In Bijbels Optiek
Het antisemitisme en haar onuitroeibare aannames.
Waarom antisemitisme specifiek op Joden gericht was en niet op een ander volk zou nog door een nadere toevoeging gespecificeerd kunnen worden.
Tegen het einde van de 18e eeuw begon men namelijk een aantal Voor-Aziatische volken Semieten te noemen. Daarbij horen onder andere: de Arameeërs, Babyloniërs, Assyriërs, Arabieren, Phoeniciërs én de Joden. Het Semitische ras heeft op zich nooit als zodanig bestaan. Men denkt bij het verschijnsel antisemitisme nooit aan Semieten (zie hiervoor), maar uitsluitend aan Joden en daar hebben we hiervoor al oorzaken aangegeven.
De haat tegen de Jood is daarnaast een aparte vorm van xenofobie geworden, namelijk de angst voor iedereen die vreemdeling is. De Joden zijn om die reden altijd de zondebok van de natie geweest, afschuwelijk genoeg vaak met letterlijke uitzetting.
Toch is dit niet de enige oorzaak van antisemitisme. Een belangrijke (en misschien wel de belangrijkste) oorzaak van het antisemitisme is de opstelling van het Christendom en met name de Rooms-katholieke Kerk, die eeuwenlang leerde dat Joden verantwoordelijk waren voor de dood van Jezus en dat ze daarom gestraft moesten worden (dit staat bekend als de ‘Mythe van de Deïcide’, of de moord op God).
Iets anders wat de Jodenhaat onder christenen aanwakkerde was dus de eerder aangeduide Vervangingsmythe, die claimde dat het Christendom het Judaïsme had vervangen, omdat de Joden hadden gefaald in hun rol als door God uitverkoren volk - en dus verdienden gestraft te worden, zeker door de christelijke wereld.
Joden werden vaak gezien als, inhalig, duivels, afstandelijk, lui, geldzuchtig, heerszuchtig, bedrieglijk, eerloos en achterbaks.
In de Middeleeuwen kregen de Joden het daardoor erg moeilijk en liepen tegen allerlei beperkingen op. Zo mochten ze bijvoorbeeld geen eigen stuk grond bezitten en moesten ze verplicht een ‘Jodenlap’ dragen. Ook mochten ze alleen contact hebben met hun eigen volk.
Antisemitisme bleek vaak de kop op te steken in tijden van crisis (misoogsten, epidemieën, oorlogen of de nasleep daarvan).
Rond het jaar 1870 kwam bij het nieuwe politieke antisemitisme nog het raciale antisemitisme. Op basis van de evolutietheorie van de Engelse natuurwetenschapper Charles Darwin verklaarden Jodenhaters dat Joden een inferieur ras vormden op de evolutionaire schaal. Aangezien het probleem in het fysieke, genetische zat, kon het niet worden veranderd. Tot deze nieuwe vorm van antisemitisme behoorde ook het idee dat Joden verantwoordelijk zouden zijn voor de problemen op de wereld vanwege hun ras.
Waarom antisemitisme specifiek op Joden gericht was en niet op een ander volk zou nog door een nadere toevoeging gespecificeerd kunnen worden.
Tegen het einde van de 18e eeuw begon men namelijk een aantal Voor-Aziatische volken Semieten te noemen. Daarbij horen onder andere: de Arameeërs, Babyloniërs, Assyriërs, Arabieren, Phoeniciërs én de Joden. Het Semitische ras heeft op zich nooit als zodanig bestaan. Men denkt bij het verschijnsel antisemitisme nooit aan Semieten (zie hiervoor), maar uitsluitend aan Joden en daar hebben we hiervoor al oorzaken aangegeven.
De haat tegen de Jood is daarnaast een aparte vorm van xenofobie geworden, namelijk de angst voor iedereen die vreemdeling is. De Joden zijn om die reden altijd de zondebok van de natie geweest, afschuwelijk genoeg vaak met letterlijke uitzetting.
Toch is dit niet de enige oorzaak van antisemitisme. Een belangrijke (en misschien wel de belangrijkste) oorzaak van het antisemitisme is de opstelling van het Christendom en met name de Rooms-katholieke Kerk, die eeuwenlang leerde dat Joden verantwoordelijk waren voor de dood van Jezus en dat ze daarom gestraft moesten worden (dit staat bekend als de ‘Mythe van de Deïcide’, of de moord op God).
Iets anders wat de Jodenhaat onder christenen aanwakkerde was dus de eerder aangeduide Vervangingsmythe, die claimde dat het Christendom het Judaïsme had vervangen, omdat de Joden hadden gefaald in hun rol als door God uitverkoren volk - en dus verdienden gestraft te worden, zeker door de christelijke wereld.
Joden werden vaak gezien als, inhalig, duivels, afstandelijk, lui, geldzuchtig, heerszuchtig, bedrieglijk, eerloos en achterbaks.
In de Middeleeuwen kregen de Joden het daardoor erg moeilijk en liepen tegen allerlei beperkingen op. Zo mochten ze bijvoorbeeld geen eigen stuk grond bezitten en moesten ze verplicht een ‘Jodenlap’ dragen. Ook mochten ze alleen contact hebben met hun eigen volk.
Antisemitisme bleek vaak de kop op te steken in tijden van crisis (misoogsten, epidemieën, oorlogen of de nasleep daarvan).
Rond het jaar 1870 kwam bij het nieuwe politieke antisemitisme nog het raciale antisemitisme. Op basis van de evolutietheorie van de Engelse natuurwetenschapper Charles Darwin verklaarden Jodenhaters dat Joden een inferieur ras vormden op de evolutionaire schaal. Aangezien het probleem in het fysieke, genetische zat, kon het niet worden veranderd. Tot deze nieuwe vorm van antisemitisme behoorde ook het idee dat Joden verantwoordelijk zouden zijn voor de problemen op de wereld vanwege hun ras.
In Bijbels Optiek
Het tragische dieptepunt van deze lange geschiedenis van Jodenhaat is de Holocaust tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zes miljoen joden werden door de nazi's vermoord.