In Bijbels Optiek
15. “MAAR BIJ U IS VERGEVING, OPDAT GIJ GEVREESD WORDT”.
De Geneefse reformator Johannes Calvijn heeft eens de volgende extreme uitspraak gedaan:
“Denk het huwelijk en het huisgezin weg, en de mensheid wordt veranderd in een beestenboel”. Dit is een waar woord, dat in de praktijk van onze dagen maar al te waar blijkt te zijn.
15.1. Trouw moet blijken.
Bovenstaand gezegde geldt ook van het huwelijk(sleven). Tegenwoordig heeft men de mond vol over vrijheid. Je mag en moet elkaar niet binden, want dat werkt alleen maar frustrerend en mensonterend. Geef jezelf de nodige ruimte, waardoor je je allerlei vrijheden kunt veroorloven. In een consumptiemaatschappij zijn er mogelijkheden te over.
Daarom geen beloften van trouw! Geen bewijzen van trouw! Wat de gevolgen van ontrouw zijn en worden laat zich niet moeilijk raden. Een dergelijke opstelling en levenspraktijk vloeken met de geboden en beloften van God druist in tegen Gods bedoelingen. Hij heeft het huwelijk als een bijzonder rijk en mooi geschenk gegeven en gelaten.
Door de zonde echter is er schending en verwoesting gekomen. De duivel – zijn naam zegt, dat hij alles wat God samengevoegd heeft, wil losrukken – heeft al in het paradijs de relatie tussen man en vrouw, tussen Adam en Eva aangetast. Adam dus eerst vol verrukking zijn van God gekregen vrouw begroette, noemt haar na de zonde niet eens meer bij haar naam en schuift de schuld op haar af:”die vrouw, die Gij mij gegeven hebt”. Het klinkt niet alleen beschuldigend aan Gods adres, maar evenzeer verachtelijk naar de kant van zijn vrouw. Die vrouw – dat mens!
Goddank, houdt de Schepper hen beiden vast en geeft door Zijn genade nieuwe liefde en zorg voor elkaar. Hij schenkt vergeving. God wil namelijk niet, dat duivel en mensen Zijn gaven te niet doen. Hij wil, dat wij vanuit de verbondsrelatie denken en handelen. En juist als wij het huwelijk zien in relatie tot God de Schepper en de Verlosser, tot Hem die trouw is ten opzichte van ons, Zijn gemeente, dan hebben wij elkaar trouw te beloven en trouw hebben te zijn voor zijn aangezicht.
Het huwelijk dat voor Gods ogen gesloten en geleefd wordt, wordt niet bepaald door de omstandigheden en het gevoelen van de tijd waarin wij leven, maar door de trouw van God, door Zijn geboden en beloften die onze liefde inhoud en richting geven. En de ander trouw beloven betekent echt niet alleen, dat wij ons verplichten nee te zeggen tegen ‘buitenechtelijke affaires’, maar vooral dat wij ons in gehoorzaamheid aan God en in verantwoordelijkheid tegenover elkaar – in gevende en sparende liefde – zullen inzetten voor onze naaste. Die ander mag tot zijn of haar recht komen en de van God gegeven mogelijkheden en talenten wèl besteden.
Huwelijkstrouw vraagt respect voor elkaar, communicatief met elkaar omgaan.
De Geneefse reformator Johannes Calvijn heeft eens de volgende extreme uitspraak gedaan:
“Denk het huwelijk en het huisgezin weg, en de mensheid wordt veranderd in een beestenboel”. Dit is een waar woord, dat in de praktijk van onze dagen maar al te waar blijkt te zijn.
15.1. Trouw moet blijken.
Bovenstaand gezegde geldt ook van het huwelijk(sleven). Tegenwoordig heeft men de mond vol over vrijheid. Je mag en moet elkaar niet binden, want dat werkt alleen maar frustrerend en mensonterend. Geef jezelf de nodige ruimte, waardoor je je allerlei vrijheden kunt veroorloven. In een consumptiemaatschappij zijn er mogelijkheden te over.
Daarom geen beloften van trouw! Geen bewijzen van trouw! Wat de gevolgen van ontrouw zijn en worden laat zich niet moeilijk raden. Een dergelijke opstelling en levenspraktijk vloeken met de geboden en beloften van God druist in tegen Gods bedoelingen. Hij heeft het huwelijk als een bijzonder rijk en mooi geschenk gegeven en gelaten.
Door de zonde echter is er schending en verwoesting gekomen. De duivel – zijn naam zegt, dat hij alles wat God samengevoegd heeft, wil losrukken – heeft al in het paradijs de relatie tussen man en vrouw, tussen Adam en Eva aangetast. Adam dus eerst vol verrukking zijn van God gekregen vrouw begroette, noemt haar na de zonde niet eens meer bij haar naam en schuift de schuld op haar af:”die vrouw, die Gij mij gegeven hebt”. Het klinkt niet alleen beschuldigend aan Gods adres, maar evenzeer verachtelijk naar de kant van zijn vrouw. Die vrouw – dat mens!
Goddank, houdt de Schepper hen beiden vast en geeft door Zijn genade nieuwe liefde en zorg voor elkaar. Hij schenkt vergeving. God wil namelijk niet, dat duivel en mensen Zijn gaven te niet doen. Hij wil, dat wij vanuit de verbondsrelatie denken en handelen. En juist als wij het huwelijk zien in relatie tot God de Schepper en de Verlosser, tot Hem die trouw is ten opzichte van ons, Zijn gemeente, dan hebben wij elkaar trouw te beloven en trouw hebben te zijn voor zijn aangezicht.
Het huwelijk dat voor Gods ogen gesloten en geleefd wordt, wordt niet bepaald door de omstandigheden en het gevoelen van de tijd waarin wij leven, maar door de trouw van God, door Zijn geboden en beloften die onze liefde inhoud en richting geven. En de ander trouw beloven betekent echt niet alleen, dat wij ons verplichten nee te zeggen tegen ‘buitenechtelijke affaires’, maar vooral dat wij ons in gehoorzaamheid aan God en in verantwoordelijkheid tegenover elkaar – in gevende en sparende liefde – zullen inzetten voor onze naaste. Die ander mag tot zijn of haar recht komen en de van God gegeven mogelijkheden en talenten wèl besteden.
Huwelijkstrouw vraagt respect voor elkaar, communicatief met elkaar omgaan.
In Bijbels Optiek
Je huwelijk in stand houden vergt vaak extreme communicatie om elkaar iets duidelijk te maken.
Het geeft tevens openheid naar taak en roeping in kerk en samenleving. In dat licht wordt alle onkuisheid, overspel, hoererij ontmaskerd en gebrandmerkt als uit den boze. En terecht spreekt het huwelijksformulier in aansluiting bij wat Paulus de gemeente van Christus in Corinthe voor houdt, dat wij noch vóór, noch in het huwelijk ons lichaam hebben te schenden. Dat druist in tegen Gods bedoelingen. Ons lichaam, waarvoor Jezus Christus ook Zijn bloed gaf om het te redden en te heiligen is geen vuilnisvat of wegwerpartikel, maar een tempel, waarin de Geest wil wonen en werken.
Wie dus alleen maar zichzelf wil uitleven, doet dat ten koste van de eer van God en van de naaste. En dat wordt door God niet genomen!!
15.2. Huwelijkssluiting.
Wij kennen de huwelijkssluiting op het gemeente- of stadhuis voor de ambtenaar van de burgerlijke stand. Daarvan zien wij tevens iets uitkomen van de taak van de overheid als staande in dienst van God. Alle dingen dienen immers met orde te geschieden. Nu is de tragiek dat velen zich verzetten tegen dit instituut. Naast vele andere zaken en taken dient ook dit element uit de samenleving verwijderd te worden. Smalend wordt over de overheid, haar gezag en taak gesproken en geschreven. Even denigrerend spreekt men over het ‘boterbriefje’, dat je op de gemeentesecretarie kunt halen. Gepleit werd en wordt voor andere leefpatronen, alternatieve relaties. Het al dan niet duurzaam ‘samenwonen’ raakte in, hetzij vanuit financiële overwegingen, hetzij als een soort ‘proefhuwelijk’, om te kijken of men bij elkaar paste. Daarbij spelen heel nare ervaringen uit een vorig huwelijk(sleven) een grote rol, angst voor nieuwe mislukking(en), vrees om te falen, of een zich niet binden aan, met alle consequenties van dien. Trouwens bij velen, die het huwelijk wel in ere zeggen te willen houden, is het instituut huwelijk in woord en daad erg uitgehold! Vanuit de bijbel echter dienen we eerlijk te handelen in deze.
Heel duidelijk is vanuit de Schriften ( meervoud!), dat God geen toestemming voor alternatieven toestaat. De huwelijksgemeenschap verdraagt geen experimentele fase. Trouwens de relatie manvrouw is geen zaak van twee individuen. De gemeenschap is erbij betrokken, de familie, de overheid, de kerk, de maatschappij. In Israël was er een publieke huwelijkssluiting, waarbij de gemeenschap present was. God en mensen waren getuigen van het verbond van het echtpaar. Samenwonen ( en ook het hierna te bespreken ‘homohuwelijk’) is dan ook ten enenmale in strijd met de bijbelse gegevens.
Als er in de bijbel over samenwoning gesproken wordt dan is het niet gunstig voor alle partijen. Denk maar aan koning Herodes met Herodias. Johannes de Doper werd daar de dupe van. Evenmin vindt de Here Jezus het goed, wat de Samaritaanse vrouw doet, nu zij samenwoont met een zesde man.
Het huwelijk is een officiële verbintenis, een fase in het leven waar men intreedt. Het institutionaire kunnen wij niet missen. God gaf trouwens in een gebroken, zondige wereld de overheid haar taak, opdat zij ook rechtsbescherming zou verlenen.
Wie trouwt, belooft de ander trouw voor het leven en kent niet alleen rechten, maar ook plichten. Het net doen ‘alsof je getrouwd bent’ zonder verantwoordelijkheid te aanvaarden, is strijdig met Gods zegenrijke bedoelingen voor ons en onze kinderen.
15.3. Huwelijksbevestiging.
Het huwelijk wordt niet in de kerkdienst gesloten. Wel mogen man en vrouw daar komen om Gods zegen over hun verbintenis vanaf het eerste moment te vragen en toegezegd te krijgen. En met God als getuige aanvaarden man en vrouw hun verantwoordelijkheid.
Het geeft tevens openheid naar taak en roeping in kerk en samenleving. In dat licht wordt alle onkuisheid, overspel, hoererij ontmaskerd en gebrandmerkt als uit den boze. En terecht spreekt het huwelijksformulier in aansluiting bij wat Paulus de gemeente van Christus in Corinthe voor houdt, dat wij noch vóór, noch in het huwelijk ons lichaam hebben te schenden. Dat druist in tegen Gods bedoelingen. Ons lichaam, waarvoor Jezus Christus ook Zijn bloed gaf om het te redden en te heiligen is geen vuilnisvat of wegwerpartikel, maar een tempel, waarin de Geest wil wonen en werken.
Wie dus alleen maar zichzelf wil uitleven, doet dat ten koste van de eer van God en van de naaste. En dat wordt door God niet genomen!!
15.2. Huwelijkssluiting.
Wij kennen de huwelijkssluiting op het gemeente- of stadhuis voor de ambtenaar van de burgerlijke stand. Daarvan zien wij tevens iets uitkomen van de taak van de overheid als staande in dienst van God. Alle dingen dienen immers met orde te geschieden. Nu is de tragiek dat velen zich verzetten tegen dit instituut. Naast vele andere zaken en taken dient ook dit element uit de samenleving verwijderd te worden. Smalend wordt over de overheid, haar gezag en taak gesproken en geschreven. Even denigrerend spreekt men over het ‘boterbriefje’, dat je op de gemeentesecretarie kunt halen. Gepleit werd en wordt voor andere leefpatronen, alternatieve relaties. Het al dan niet duurzaam ‘samenwonen’ raakte in, hetzij vanuit financiële overwegingen, hetzij als een soort ‘proefhuwelijk’, om te kijken of men bij elkaar paste. Daarbij spelen heel nare ervaringen uit een vorig huwelijk(sleven) een grote rol, angst voor nieuwe mislukking(en), vrees om te falen, of een zich niet binden aan, met alle consequenties van dien. Trouwens bij velen, die het huwelijk wel in ere zeggen te willen houden, is het instituut huwelijk in woord en daad erg uitgehold! Vanuit de bijbel echter dienen we eerlijk te handelen in deze.
Heel duidelijk is vanuit de Schriften ( meervoud!), dat God geen toestemming voor alternatieven toestaat. De huwelijksgemeenschap verdraagt geen experimentele fase. Trouwens de relatie manvrouw is geen zaak van twee individuen. De gemeenschap is erbij betrokken, de familie, de overheid, de kerk, de maatschappij. In Israël was er een publieke huwelijkssluiting, waarbij de gemeenschap present was. God en mensen waren getuigen van het verbond van het echtpaar. Samenwonen ( en ook het hierna te bespreken ‘homohuwelijk’) is dan ook ten enenmale in strijd met de bijbelse gegevens.
Als er in de bijbel over samenwoning gesproken wordt dan is het niet gunstig voor alle partijen. Denk maar aan koning Herodes met Herodias. Johannes de Doper werd daar de dupe van. Evenmin vindt de Here Jezus het goed, wat de Samaritaanse vrouw doet, nu zij samenwoont met een zesde man.
Het huwelijk is een officiële verbintenis, een fase in het leven waar men intreedt. Het institutionaire kunnen wij niet missen. God gaf trouwens in een gebroken, zondige wereld de overheid haar taak, opdat zij ook rechtsbescherming zou verlenen.
Wie trouwt, belooft de ander trouw voor het leven en kent niet alleen rechten, maar ook plichten. Het net doen ‘alsof je getrouwd bent’ zonder verantwoordelijkheid te aanvaarden, is strijdig met Gods zegenrijke bedoelingen voor ons en onze kinderen.
15.3. Huwelijksbevestiging.
Het huwelijk wordt niet in de kerkdienst gesloten. Wel mogen man en vrouw daar komen om Gods zegen over hun verbintenis vanaf het eerste moment te vragen en toegezegd te krijgen. En met God als getuige aanvaarden man en vrouw hun verantwoordelijkheid.
In Bijbels Optiek
Het huwelijk tussen man en vrouw wordt in de kerk gesloten, alternatieve samenlevingsvormen horen daar niet ingezegend te worden.
De gemeente mag evenzeer meeleven en meebidden. Helaas is in vele gevallen en in vele gemeenten de belangstelling miniem en is de huwelijkssluiting ‘in het midden van de gemeente’ niet overeenstemming met de realiteit. Niet voor niets wordt er terecht gepleit om de huwelijksbevestiging weer een plaats te geven in de zondagse eredienst. De prediking kan dan voor bruidsparen en gemeente duidelijk maken wat Gods wil is voor heel onze huwelijks- en gezinspraktijk. In dit verband kunnen wij de uitspraak van Augustinus goed begrijpen:”een goed huwelijk is het laatste stukje van het paradijs, dat er op deze aarde is overgebleven”.
Tegelijkertijd mogen wij vanuit de bijbel weten, dat er voor alle problematiek en zonde in deze bij God raad en sterkte, vergeving is, na oprechte schuldbelijdenis. “Want bij u is vergeving, opdat Gij gevreesd wordt”.
De gemeente mag evenzeer meeleven en meebidden. Helaas is in vele gevallen en in vele gemeenten de belangstelling miniem en is de huwelijkssluiting ‘in het midden van de gemeente’ niet overeenstemming met de realiteit. Niet voor niets wordt er terecht gepleit om de huwelijksbevestiging weer een plaats te geven in de zondagse eredienst. De prediking kan dan voor bruidsparen en gemeente duidelijk maken wat Gods wil is voor heel onze huwelijks- en gezinspraktijk. In dit verband kunnen wij de uitspraak van Augustinus goed begrijpen:”een goed huwelijk is het laatste stukje van het paradijs, dat er op deze aarde is overgebleven”.
Tegelijkertijd mogen wij vanuit de bijbel weten, dat er voor alle problematiek en zonde in deze bij God raad en sterkte, vergeving is, na oprechte schuldbelijdenis. “Want bij u is vergeving, opdat Gij gevreesd wordt”.