiten de landsgrenzen is, of binnen de landsgrenzen, we zouden het interpreteren als oorlog. Vandaag de dag zien we dit terug in de “Arabische Lente”.
“en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk”.
Maar een oorlog is ook het ene koninkrijk tegen het andere. Als we de cijfers van de oorlogen vanaf 1100 na Christus tot vandaag de dag onder de loep nemen, zien we een explosieve stijging van het aantal oorlogen, waar niemand een antwoord op lijkt te hebben. De Bijbel wel: “al deze dingen moeten geschieden”.
Tekenen van de eindtijd: Aardbeving.
Maar de Here Jezus voegt er iets aan toe. Namelijk, niet alleen de oorlogen vallen onder het kopje “al deze dingen moeten geschieden”, ook hongersnoden en ziektes en aardbevingen. Ook deze dingen kennen een explosieve stijging qua aantal en de hoeveelheid slachtoffers die daar mee gepaard gaan.
In Bijbels Optiek
Wat aardbevingen betreft, is er een Bijbelse grond, die aanwijzing geeft wanneer de aardbevingen zullen stoppen. Zij zullen waarschijnlijk stoppen bij het begin van de 1000 jaren waarin de satan gebonden zal zijn.
Voor de aardbevingen betreft, is er een Bijbelse grond, die aanwijzing geeft wanneer de aardbevingen zullen stoppen. Ik denk dat zij zullen stoppen bij de aanvang van de 1000 jaren waarin de satan gebonden zal zijn. De argumenten daarvoor zijn:
1. Nadat de Here God Zelf heeft gesproken: “het is geschied”, bij de allerlaatste oordeel in de uitbeelding van de zevende schaal in Openbaring 16:17, lezen we voor de laatste keer in de Bijbel over een aardbeving. Openbaring 16:18, en er geschiedde een grote aardbeving, hoedanige niet is geschied van dat de mensen op de aarde geweest zijn, namelijk een zodanige aardbeving en zo groot.
2. Het blijkt de “megaklapper te zijn”, die wij bij een bevalling van een zwangere vrouw zouden noemen “de laatste perswee”. Die laatste perswee voor de schepping is een zeer Bijbels idee. Dat lezen we in Rom.8 namelijk.
a. Rom.8:22:” Want wij weten, dat het ganse schepsel tezamen zucht, en tezamen als in barensnood is tot nu toe”.
b. Rom.8:20:” Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil, die het der ijdelheid onderworpen heeft”. Dit wil zeggen dat er een “die” is, die de schepping aan de ijdelheid, lees de zonde, onderworpen heeft. Dat is de satan. Waardoor, door het binden van de satan, de zonde misschien dan nog niet weg is, maar “die onderwerper aan de ijdelheid” wel weg is.
3. Nadat het “geschied” is, zal de satan gebonden worden 1000 jaren lang en beschrijft Jesaja 14 zeer uitgebreid hoe “de koning van Babel, dan wel het Nieuwtestamentische Babylon” wordt verwelkomd in de put des afgronds en er met hem de spot wordt gedreven. Als die periode aanbreekt, komen we geen enkele beschrijving van een aardbeving meer tegen in de Bijbel. Ook voegt dat zelfde stuk van Jesaja 14 er het volgende aan toe: Jes.14:7 “de ganse aarde rust, zij is stil”, zij (de volken uit vers 6) maken groot geschal met gejuich.
Dit is contextueel Bijbels gezien logisch. Als we de aardbevingen gelijk mogen trekken met de hongersnoden en ziekten, dan vragen wij ons af waarop is dit een antwoord van de Here Jezus? Zijn het “deze dingen” of “Uw Toekomst” of de “Voleinding der wereld”? Nou in ieder geval tot en met “Uw toekomst”, want pas na de Wederkomst en in Zijn Toekomst zal de satan gebonden worden. Voor wat betreft de oorlogen gaat dat niet op, want na de 1000 jaren vindt er nog een allerlaatste oorlog plaats, als de satan de Gog en de Magog inzet om tegen Christus en Zijn volk te strijden. Maar daar komt Matt.24 later nog op terug.
Voor de aardbevingen betreft, is er een Bijbelse grond, die aanwijzing geeft wanneer de aardbevingen zullen stoppen. Ik denk dat zij zullen stoppen bij de aanvang van de 1000 jaren waarin de satan gebonden zal zijn. De argumenten daarvoor zijn:
1. Nadat de Here God Zelf heeft gesproken: “het is geschied”, bij de allerlaatste oordeel in de uitbeelding van de zevende schaal in Openbaring 16:17, lezen we voor de laatste keer in de Bijbel over een aardbeving. Openbaring 16:18, en er geschiedde een grote aardbeving, hoedanige niet is geschied van dat de mensen op de aarde geweest zijn, namelijk een zodanige aardbeving en zo groot.
2. Het blijkt de “megaklapper te zijn”, die wij bij een bevalling van een zwangere vrouw zouden noemen “de laatste perswee”. Die laatste perswee voor de schepping is een zeer Bijbels idee. Dat lezen we in Rom.8 namelijk.
a. Rom.8:22:” Want wij weten, dat het ganse schepsel tezamen zucht, en tezamen als in barensnood is tot nu toe”.
b. Rom.8:20:” Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil, die het der ijdelheid onderworpen heeft”. Dit wil zeggen dat er een “die” is, die de schepping aan de ijdelheid, lees de zonde, onderworpen heeft. Dat is de satan. Waardoor, door het binden van de satan, de zonde misschien dan nog niet weg is, maar “die onderwerper aan de ijdelheid” wel weg is.
3. Nadat het “geschied” is, zal de satan gebonden worden 1000 jaren lang en beschrijft Jesaja 14 zeer uitgebreid hoe “de koning van Babel, dan wel het Nieuwtestamentische Babylon” wordt verwelkomd in de put des afgronds en er met hem de spot wordt gedreven. Als die periode aanbreekt, komen we geen enkele beschrijving van een aardbeving meer tegen in de Bijbel. Ook voegt dat zelfde stuk van Jesaja 14 er het volgende aan toe: Jes.14:7 “de ganse aarde rust, zij is stil”, zij (de volken uit vers 6) maken groot geschal met gejuich.
Dit is contextueel Bijbels gezien logisch. Als we de aardbevingen gelijk mogen trekken met de hongersnoden en ziekten, dan vragen wij ons af waarop is dit een antwoord van de Here Jezus? Zijn het “deze dingen” of “Uw Toekomst” of de “Voleinding der wereld”? Nou in ieder geval tot en met “Uw toekomst”, want pas na de Wederkomst en in Zijn Toekomst zal de satan gebonden worden. Voor wat betreft de oorlogen gaat dat niet op, want na de 1000 jaren vindt er nog een allerlaatste oorlog plaats, als de satan de Gog en de Magog inzet om tegen Christus en Zijn volk te strijden. Maar daar komt Matt.24 later nog op terug.
In Bijbels Optiek
De duivel zal tijdens het Duizendjarig Rijk opgesloten worden in de afgrond en daarna nog eenmaal losgelaten worden om met Gog en Magog te strijden tegen Jezus Christus en Zijn volk Israël.
In ieder geval sluit de Here Jezus dit stukje af met:
Matt.24:8:” Doch al die dingen zijn maar een beginsel der smarten”.
Want er komt nog meer!!!
Matt.24:9
Onze lichte verdrukking.
Matt.24:9:” Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns Naams wil”.
De Here Jezus begint vervolgens met “alsdan”. Zo begint een antwoord op een vraag die begint met “wanneer”? Laten we niet uit het oog verliezen dat alles wat de Here Jezus spreekt, in z’n geheel antwoord geeft op de drie vragen van de discipelen:
1. wanneer zullen deze dingen zijn?
2. welk zal het teken zijn van Uw toekomst?
3. welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld?
Dus op de vraag “wanneer?”, begint de Heer met “Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking”. Er staat verdrukking en geen grote verdrukking. De grote verdrukking komen we straks uitgebreid tegen, maar dat staat niet in dit vers. Het gaat bij het bestuderen van de Bijbel om het goed lezen wat er wél en níet staat. Of het zou uit de context moeten blijken dat het hier alleen maar om de grote verdrukking zou moeten gaan.
In dit geval laat ook de context zien dat het niet noodzakelijk om de grote verdrukking gaat. Dus gaat het hier om de verdrukking die wij Christenen elke dag ondervinden. Als u in de Bijbel onderzoekt hoe vaak de apostelen schrijven over hun verdrukking, begrijpt u misschien dat het onlosmakelijk verbonden is met ons geloof in Jezus Christus. Zolang de mensen om u heen u zullen uitlachen en bespotten als u met een spandoek “Ik geloof in Jezus Christus” zou lopen, is de verdrukking dáár!!!
Rom.5:3 :”En niet alleenlijk dit, maar wij roemen ook in de verdrukkingen, wetende, dat de verdrukking lijdzaamheid werkt”.
Rom.12:12:” Verblijdt u in de hoop. Zijt geduldig in de verdrukking. Volhardt in het gebed”.
2 Cor.4:17:” Want onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbij gaat, werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid”.
Paulus schrijft over onze lichte verdrukking. Dat is natuurlijk niet voor niets dat Paulus dat zó benoemd. Het is bijna het tegenovergestelde van de grote verdrukking. En daar gaat het om als de Here Jezus ons antwoord geeft en het heeft over verdrukking. Daar komt nog eens bij dat de Here zegt: “zij zullen u overleveren in verdrukking”. Dat zegt de Here Jezus tegen Zijn discipelen die toen bij Hem waren, maar ook tegen Zijn discipelen die nu een bewuste keuze hebben gemaakt om Jezus te volgen.
In ieder geval sluit de Here Jezus dit stukje af met:
Matt.24:8:” Doch al die dingen zijn maar een beginsel der smarten”.
Want er komt nog meer!!!
Matt.24:9
Onze lichte verdrukking.
Matt.24:9:” Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns Naams wil”.
De Here Jezus begint vervolgens met “alsdan”. Zo begint een antwoord op een vraag die begint met “wanneer”? Laten we niet uit het oog verliezen dat alles wat de Here Jezus spreekt, in z’n geheel antwoord geeft op de drie vragen van de discipelen:
1. wanneer zullen deze dingen zijn?
2. welk zal het teken zijn van Uw toekomst?
3. welk zal het teken zijn van de voleinding der wereld?
Dus op de vraag “wanneer?”, begint de Heer met “Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking”. Er staat verdrukking en geen grote verdrukking. De grote verdrukking komen we straks uitgebreid tegen, maar dat staat niet in dit vers. Het gaat bij het bestuderen van de Bijbel om het goed lezen wat er wél en níet staat. Of het zou uit de context moeten blijken dat het hier alleen maar om de grote verdrukking zou moeten gaan.
In dit geval laat ook de context zien dat het niet noodzakelijk om de grote verdrukking gaat. Dus gaat het hier om de verdrukking die wij Christenen elke dag ondervinden. Als u in de Bijbel onderzoekt hoe vaak de apostelen schrijven over hun verdrukking, begrijpt u misschien dat het onlosmakelijk verbonden is met ons geloof in Jezus Christus. Zolang de mensen om u heen u zullen uitlachen en bespotten als u met een spandoek “Ik geloof in Jezus Christus” zou lopen, is de verdrukking dáár!!!
Rom.5:3 :”En niet alleenlijk dit, maar wij roemen ook in de verdrukkingen, wetende, dat de verdrukking lijdzaamheid werkt”.
Rom.12:12:” Verblijdt u in de hoop. Zijt geduldig in de verdrukking. Volhardt in het gebed”.
2 Cor.4:17:” Want onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbij gaat, werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid”.
Paulus schrijft over onze lichte verdrukking. Dat is natuurlijk niet voor niets dat Paulus dat zó benoemd. Het is bijna het tegenovergestelde van de grote verdrukking. En daar gaat het om als de Here Jezus ons antwoord geeft en het heeft over verdrukking. Daar komt nog eens bij dat de Here zegt: “zij zullen u overleveren in verdrukking”. Dat zegt de Here Jezus tegen Zijn discipelen die toen bij Hem waren, maar ook tegen Zijn discipelen die nu een bewuste keuze hebben gemaakt om Jezus te volgen.
In Bijbels Optiek
Dit is een foto van een groep blijde christenen uit Afrika, echter als wij in ons Nederland op deze manier over straat zouden lopen anno 2012/2013, dan zou je zo maar opgepakt kunnen worden, want zolang de christenen in een samenleving in de meerderheid zijn is democratie, andersom niet.
Die keuze voor Jezus in onze dagen, wordt in landen als China en in de tijd van het “ijzeren gordijn”, wel eens met de dood bekocht. Mensen dat is NIET de grote verdrukking. Dat heet lichte verdrukking, omdat de Here Jezus straks precies gaat uitleggen wat de grote verdrukking dan wel is. De Here Jezus zegt dan ook dat een keuze voor Hem verdrukking met zich meebrengt, dat betekent: en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns Naams wil.
Matt.10:17:” Maar wacht u voor de mensen; want zij zullen u overleveren in de raadsvergaderingen, en in hun synagogen zullen zij u geselen”.
Luk.21:12:” Maar voor dit alles, zullen zij hun handen aan ulieden slaan, en u vervolgen, u overleverende in de synagogen en gevangenissen; en gij zult getrokken worden voor koningen en stadhouders, om Mijns Naams wil”.
Joh.15:20 :”Gedenk des woords, dat Ik u gezegd heb: Een dienstknecht is niet meerder dan zijn heer. Indien zij Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen; indien zij Mijn woord bewaard hebben, zij zullen ook het uwe bewaren”.
Dit vers over de verdrukking gaat over wat de Here Jezus benoemt “u”. Wij vormen Zijn Lichaam, maar niet alleen vandaag, dat is al bijna 2000 jaren bezig. En daarom vinden we in de Bijbel ook specifieke tekenen van ons tegenwoordig lijden terug.
Joh.16:2 :”Zij zullen u uit de synagogen werpen; ja, de ure komt, dat een iegelijk, die u zal doden, zal menen Gode een dienst te doen”.
Hoeveel gelovigen die hun rug hadden gekeerd tegen de Rooms Katholieke kerk zijn er gedood of bij de inquisitie?
Opb.2:10:” Vrees geen der dingen, die gij lijden zult. Ziet, de duivel zal enigen van ulieden in de gevangenis werpen, opdat gij verzocht wordt; en gij zult een verdrukking hebben van tien dagen. Zijt getrouw tot den dood, en Ik zal u geven de kroon des levens”.
Dit spreekt al helemaal in het bijzonder over de Gemeente in een Gemeentelijke periode van zeven. Waarbij ik nu in het midden laat wat die verdrukking van tien dagen precies is, is onze oproep om Hem, ondanks het leven in verdrukking, trouw te zijn tot de dood.
Die keuze voor Jezus in onze dagen, wordt in landen als China en in de tijd van het “ijzeren gordijn”, wel eens met de dood bekocht. Mensen dat is NIET de grote verdrukking. Dat heet lichte verdrukking, omdat de Here Jezus straks precies gaat uitleggen wat de grote verdrukking dan wel is. De Here Jezus zegt dan ook dat een keuze voor Hem verdrukking met zich meebrengt, dat betekent: en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns Naams wil.
Matt.10:17:” Maar wacht u voor de mensen; want zij zullen u overleveren in de raadsvergaderingen, en in hun synagogen zullen zij u geselen”.
Luk.21:12:” Maar voor dit alles, zullen zij hun handen aan ulieden slaan, en u vervolgen, u overleverende in de synagogen en gevangenissen; en gij zult getrokken worden voor koningen en stadhouders, om Mijns Naams wil”.
Joh.15:20 :”Gedenk des woords, dat Ik u gezegd heb: Een dienstknecht is niet meerder dan zijn heer. Indien zij Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen; indien zij Mijn woord bewaard hebben, zij zullen ook het uwe bewaren”.
Dit vers over de verdrukking gaat over wat de Here Jezus benoemt “u”. Wij vormen Zijn Lichaam, maar niet alleen vandaag, dat is al bijna 2000 jaren bezig. En daarom vinden we in de Bijbel ook specifieke tekenen van ons tegenwoordig lijden terug.
Joh.16:2 :”Zij zullen u uit de synagogen werpen; ja, de ure komt, dat een iegelijk, die u zal doden, zal menen Gode een dienst te doen”.
Hoeveel gelovigen die hun rug hadden gekeerd tegen de Rooms Katholieke kerk zijn er gedood of bij de inquisitie?
Opb.2:10:” Vrees geen der dingen, die gij lijden zult. Ziet, de duivel zal enigen van ulieden in de gevangenis werpen, opdat gij verzocht wordt; en gij zult een verdrukking hebben van tien dagen. Zijt getrouw tot den dood, en Ik zal u geven de kroon des levens”.
Dit spreekt al helemaal in het bijzonder over de Gemeente in een Gemeentelijke periode van zeven. Waarbij ik nu in het midden laat wat die verdrukking van tien dagen precies is, is onze oproep om Hem, ondanks het leven in verdrukking, trouw te zijn tot de dood.
In Bijbels Optiek
De laatste jaren is er steeds meer zichtbaar van het samengaan van kerken over de gehele lijn van de religie die 'christendom' wordt genoemd. Het is 'uitzonderlijk verbazingwekkend' dat juist de Rooms-Katholieke kerk daar deel van uit maakt, zoniet de kar trekt. Wanneer u enigzins uw geschiedenis kent, weet u van vreselijke vervolgingen en massamoorden onder het bewind van diverse zichzelf tot plaatsvervangende goddelijkheid verklaarde wezens van stof en as. Daarnaast weet u wellicht ook dat de doctrines die geleerd worden binnen de Rooms Katholieke Kerk rechtstreeks ingaan tegen de 'sola's' (fide, gratia, scriptura) van de protestantse kerken en bovenal ingaan tegen Gods onfeilbaar Woord.
Met zo'n religie is men nu bezig een Nieuwe Wereld Religie te smeden, waar alle gelovigen binnen kunnen komen, ongeacht waar je in gelooft. Er zal echter weinig tot niets over het verlossingswerk van Jezus Christus worden verteld. Nog nooit hebben ze daar excuus voor gegeven.
Hierboven een afbeelding over de Inquisitie, de 605 jaren van moorden, martelen en afslachten van Bijbelgetrouwe christenen achter zich heeft, die niet wilden doen wat Rome en zijn machtswellustelingen wilden.
Matt.24:10 en 11
Matt.24:12 , 13 en 14.
Matt.24:10 en 11
De haat van de wereld tegen Christus.
Matt.24:10 :”En dan zullen er velen geërgerd worden, en zullen elkander overleveren, en elkander haten”.
De Here Jezus gaat vervolgens verder met Zijn uitleg over de verdrukking die over ons komt, omdat wij een keuze vóór Jezus Christus hebben gemaakt. Iemand die daar specifiek over schreef is de apostel Johannes.
Joh.7:7:” De wereld kan ulieden niet haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van dezelve getuig, dat haar werken boos zijn”.
Joh.15:18:” Indien u de wereld haat, zo weet, dat zij Mij eer dan u gehaat heeft”.
1 Joh.3:13:” Verwondert u niet, mijn broeders, zo u de wereld haat”.
De wereld haat ons, omdat wij gekozen hebben vóór Hem Die door de wereld gehaat wordt. En dat vloeit voort uit wat de Here Jezus eerder al zei, namelijk door de aanwezigheid van de verleider in deze wereld waartegen wij ons zouden wapenen. De haat van de wereld tegen ons, uit zich volgens de Here Jezus in het ergeren van velen, in het afvallen van medegelovigen in de uitbeelding van het “elkander overleveren” en de haat. Zodra er van deze dingen sprake is in de Gemeente, weet u dat het niet getuigd van broederliefde, maar van het werk van de duivel in de Gemeente.
Met zo'n religie is men nu bezig een Nieuwe Wereld Religie te smeden, waar alle gelovigen binnen kunnen komen, ongeacht waar je in gelooft. Er zal echter weinig tot niets over het verlossingswerk van Jezus Christus worden verteld. Nog nooit hebben ze daar excuus voor gegeven.
Hierboven een afbeelding over de Inquisitie, de 605 jaren van moorden, martelen en afslachten van Bijbelgetrouwe christenen achter zich heeft, die niet wilden doen wat Rome en zijn machtswellustelingen wilden.
Matt.24:10 en 11
Matt.24:12 , 13 en 14.
Matt.24:10 en 11
De haat van de wereld tegen Christus.
Matt.24:10 :”En dan zullen er velen geërgerd worden, en zullen elkander overleveren, en elkander haten”.
De Here Jezus gaat vervolgens verder met Zijn uitleg over de verdrukking die over ons komt, omdat wij een keuze vóór Jezus Christus hebben gemaakt. Iemand die daar specifiek over schreef is de apostel Johannes.
Joh.7:7:” De wereld kan ulieden niet haten, maar Mij haat zij, omdat Ik van dezelve getuig, dat haar werken boos zijn”.
Joh.15:18:” Indien u de wereld haat, zo weet, dat zij Mij eer dan u gehaat heeft”.
1 Joh.3:13:” Verwondert u niet, mijn broeders, zo u de wereld haat”.
De wereld haat ons, omdat wij gekozen hebben vóór Hem Die door de wereld gehaat wordt. En dat vloeit voort uit wat de Here Jezus eerder al zei, namelijk door de aanwezigheid van de verleider in deze wereld waartegen wij ons zouden wapenen. De haat van de wereld tegen ons, uit zich volgens de Here Jezus in het ergeren van velen, in het afvallen van medegelovigen in de uitbeelding van het “elkander overleveren” en de haat. Zodra er van deze dingen sprake is in de Gemeente, weet u dat het niet getuigd van broederliefde, maar van het werk van de duivel in de Gemeente.
In Bijbels Optiek
De Here Jezus Christus liet Zich beledigen en beschuldigen door de Joodse leiders van het Sanhedrin en verdroeg de straf geduldig, omdat Hij wist daarmee de hele mensheid te redden.
Aan de andere kant spreekt dit natuurlijk ook over de toestand in de wereld. Aangezien God liefde is en dat aan onze kant uit in de liefde voor Hem, zo is de wereld niet in zijn liefde en resulteert dat in ergernissen en haat. Ik hoef u waarschijnlijk geen spiegel voor te houden, want onze samenleving zit er vol mee. Dit gaat officieel door tot aan de voleinding der wereld, omdat dan pas het oude wordt weggedaan en het Nieuwe zal komen. Daarmee worden ook de satan, de zonde en de dood weggedaan.
Vele valse profeten.
Matt.24:11:” En vele valse profeten zullen opstaan, en zullen er velen verleiden”.
In de Gemeentelijke periode zijn er vele valse profeten opgestaan. Om maar eens een beestje bij zijn naam te noemen: Charles Darwin. Deze is de grondlegger van de evolutietheorie zoals u waarschijnlijk wel weet. Was hij dan een profeet? Hij verkondigde wél een woord en aangezien in het (uit het Grieks afgeleide) woord “theorie”, het Grieks woord “theos” zit op gesloten, dat “God” betekent, heb ik er geen enkele moeite mee om zijn theorie als een vals profetische boodschap te kenmerken. De evolutietheorie impliceert dat er geen God is. En als er géén God is, kan Hij ook niet Zijn Zoon hebben gezonden en is Jezus dus niet in het vlees gekomen, waarvan Johannes zegt:
1 Joh.4:3:” En alle geest, die niet belijdt, dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, die is uit God niet; maar dit is de geest van den antichrist, welken geest gij gehoord hebt, dat komen zal, en is nu alrede in de wereld”.
Dit is slechts één simpel voorbeeldje, helaas zijn er 10.000-den van dit soort theorieën, die bij doorredeneren en toetsing aan de Schrift, uitwijzen dat het een valse leer is.
Dat is waar de Here Jezus op doelt. Er zullen vele van dit soort profeten, ieder met hun eigen leer en theorie, opstaan en zullen er velen verleiden. Ik zal u eerlijk vertellen dat ik nog altijd niet begrijp dat op Christelijke basisscholen de dag wordt begonnen met de Bijbel, maar in de biologieles geleerd wordt dat de Bijbel onjuist is, omdat Darwin gelijk had. Een tip voor ouders die daarmee worstelen: vertel uw kind, dat uw kind afstamt van Adam, die weldegelijk geschapen werd door God, maar de meester of juf sprak over zijn of haar eigen afstamming van de aap. Humor is vaak een goede remedie, aldus de Here Zelf!!!
Ps.2:4:” Die in den hemel woont, zal lachen; de Heere zal hen bespotten”.
Aan de andere kant spreekt dit natuurlijk ook over de toestand in de wereld. Aangezien God liefde is en dat aan onze kant uit in de liefde voor Hem, zo is de wereld niet in zijn liefde en resulteert dat in ergernissen en haat. Ik hoef u waarschijnlijk geen spiegel voor te houden, want onze samenleving zit er vol mee. Dit gaat officieel door tot aan de voleinding der wereld, omdat dan pas het oude wordt weggedaan en het Nieuwe zal komen. Daarmee worden ook de satan, de zonde en de dood weggedaan.
Vele valse profeten.
Matt.24:11:” En vele valse profeten zullen opstaan, en zullen er velen verleiden”.
In de Gemeentelijke periode zijn er vele valse profeten opgestaan. Om maar eens een beestje bij zijn naam te noemen: Charles Darwin. Deze is de grondlegger van de evolutietheorie zoals u waarschijnlijk wel weet. Was hij dan een profeet? Hij verkondigde wél een woord en aangezien in het (uit het Grieks afgeleide) woord “theorie”, het Grieks woord “theos” zit op gesloten, dat “God” betekent, heb ik er geen enkele moeite mee om zijn theorie als een vals profetische boodschap te kenmerken. De evolutietheorie impliceert dat er geen God is. En als er géén God is, kan Hij ook niet Zijn Zoon hebben gezonden en is Jezus dus niet in het vlees gekomen, waarvan Johannes zegt:
1 Joh.4:3:” En alle geest, die niet belijdt, dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, die is uit God niet; maar dit is de geest van den antichrist, welken geest gij gehoord hebt, dat komen zal, en is nu alrede in de wereld”.
Dit is slechts één simpel voorbeeldje, helaas zijn er 10.000-den van dit soort theorieën, die bij doorredeneren en toetsing aan de Schrift, uitwijzen dat het een valse leer is.
Dat is waar de Here Jezus op doelt. Er zullen vele van dit soort profeten, ieder met hun eigen leer en theorie, opstaan en zullen er velen verleiden. Ik zal u eerlijk vertellen dat ik nog altijd niet begrijp dat op Christelijke basisscholen de dag wordt begonnen met de Bijbel, maar in de biologieles geleerd wordt dat de Bijbel onjuist is, omdat Darwin gelijk had. Een tip voor ouders die daarmee worstelen: vertel uw kind, dat uw kind afstamt van Adam, die weldegelijk geschapen werd door God, maar de meester of juf sprak over zijn of haar eigen afstamming van de aap. Humor is vaak een goede remedie, aldus de Here Zelf!!!
Ps.2:4:” Die in den hemel woont, zal lachen; de Heere zal hen bespotten”.
In Bijbels Optiek
Is het niet een aanfluiting voor het wezen mens om onder deze evolutie te vallen. De mens werd reeds bij zijn schepping volmaakt geschapen als denkend, voelend en intelligent wezen.
Matt.24:12 , 13 en 14.
Staan blijven in het geloof der Schriften.
Matt.24:12:”En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden”.
Als gerechtigheid van God afkomstig is, dan is de ongerechtigheid van de ongerechtige afkomstig. Dat is de duivel. De duivel geeft de mens een leer, een theorie, een dogma en vooral de wet, zodat nog beter de beperking van de mens en zijn zondige aard zichtbaar wordt. Die ongerechtigheid werd in het verleden en ook tegenwoordig verkondigd door de vele valse profeten, die velen zullen verleiden. De Here Jezus zegt daarover in dit vers dat dit alleen maar zal toenemen. Het zal vermenigvuldigd worden, met als gevolg dat men als maar verder van God af komt te staan. En als God liefde is en men juist van die Liefdesbron verwijderd, dan zal die liefde dus afnemen. Dat is het oorzakelijk verband tussen het vermenigvuldigen van de ongerechtigheid en het verkillen van de liefde.
Matt.24:12 , 13 en 14.
Staan blijven in het geloof der Schriften.
Matt.24:12:”En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden”.
Als gerechtigheid van God afkomstig is, dan is de ongerechtigheid van de ongerechtige afkomstig. Dat is de duivel. De duivel geeft de mens een leer, een theorie, een dogma en vooral de wet, zodat nog beter de beperking van de mens en zijn zondige aard zichtbaar wordt. Die ongerechtigheid werd in het verleden en ook tegenwoordig verkondigd door de vele valse profeten, die velen zullen verleiden. De Here Jezus zegt daarover in dit vers dat dit alleen maar zal toenemen. Het zal vermenigvuldigd worden, met als gevolg dat men als maar verder van God af komt te staan. En als God liefde is en men juist van die Liefdesbron verwijderd, dan zal die liefde dus afnemen. Dat is het oorzakelijk verband tussen het vermenigvuldigen van de ongerechtigheid en het verkillen van de liefde.
In Bijbels Optiek
Maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden.
Matt.24:13:” Maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden”.
Dan gaat de Here Jezus verder met een uitspraak waar een tijdsbepaling in voorkomt. Namelijk “tot het einde”. “Tot het einde waarvan?”, vragen wij ons dan af. In deze Bijbelstudie zijn er twee goede antwoorden mogelijk, namelijk één in de smalle betekenis en één in de ruime betekenis.
In de smalle betekenis gaat het om de individuele gelovige die zou volharden in het geloof in Jezus Christus tot het einde van zijn of haar aardse leven, zoals Paulus dat verwoordt:
2 Tim.4:7:” Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden”.
Maar in de ruime betekenis zouden we beseffen dat er vòòr ons gelovigen zijn geweest die zouden volharden, maar ook na ons uiteraard. Zolang er nog een tegenstander bestaat en de voleinding der wereld nog niet heeft plaats gevonden, zullen ook de mensen die na ons op deze oude aarde zullen leven, moeten volharden om zalig te worden. Want na het einde, en dan bedoel ik dit keer niet de lichamelijke dood, maar de dood en het dodenrijk, zou de tegenstander met de zonde en de dood definitief verdwijnen en zal er dus ook geen volharding meer nodig zijn. Er wordt hier dus niet gesproken over de Opname van de Gemeente voor de duidelijkheid.
Matt.24:14 :”En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen”.
En dan komt één van de meest verkeerd geïnterpreteerde verzen van dit hoofdstuk. De idee die je in veel Gemeenten hoort, is dat het onze taak is om het Evangelie te verspreiden, want als dat is gebeurt komt Christus terug. Dat is per definitie een onjuiste en on-Bijbelse gedachte.
Het is goed dat wij het Evangelie van het Koninkrijk over de wereld verkondigen. Sterker nog, het is een Bijbelse opdracht:
Hand.1:8 :”Maar gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes, Die over u komen zal; en gij zult Mijn getuigen zijn, zo te Jeruzalem, als in geheel Judea en Samaria, en tot aan het uiterste der aarde”.
Daar is ook geen twijfel over mogelijk. Maar het causaal verband tussen onze opdracht om te Evangeliseren en Zijn Wederkomst, maakt van het Lichaam van Christus het hoofd en het Hoofd tot het lichaam. Het is niet aan ons vermogen gekoppeld wanneer Christus terug komt. Die visie maakt onze Here afhankelijk van onze prestaties, terwijl de Bijbel leert dat wij afhankelijk zijn van Hem en niet andersom!
Matt.24:13:” Maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden”.
Dan gaat de Here Jezus verder met een uitspraak waar een tijdsbepaling in voorkomt. Namelijk “tot het einde”. “Tot het einde waarvan?”, vragen wij ons dan af. In deze Bijbelstudie zijn er twee goede antwoorden mogelijk, namelijk één in de smalle betekenis en één in de ruime betekenis.
In de smalle betekenis gaat het om de individuele gelovige die zou volharden in het geloof in Jezus Christus tot het einde van zijn of haar aardse leven, zoals Paulus dat verwoordt:
2 Tim.4:7:” Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden”.
Maar in de ruime betekenis zouden we beseffen dat er vòòr ons gelovigen zijn geweest die zouden volharden, maar ook na ons uiteraard. Zolang er nog een tegenstander bestaat en de voleinding der wereld nog niet heeft plaats gevonden, zullen ook de mensen die na ons op deze oude aarde zullen leven, moeten volharden om zalig te worden. Want na het einde, en dan bedoel ik dit keer niet de lichamelijke dood, maar de dood en het dodenrijk, zou de tegenstander met de zonde en de dood definitief verdwijnen en zal er dus ook geen volharding meer nodig zijn. Er wordt hier dus niet gesproken over de Opname van de Gemeente voor de duidelijkheid.
Matt.24:14 :”En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen”.
En dan komt één van de meest verkeerd geïnterpreteerde verzen van dit hoofdstuk. De idee die je in veel Gemeenten hoort, is dat het onze taak is om het Evangelie te verspreiden, want als dat is gebeurt komt Christus terug. Dat is per definitie een onjuiste en on-Bijbelse gedachte.
Het is goed dat wij het Evangelie van het Koninkrijk over de wereld verkondigen. Sterker nog, het is een Bijbelse opdracht:
Hand.1:8 :”Maar gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes, Die over u komen zal; en gij zult Mijn getuigen zijn, zo te Jeruzalem, als in geheel Judea en Samaria, en tot aan het uiterste der aarde”.
Daar is ook geen twijfel over mogelijk. Maar het causaal verband tussen onze opdracht om te Evangeliseren en Zijn Wederkomst, maakt van het Lichaam van Christus het hoofd en het Hoofd tot het lichaam. Het is niet aan ons vermogen gekoppeld wanneer Christus terug komt. Die visie maakt onze Here afhankelijk van onze prestaties, terwijl de Bijbel leert dat wij afhankelijk zijn van Hem en niet andersom!
In Bijbels Optiek
Maar gij zult ontvangen de kracht van de Heilige Geest, Die over u komen zal; en gij zult Mijn getuigen zijn, zowel te Jeruzalem, als in geheel Judea en Samaria, en tot aan het uiterste der aarde.
Maar die visie kunnen we ook niet in dit vers teruglezen. We zouden lezen wat er wél en níet staat. Er staat niet dat na de prediking van het Evangelie van het Koninkrijk, Christus terugkomt. Er staat dat dan daarna het einde zal komen. Dat is ver na de Wederkomst van de Here Jezus, als u begrijpt. We geloven dat Christus terugkomt op de oude aarde, maar het einde verwijst naar de voleinding der wereld, waarbij alle gelovigen die Nieuwe Schepping zullen binnengaan. Maar dat is dus iets heel anders dan de Wederkomst van Christus.
De tweede reden waarom het on-Bijbels is om te zeggen dat het aan onze prestatie is gelegen in het verkondigen van het Evangelie, zodat de Here Jezus kan terugkomen, is dat het Evangelie al is gepredikt over de hele wereld. Tenminste dat zegt onze Bijbel er Zelf over.
Col.1:23:” Indien gij maar blijft in het geloof, gefundeerd en vast, en niet bewogen wordt van de hope des Evangelies, dat gij gehoord hebt, hetwelk gepredikt is onder al de kreature, die onder den hemel is; van hetwelk ik Paulus een dienaar geworden ben”.
De leer dat Christus afhankelijk is, of wij wel over de gehele wereld gaan prediken, maakt dat, omdat het Evangelie al gepredikt is over de hele wereld, dat Christus aarzelt in het vervullen van Zijn belofte om terug te komen. Dat is in strijd met:
2 Pet.3:9:” De Heere vertraagt de belofte niet (gelijk enigen dat traagheid achten), maar is lankmoedig over ons, niet willende, dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen”.
Van vers 1 tot en met vers 14 gaat de Here Jezus in op de tijd van Zijn uitspraak tot aan de voleinding der wereld, omdat het gaat om de invloed van de tegenstander die aanwezig blijft, totdat hij zal worden weggedaan. Dat neemt niet weg dat in die ruim 3000 jaren, bepaalde uitspraken van de Here Jezus een eigen of specifieke vervulling zullen krijgen. Nadat de Here Jezus eerst dit uiteen heeft gezet, zal Hij terugkomen op Zijn eerste zin, de verwoesting van de gebouwen des tempels, verwijzend naar Zijn uitspraak over de laatste dag van de 69ste week van Daniël.
Maar die visie kunnen we ook niet in dit vers teruglezen. We zouden lezen wat er wél en níet staat. Er staat niet dat na de prediking van het Evangelie van het Koninkrijk, Christus terugkomt. Er staat dat dan daarna het einde zal komen. Dat is ver na de Wederkomst van de Here Jezus, als u begrijpt. We geloven dat Christus terugkomt op de oude aarde, maar het einde verwijst naar de voleinding der wereld, waarbij alle gelovigen die Nieuwe Schepping zullen binnengaan. Maar dat is dus iets heel anders dan de Wederkomst van Christus.
De tweede reden waarom het on-Bijbels is om te zeggen dat het aan onze prestatie is gelegen in het verkondigen van het Evangelie, zodat de Here Jezus kan terugkomen, is dat het Evangelie al is gepredikt over de hele wereld. Tenminste dat zegt onze Bijbel er Zelf over.
Col.1:23:” Indien gij maar blijft in het geloof, gefundeerd en vast, en niet bewogen wordt van de hope des Evangelies, dat gij gehoord hebt, hetwelk gepredikt is onder al de kreature, die onder den hemel is; van hetwelk ik Paulus een dienaar geworden ben”.
De leer dat Christus afhankelijk is, of wij wel over de gehele wereld gaan prediken, maakt dat, omdat het Evangelie al gepredikt is over de hele wereld, dat Christus aarzelt in het vervullen van Zijn belofte om terug te komen. Dat is in strijd met:
2 Pet.3:9:” De Heere vertraagt de belofte niet (gelijk enigen dat traagheid achten), maar is lankmoedig over ons, niet willende, dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen”.
Van vers 1 tot en met vers 14 gaat de Here Jezus in op de tijd van Zijn uitspraak tot aan de voleinding der wereld, omdat het gaat om de invloed van de tegenstander die aanwezig blijft, totdat hij zal worden weggedaan. Dat neemt niet weg dat in die ruim 3000 jaren, bepaalde uitspraken van de Here Jezus een eigen of specifieke vervulling zullen krijgen. Nadat de Here Jezus eerst dit uiteen heeft gezet, zal Hij terugkomen op Zijn eerste zin, de verwoesting van de gebouwen des tempels, verwijzend naar Zijn uitspraak over de laatste dag van de 69ste week van Daniël.