Wat gebeurde er écht met voorwereldlijke ‘monsters’ zoals de dinosauriërs?
(Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling 1977).
Antwoorden in Genesis.
Dinosauriërs worden meer dan iets anders gebruikt om kinderen en volwassenen te indoctrineren aangaande het idee van miljoenen jaren aardse geschiedenis. Maar de Bijbel laat echter blijken dat dinosauriërs slechts een aantal duizenden jaren geleden ontstonden.
De Bijbel biedt ook een oplossing voor het mysterie over wat er met hen gebeurde. Sommige sleutelteksten zijn Genesis 1:24–25 en Job 40:10-40:10–19 (KJV: 40:15-24).
Zijn dinosauriërs mysterieus?
Velen denken dat het bestaan van dinosauriërs en hun verdwijning in zulk een mysterie gehuld zijn dat
wij nooit de waarheid zullen te weten komen over hun afkomst, wanneer zij leefden en wat er met hen
gebeurde. Maar dinosauriërs zijn slechts mysterieus indien u het evolutionaire geloof aanhangt over
hun geschiedenis.
(Alle Schriftaanhalingen komen uit de Statenvertaling 1977).
Antwoorden in Genesis.
Dinosauriërs worden meer dan iets anders gebruikt om kinderen en volwassenen te indoctrineren aangaande het idee van miljoenen jaren aardse geschiedenis. Maar de Bijbel laat echter blijken dat dinosauriërs slechts een aantal duizenden jaren geleden ontstonden.
De Bijbel biedt ook een oplossing voor het mysterie over wat er met hen gebeurde. Sommige sleutelteksten zijn Genesis 1:24–25 en Job 40:10-40:10–19 (KJV: 40:15-24).
Zijn dinosauriërs mysterieus?
Velen denken dat het bestaan van dinosauriërs en hun verdwijning in zulk een mysterie gehuld zijn dat
wij nooit de waarheid zullen te weten komen over hun afkomst, wanneer zij leefden en wat er met hen
gebeurde. Maar dinosauriërs zijn slechts mysterieus indien u het evolutionaire geloof aanhangt over
hun geschiedenis.
Velen denken dat het bestaan van dinosauriërs en hun verdwijning in zulk een mysterie gehuld zijn dat wij nooit de waarheid zullen te weten komen over hun afkomst, wanneer zij leefden en wat er met hen gebeurde. Maar dinosauriërs zijn slechts mysterieus indien u het evolutionaire geloof aanhangt over hun geschiedenis.
Volgens evolutionisten: Dinosauriërs evolueerden voor het eerst rond 235 miljoen jaar geleden - lang voordat de mens evolueerde. Geen enkel menselijk wezen leefde ooit gelijk met de dinosauriërs. Hun
geschiedenis is opgeslagen in de fossiellagen van de aarde, die miljoenen jaren geleden daar zijn gedeponeerd.
Zij werden zo succesvol dat zij tenslotte over de aarde ‘heersten’. Maar zo’n 65 miljoen jaar geleden gebeurde er iets dat dit alles veranderde: de dinosaurussen verdwenen.
De meeste evolutionisten geloven dat een soort van cataclysme - zoiets als de impact van asteroïden - hen uitroeide. Maar ook vele evolutionisten beweren dat dinosauriërs evolueerden in vogels, en dat zij dus niet uitgeroeid werden maar vandaag rondom ons vliegen!
Er hangt geen mysterie rond de dinosauriërs indien u het totaal andere verslag accepteert van de Bijbel over de geschiedenis van dinosauriërs.
Volgens evolutionisten: Dinosauriërs evolueerden voor het eerst rond 235 miljoen jaar geleden - lang voordat de mens evolueerde. Geen enkel menselijk wezen leefde ooit gelijk met de dinosauriërs. Hun
geschiedenis is opgeslagen in de fossiellagen van de aarde, die miljoenen jaren geleden daar zijn gedeponeerd.
Zij werden zo succesvol dat zij tenslotte over de aarde ‘heersten’. Maar zo’n 65 miljoen jaar geleden gebeurde er iets dat dit alles veranderde: de dinosaurussen verdwenen.
De meeste evolutionisten geloven dat een soort van cataclysme - zoiets als de impact van asteroïden - hen uitroeide. Maar ook vele evolutionisten beweren dat dinosauriërs evolueerden in vogels, en dat zij dus niet uitgeroeid werden maar vandaag rondom ons vliegen!
Er hangt geen mysterie rond de dinosauriërs indien u het totaal andere verslag accepteert van de Bijbel over de geschiedenis van dinosauriërs.
Volgens de evolutionisten evolueerden de dinosauriërs voor het eerst rond 235 miljoen jaar geleden (!).
Volgens de Bijbel.
Dinosauriërs bestonden zo’n 6.000 jaar geleden. God maakte de dinosauriërs,
samen met nog andere landdieren, op de zesde dag van de scheppingsweek (Genesis 1:20–25, 31). Ook
Adam en Eva werden op de zesde dag geschapen - dus leefden de dinosauriërs in de zelfde tijd als de
mens. Dinosauriërs konden niet zijn uitgestorven voordat de mens verscheen, omdat de dinosauriërs
niet eerder bestonden. En dood, bloedvergieten, ziekte en lijden zijn het gevolg van Adams zonde
(Rom. 5:12,14, 1 Cor. 15:21–22).
Vertegenwoordigers van de soorten van ademende landdieren, dinosauriërs inbegrepen, gingen aan
boord in de Ark van Noach. Alle aardse leven buiten de Ark stierf in de cataclysmische omstandigheden
van de Vloed - vele van hun overblijfselen werden fossielen. Na de Zondvloed (zo’n 4.500 jaar geleden)
kwam het overblijfsel van de landdieren, dinosauriërs inbegrepen, uit de Ark en leefden in de huidige
wereld, samen met de mens. Wegens de zonde, de oordelen van de Vloek en de Vloed, veranderde
de aarde sterk. Post-vloed klimatologische veranderingen, gebrek aan voedsel, ziekte, en de activiteiten van de mens, waren er de oorzaak van dat vele types van dieren uitstierven. De dinosauriërs, net zoals zovele andere schepselen, stierven uit. Er hangt dus geen mysterie rond de dinosauriërs.
Volgens de Bijbel.
Dinosauriërs bestonden zo’n 6.000 jaar geleden. God maakte de dinosauriërs,
samen met nog andere landdieren, op de zesde dag van de scheppingsweek (Genesis 1:20–25, 31). Ook
Adam en Eva werden op de zesde dag geschapen - dus leefden de dinosauriërs in de zelfde tijd als de
mens. Dinosauriërs konden niet zijn uitgestorven voordat de mens verscheen, omdat de dinosauriërs
niet eerder bestonden. En dood, bloedvergieten, ziekte en lijden zijn het gevolg van Adams zonde
(Rom. 5:12,14, 1 Cor. 15:21–22).
Vertegenwoordigers van de soorten van ademende landdieren, dinosauriërs inbegrepen, gingen aan
boord in de Ark van Noach. Alle aardse leven buiten de Ark stierf in de cataclysmische omstandigheden
van de Vloed - vele van hun overblijfselen werden fossielen. Na de Zondvloed (zo’n 4.500 jaar geleden)
kwam het overblijfsel van de landdieren, dinosauriërs inbegrepen, uit de Ark en leefden in de huidige
wereld, samen met de mens. Wegens de zonde, de oordelen van de Vloek en de Vloed, veranderde
de aarde sterk. Post-vloed klimatologische veranderingen, gebrek aan voedsel, ziekte, en de activiteiten van de mens, waren er de oorzaak van dat vele types van dieren uitstierven. De dinosauriërs, net zoals zovele andere schepselen, stierven uit. Er hangt dus geen mysterie rond de dinosauriërs.
Vertegenwoordigers van de soorten van ademende landdieren, dinosauriërs inbegrepen, gingen aan boord in de Ark van Noach.
Waarom zoveel verschillende zienswijzen?
Waarom zijn er toch zoveel verschillende uitleggingen over de dinosauriërs? Of men nu een evolutionist is, of men accepteert het Bijbelse verslag van de geschiedenis, het bewijsmateriaal voor dinosauriërs is hetzelfde. Alle wetenschappers beschikken over dezelfde feiten: dezelfde wereld, dezelfde fossielen, dezelfde levende schepselen en hetzelfde universum.
Als de ‘feiten’ dezelfde zijn, waarom kunnen de verklaringen dan zo verschillen?
De reden is dat wetenschappers enkel over het heden beschikken - dinosauriërfossielen bestaan enkel in het heden – maar wetenschappers trachten hedendaagse fossielen te koppelen aan het verleden. Zij vragen zich af: ‘Wat gebeurde er in de geschiedenis waardoor dinosauriërs ontstonden, verdwenen en fossiliseerden?’
De wetenschap die zulke onderwerpen behandelt is gekend als historische wetenschap of wetenschap
van de oorsprongen, en ze verschilt van de operationele wetenschap die ons voorziet van goedkoop
voedsel, ruimteverkenning, elektriciteit, en soortgelijke dingen. Historische wetenschap houdt zich bezig
met het verleden, wat niet toegankelijk is voor directe proefnemingen, terwijl operationele wetenschap
zich bezig houdt met hoe de wereld werkt in het hier-en-nu en wat uiteraard toegankelijk is voor
herhaalbare proefnemingen. Vanwege de moeilijkheden bij reconstructies van het verleden, bezitten zij
die de fossielen bestuderen (paleontologen) verschillende zienswijzen over dinosauriërs. Zoals gezegd werd:
‘Paleontologie [studie van de fossielen] lijkt op politiek: de passies laaien hoog op, en het is gemakkelijk
om erg verschillende conclusies te trekken uit dezelfde feiten’.
Een paleontoloog die het verslag van de Bijbel gelooft als zijnde het Woord van God, zal tot andere
conclusies komen dan een atheïst die de Bijbel verwerpt. Het willens ontkennen van Gods Woord (2
Petrus 3:3-7) ligt aan de wortel van vele disputen over ‘historische wetenschap’.
Waarom zoveel verschillende zienswijzen?
Waarom zijn er toch zoveel verschillende uitleggingen over de dinosauriërs? Of men nu een evolutionist is, of men accepteert het Bijbelse verslag van de geschiedenis, het bewijsmateriaal voor dinosauriërs is hetzelfde. Alle wetenschappers beschikken over dezelfde feiten: dezelfde wereld, dezelfde fossielen, dezelfde levende schepselen en hetzelfde universum.
Als de ‘feiten’ dezelfde zijn, waarom kunnen de verklaringen dan zo verschillen?
De reden is dat wetenschappers enkel over het heden beschikken - dinosauriërfossielen bestaan enkel in het heden – maar wetenschappers trachten hedendaagse fossielen te koppelen aan het verleden. Zij vragen zich af: ‘Wat gebeurde er in de geschiedenis waardoor dinosauriërs ontstonden, verdwenen en fossiliseerden?’
De wetenschap die zulke onderwerpen behandelt is gekend als historische wetenschap of wetenschap
van de oorsprongen, en ze verschilt van de operationele wetenschap die ons voorziet van goedkoop
voedsel, ruimteverkenning, elektriciteit, en soortgelijke dingen. Historische wetenschap houdt zich bezig
met het verleden, wat niet toegankelijk is voor directe proefnemingen, terwijl operationele wetenschap
zich bezig houdt met hoe de wereld werkt in het hier-en-nu en wat uiteraard toegankelijk is voor
herhaalbare proefnemingen. Vanwege de moeilijkheden bij reconstructies van het verleden, bezitten zij
die de fossielen bestuderen (paleontologen) verschillende zienswijzen over dinosauriërs. Zoals gezegd werd:
‘Paleontologie [studie van de fossielen] lijkt op politiek: de passies laaien hoog op, en het is gemakkelijk
om erg verschillende conclusies te trekken uit dezelfde feiten’.
Een paleontoloog die het verslag van de Bijbel gelooft als zijnde het Woord van God, zal tot andere
conclusies komen dan een atheïst die de Bijbel verwerpt. Het willens ontkennen van Gods Woord (2
Petrus 3:3-7) ligt aan de wortel van vele disputen over ‘historische wetenschap’.
Het willens en wetens ontkennen van Gods Woord ligt aan de wortel van vele disputen over zgn. ‘historische wetenschap’.
Vele mensen denken dat de Bijbel slechts een boek is over religie en redding. De Bijbel is veel meer dan dat. De Bijbel is het Geschiedenisboek van het universum en leert ons ook over de toekomstige bestemming van het universum.
De Bijbel geeft ons een verslag over toen de tijd begon, de gebeurtenissen in de geschiedenis, zoals de intocht van zonde en dood in de wereld, de tijd dat de hele oppervlakte van de aardbol verwoest werd door water, het ontstaan van verschillende talen bij de Toren van Babel, het verslag over de Zoon van God die als mens naar de aarde kwam, Zijn dood en opstanding, en de nieuwe hemel en aarde die nog zullen komen.
Er zijn uiteindelijk maar twee manieren van denken:
- vertrekkend van Gods openbaring (de Bijbel) als fundament van alle denken (biologie, geschiedenis, geologie, enz.), resulterend in de christelijke wereldbeschouwing,
- of vertrekkend van menselijke gedachten (b.v. de evolutietheorie) als fundament van alle denken, resulterend in de seculiere wereldbeschouwing.
De meeste christenen werden geïndoctrineerd door de media en het onderwijssysteem om te gaan denken op een seculiere manier. Zij neigen ertoe het seculiere denken naar de Bijbel te brengen, in plaats van de Bijbel te gebruiken om hun denken daarop te bouwen (Rom. 12:1-2, Ef. 4:20-24).
De Bijbel zegt: ‘De vreze des HEEREN is het beginsel der wetenschap’ (Spreuken 1:7), en ‘De vreze
des HEEREN is het beginsel der wijsheid’ (Spreuken 9:10).
Als men vertrekt vanuit een evolutionaire kijk op de historie (waarvoor geen getuigen of geschreven
verslagen zijn) dat zal deze manier van denken gebruikt worden om het huidige, bestaande bewijsmateriaal te verklaren - de evolutionaire uitleg over de dinosauriërs voorop.
Maar als we vertrekken van de Bijbelse kijk op de historie, vanaf het geschreven verslag van een ooggetuige (God) over de gebeurtenissen in de geschiedenis, dan zal er een totaal andere manier van denken gebruikt worden om hetzelfde bewijsmateriaal uit te leggen - met dus de Bijbelse uitleg over dinosauriërs als gevolg.
Vele mensen denken dat de Bijbel slechts een boek is over religie en redding. De Bijbel is veel meer dan dat. De Bijbel is het Geschiedenisboek van het universum en leert ons ook over de toekomstige bestemming van het universum.
De Bijbel geeft ons een verslag over toen de tijd begon, de gebeurtenissen in de geschiedenis, zoals de intocht van zonde en dood in de wereld, de tijd dat de hele oppervlakte van de aardbol verwoest werd door water, het ontstaan van verschillende talen bij de Toren van Babel, het verslag over de Zoon van God die als mens naar de aarde kwam, Zijn dood en opstanding, en de nieuwe hemel en aarde die nog zullen komen.
Er zijn uiteindelijk maar twee manieren van denken:
- vertrekkend van Gods openbaring (de Bijbel) als fundament van alle denken (biologie, geschiedenis, geologie, enz.), resulterend in de christelijke wereldbeschouwing,
- of vertrekkend van menselijke gedachten (b.v. de evolutietheorie) als fundament van alle denken, resulterend in de seculiere wereldbeschouwing.
De meeste christenen werden geïndoctrineerd door de media en het onderwijssysteem om te gaan denken op een seculiere manier. Zij neigen ertoe het seculiere denken naar de Bijbel te brengen, in plaats van de Bijbel te gebruiken om hun denken daarop te bouwen (Rom. 12:1-2, Ef. 4:20-24).
De Bijbel zegt: ‘De vreze des HEEREN is het beginsel der wetenschap’ (Spreuken 1:7), en ‘De vreze
des HEEREN is het beginsel der wijsheid’ (Spreuken 9:10).
Als men vertrekt vanuit een evolutionaire kijk op de historie (waarvoor geen getuigen of geschreven
verslagen zijn) dat zal deze manier van denken gebruikt worden om het huidige, bestaande bewijsmateriaal te verklaren - de evolutionaire uitleg over de dinosauriërs voorop.
Maar als we vertrekken van de Bijbelse kijk op de historie, vanaf het geschreven verslag van een ooggetuige (God) over de gebeurtenissen in de geschiedenis, dan zal er een totaal andere manier van denken gebruikt worden om hetzelfde bewijsmateriaal uit te leggen - met dus de Bijbelse uitleg over dinosauriërs als gevolg.
De vreze des HEEREN is het beginsel der wijsheid. De Bijbel ‘zegt’ dat God op de zesde dag ‘al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt’ schiep en hen zegende.
De geschiedenis van de dinosauriërs.
Fossiele beenderen van wat wij tegenwoordig dinosauriërs noemen, worden overal in de wereld gevonden.
Sommige vondsten bestaan slechts uit fragmenten van beenderen, maar er werden ook zo goed als volledige skeletten gevonden. Wetenschappers waren in staat vele verschillende types van dinosauriërs te beschrijven, gebaseerd op onderscheiden karakteristieken zoals de structuur van de schedel, ledematen, enz. Maar, er duiken varianten op in de definitie van wat precies een dier tot een dinosauriër maakt.
Vanwaar kwamen de dinosauriërs?
De Bijbel zegt ons dat God verschillende soorten landdieren schiep op de zesde dag van de scheppingsweek (Gen 1:24-25). Omdat de meeste dinosauriërs landdieren waren behoorden ook zij daarbij als dinosauriërsoorten.
Evolutionisten beweren dat dinosauriërs evolueerden van een reptiel dat oorspronkelijk evolueerde uit
amfibieën. Maar zij kunnen geen duidelijke overgangsvormen aanwijzen (tussenliggend) om hun argument te ondersteunen.
Familiestambomen in evolutionaire boeken tonen verschillende onderscheiden types van dinosauriërs, maar slechts hypothetische (verzonnen) lijnen verbinden hen naar hun gemeenschappelijke voorzaat. De lijnen zijn gestippeld omdat er geen fossielbewijzen zijn. Evolutionisten kunnen hun geloof gewoon niet bewijzen, namelijk dat dinosauriërs een niet-dinosauriër als voorzaat hadden.
Hoe zagen dinosauriërs er uit?
Wetenschappers graven een dinosauriër niet op met zijn vlees intact. Zelfs al vinden zij alle beenderen,
dan hebben zij minder dan 40% van het dier om daarmee te onderzoeken hoe het er moet uitgezien
hebben. De benen zeggen bijvoorbeeld niets over de kleur van het dier, alhoewel er soms fossielen met
huidafdrukken werden gevonden die aangeven hoe de huidtextuur moet geweest zijn. Als er vandaag
verschillen in kleur bestaan onder de levende reptielen, dan kunnen dinosauriërs ook erg gevarieerd
zijn geweest in kleur, huidtextuur, enz.
Wanneer dinosauriërs worden gereconstrueerd vanuit beenderige resten, dan maken wetenschappers
allerlei gissingen en zijn ze het dikwijls oneens met elkaar. Bijvoorbeeld: er heeft een hevig debat gewoed over de vraag of de dinosauriërs nu warm- dan wel koudbloedig waren. Vanuit de beenderen is
het zelfs moeilijk te achterhalen of een dinosauriërs nu een mannetje dan wel een wijfje is. Over zulke
dingen bestaat veel speculatie.
Soms maken wetenschappers vergissingen in hun reconstructies, die later moeten verbeterd worden
wanneer er meer beenderen worden gevonden. Bijvoorbeeld, de beroemde Brontosaurus komt niet
meer voor in de nieuwste dinosauruswoordenboeken. De originele ‘ontdekker’ zette de verkeerde kop
op een skelet van een dinosauriër die reeds gekend was onder de naam Apatosaurus.
De geschiedenis van de dinosauriërs.
Fossiele beenderen van wat wij tegenwoordig dinosauriërs noemen, worden overal in de wereld gevonden.
Sommige vondsten bestaan slechts uit fragmenten van beenderen, maar er werden ook zo goed als volledige skeletten gevonden. Wetenschappers waren in staat vele verschillende types van dinosauriërs te beschrijven, gebaseerd op onderscheiden karakteristieken zoals de structuur van de schedel, ledematen, enz. Maar, er duiken varianten op in de definitie van wat precies een dier tot een dinosauriër maakt.
Vanwaar kwamen de dinosauriërs?
De Bijbel zegt ons dat God verschillende soorten landdieren schiep op de zesde dag van de scheppingsweek (Gen 1:24-25). Omdat de meeste dinosauriërs landdieren waren behoorden ook zij daarbij als dinosauriërsoorten.
Evolutionisten beweren dat dinosauriërs evolueerden van een reptiel dat oorspronkelijk evolueerde uit
amfibieën. Maar zij kunnen geen duidelijke overgangsvormen aanwijzen (tussenliggend) om hun argument te ondersteunen.
Familiestambomen in evolutionaire boeken tonen verschillende onderscheiden types van dinosauriërs, maar slechts hypothetische (verzonnen) lijnen verbinden hen naar hun gemeenschappelijke voorzaat. De lijnen zijn gestippeld omdat er geen fossielbewijzen zijn. Evolutionisten kunnen hun geloof gewoon niet bewijzen, namelijk dat dinosauriërs een niet-dinosauriër als voorzaat hadden.
Hoe zagen dinosauriërs er uit?
Wetenschappers graven een dinosauriër niet op met zijn vlees intact. Zelfs al vinden zij alle beenderen,
dan hebben zij minder dan 40% van het dier om daarmee te onderzoeken hoe het er moet uitgezien
hebben. De benen zeggen bijvoorbeeld niets over de kleur van het dier, alhoewel er soms fossielen met
huidafdrukken werden gevonden die aangeven hoe de huidtextuur moet geweest zijn. Als er vandaag
verschillen in kleur bestaan onder de levende reptielen, dan kunnen dinosauriërs ook erg gevarieerd
zijn geweest in kleur, huidtextuur, enz.
Wanneer dinosauriërs worden gereconstrueerd vanuit beenderige resten, dan maken wetenschappers
allerlei gissingen en zijn ze het dikwijls oneens met elkaar. Bijvoorbeeld: er heeft een hevig debat gewoed over de vraag of de dinosauriërs nu warm- dan wel koudbloedig waren. Vanuit de beenderen is
het zelfs moeilijk te achterhalen of een dinosauriërs nu een mannetje dan wel een wijfje is. Over zulke
dingen bestaat veel speculatie.
Soms maken wetenschappers vergissingen in hun reconstructies, die later moeten verbeterd worden
wanneer er meer beenderen worden gevonden. Bijvoorbeeld, de beroemde Brontosaurus komt niet
meer voor in de nieuwste dinosauruswoordenboeken. De originele ‘ontdekker’ zette de verkeerde kop
op een skelet van een dinosauriër die reeds gekend was onder de naam Apatosaurus.
In de wetenschap heeft een hevig debat gewoed onder paleontologen over de vraag of de dinosauriërs nu warm- dan wel koudbloedig waren. Vanuit de beenderen is dit moeilijk te achterhalen.
Wie ontdekte de dinosauriërs?
Seculiere boeken vertellen u dat de eerste ontdekking van wat later dinosauriërs werd genoemd, in 1677 gebeurde toen Dr. Robert Plot zulke grote beenderen vond dat men dacht dat ze behoorden tot een gigantische olifant of reuzenmens.
In 1822 wandelde Mary Anne Mantell op een landweg in Sussex, England. Volgens de overlevering vond zij een steen die glinsterde in het zonlicht en ze toonde het aan haar man die een fossielencollectie had. Dr. Mantell, een geneesheer, bemerkte dat de steen een tand bevatte die overeenkwam met die van reptielen, maar wel groter was. Hij concludeerde dat hij behoorde tot een uitgestorven reuze plantenetend reptiel met tanden als die van een iguana. In 1825 noemde hij de eigenaar van de tand Iguanodon (iguana-tand). Het was Dr. Mantell die de ‘tijd van de reptielen’ begon te populariseren.
Vanuit bijbels perspectief echter vertegenwoordigen bovengenoemde ontdekkingen de tijd waarin de
dinosauriërs herontdekt werden! Adam ontdekte de dinosauriërs eerst toen hij ze voor het eerst opmerkte.
Wanneer leefden ze?
Evolutionisten beweren dat dinosauriërs miljoenen jaren geleden leefden. Maar het is belangrijk u te
realiseren dat wanneer zij een dinosauriërbeen opgraven daar dan geen label aanhangt met een datum!
Evolutionisten verkrijgen hun datums door indirecte dateringmethodes, die sommige wetenschappers
in twijfel trekken, en er zijn vele bewijzen tegen die miljoenen jaren.
Heeft God ons verteld wanneer hij Tyrannosaurus rex heeft gemaakt? Velen denken van niet. Maar de
Bijbel stelt dat God alle dingen maakte in zes normale dagen. Hij maakte de landdieren met de dinosauriërs erbij, op de zesde dag (Gen 1:24–25), en daarom dateren zij van zo’n 6.000 jaar geleden, bij benadering de datum van de schepping door het optellen van de jaren in de Bijbel.
Dus, als T-rex een landdier was, en God alle landdieren maakte op de zesde dag, dan was daar ook T-rex bij!
Bovendien zien wij in de Bijbel dat er geen dood bestond, noch bloedvergieten, ziekte of lijden vóór
het optreden van de zonde. Als we Genesis tot Openbaring consistent onderzoeken, en Schrift met
Schrift vergelijken, dan is het duidelijk dat dood en bloedvergieten bij mens en dier pas in de wereld
kwamen nadat Adam zondigde. De eerste dood van een dier gebeurde toen God een dier slachtte
(bloed uitstorting) in de Hof van Eden en met de huid ervan Adam en Eva van kleding voorzag (Gen
3:21). Dit was ook een beeld van de verzoening: de voorafschaduwing van Christus’ bloed dat zou uitgestort worden voor ons. Dus konden er geen beenderen van dode dieren zijn geweest vóór het optreden van de zonde - dit zou het Evangelie ondermijnen.
Dit betekent dat de dinosauriërs moeten gestorven zijn nadat de zonde in de wereld kwam, niet ervoor,
en dus kunnen dinosauriërbeenderen geen miljoenen jaren oud zijn, omdat Adam slechts enkele duizenden jaren geleden leefde.
Wie ontdekte de dinosauriërs?
Seculiere boeken vertellen u dat de eerste ontdekking van wat later dinosauriërs werd genoemd, in 1677 gebeurde toen Dr. Robert Plot zulke grote beenderen vond dat men dacht dat ze behoorden tot een gigantische olifant of reuzenmens.
In 1822 wandelde Mary Anne Mantell op een landweg in Sussex, England. Volgens de overlevering vond zij een steen die glinsterde in het zonlicht en ze toonde het aan haar man die een fossielencollectie had. Dr. Mantell, een geneesheer, bemerkte dat de steen een tand bevatte die overeenkwam met die van reptielen, maar wel groter was. Hij concludeerde dat hij behoorde tot een uitgestorven reuze plantenetend reptiel met tanden als die van een iguana. In 1825 noemde hij de eigenaar van de tand Iguanodon (iguana-tand). Het was Dr. Mantell die de ‘tijd van de reptielen’ begon te populariseren.
Vanuit bijbels perspectief echter vertegenwoordigen bovengenoemde ontdekkingen de tijd waarin de
dinosauriërs herontdekt werden! Adam ontdekte de dinosauriërs eerst toen hij ze voor het eerst opmerkte.
Wanneer leefden ze?
Evolutionisten beweren dat dinosauriërs miljoenen jaren geleden leefden. Maar het is belangrijk u te
realiseren dat wanneer zij een dinosauriërbeen opgraven daar dan geen label aanhangt met een datum!
Evolutionisten verkrijgen hun datums door indirecte dateringmethodes, die sommige wetenschappers
in twijfel trekken, en er zijn vele bewijzen tegen die miljoenen jaren.
Heeft God ons verteld wanneer hij Tyrannosaurus rex heeft gemaakt? Velen denken van niet. Maar de
Bijbel stelt dat God alle dingen maakte in zes normale dagen. Hij maakte de landdieren met de dinosauriërs erbij, op de zesde dag (Gen 1:24–25), en daarom dateren zij van zo’n 6.000 jaar geleden, bij benadering de datum van de schepping door het optellen van de jaren in de Bijbel.
Dus, als T-rex een landdier was, en God alle landdieren maakte op de zesde dag, dan was daar ook T-rex bij!
Bovendien zien wij in de Bijbel dat er geen dood bestond, noch bloedvergieten, ziekte of lijden vóór
het optreden van de zonde. Als we Genesis tot Openbaring consistent onderzoeken, en Schrift met
Schrift vergelijken, dan is het duidelijk dat dood en bloedvergieten bij mens en dier pas in de wereld
kwamen nadat Adam zondigde. De eerste dood van een dier gebeurde toen God een dier slachtte
(bloed uitstorting) in de Hof van Eden en met de huid ervan Adam en Eva van kleding voorzag (Gen
3:21). Dit was ook een beeld van de verzoening: de voorafschaduwing van Christus’ bloed dat zou uitgestort worden voor ons. Dus konden er geen beenderen van dode dieren zijn geweest vóór het optreden van de zonde - dit zou het Evangelie ondermijnen.
Dit betekent dat de dinosauriërs moeten gestorven zijn nadat de zonde in de wereld kwam, niet ervoor,
en dus kunnen dinosauriërbeenderen geen miljoenen jaren oud zijn, omdat Adam slechts enkele duizenden jaren geleden leefde.
God heeft ons verteld wanneer hij Tyrannosaurus rex heeft gemaakt. De Bijbel stelt dat God alle dingen maakte in zes normale dagen. Hij maakte de landdieren met de dinosauriërs erbij, op de zesde dag en daarom dateren zij van ongeveer 6.000 jaar geleden. Dit is bij benadering de datum van de schepping door het optellen van de jaren in de Bijbel.
Vermeldt de Bijbel dinosauriërs?
Als mensen dinosauriërs hebben gezien dan is het te verwachten dat oude historische geschriften, zoals de Bijbel, hen zou vermelden. De King James Version kwam voor het eerst tot stand in 1611.
Sommige mensen denken dat omdat het woord ‘dinosaurus’ niet in deze of andere Bijbels wordt gevonden, de Bijbel daarom niets zegt over dinosauriërs.
Het was echter niet eerder dan in 1841 dat het woord ‘dinosaurus’ werd uitgevonden. Toen Sir Richard Owen, een beroemd Brits anatomist en directeur van het Brits Museum (en een fervent anti-Darwinist!), de beenderen zag van Iguanodon en Megalosaurus realiseerde hij zich dat deze een unieke groep van reptielen vertegenwoordigen die nog niet geclassificeerd waren. Hij voorzag dan in de term ‘dinosaurus’, betrokken uit Griekse woorden, met de betekenis van ‘verschrikkelijke hagedis’.
Dus kan men in de King James Bijbel [of Statenvertaling] niet verwachten dat daar het woord dinosaurus
in voorkomt - het woord bestond nog niet toen deze Bijbel tot stand kwam.
Maar bestaat er niet een ander woord voor ‘dinosaurus’? Ja, men sprak vroeger van draken, en drakenlegenden komen overal ter wereld voor. Vele beschrijvingen van ‘draken’ komen overeen met de kenmerken van specifieke dinosauriërs. Kunnen dit niet verslagen en ontmoetingen zijn geweest met wat wij vandaag dinosauriërs noemen?
Het Hebreeuwse woord dat gewoonlijk met ‘draak’ wordt vertaald in de KJV [en SV] (Hebr.: tan, tannin,
tannim, tannoth) komt in het Oude Testament zo’n 30 keer voor. Er staan passages in de Bijbel over ‘draken’ die op het land leefden: ‘Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft mij opgegeten, hij heeft mij verpletterd, hij heeft mij gesteld [als] een leeg vat, hij heeft mij verslonden als een draak, hij heeft zijn buik gevuld van mijn lekkernijen; hij heeft mij verdreven’ (Jer 51:34).
‘En Ezau heb Ik gehaat; en Ik heb zijn bergen gesteld [tot] een verwoesting, en zijn erve voor de draken der woestijn’ (Mal 1:3).
Vele Bijbelgelovigen creationisten geloven dat in vele contexten deze kunnen refereren naar wat vandaag dinosauriërs worden genoemd. Inderdaad: Strong’s Concordance stelt ‘dinosaurus’ tot een van de betekenissen van tannin/m. In Genesis 1:21 zegt de Bijbel eigenlijk: ‘En God schiep de grote zeemonsters, en alle levende wremelende ziel, welke de wateren overvloedig voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was’
Het Hebreeuwse woord hier voor ‘zeemonsters’ (‘walvissen’ in de KJV en SV) is hetzelfde woord dat
elders vertaald wordt als ‘draak’ (Hebreeuws: tannin). Op deze manier beschrijft God dus in het eerste hoofdstuk van Genesis de schepping van grote zeedraken: in de zee levende dieren van het dinosaurustype.
Vermeldt de Bijbel dinosauriërs?
Als mensen dinosauriërs hebben gezien dan is het te verwachten dat oude historische geschriften, zoals de Bijbel, hen zou vermelden. De King James Version kwam voor het eerst tot stand in 1611.
Sommige mensen denken dat omdat het woord ‘dinosaurus’ niet in deze of andere Bijbels wordt gevonden, de Bijbel daarom niets zegt over dinosauriërs.
Het was echter niet eerder dan in 1841 dat het woord ‘dinosaurus’ werd uitgevonden. Toen Sir Richard Owen, een beroemd Brits anatomist en directeur van het Brits Museum (en een fervent anti-Darwinist!), de beenderen zag van Iguanodon en Megalosaurus realiseerde hij zich dat deze een unieke groep van reptielen vertegenwoordigen die nog niet geclassificeerd waren. Hij voorzag dan in de term ‘dinosaurus’, betrokken uit Griekse woorden, met de betekenis van ‘verschrikkelijke hagedis’.
Dus kan men in de King James Bijbel [of Statenvertaling] niet verwachten dat daar het woord dinosaurus
in voorkomt - het woord bestond nog niet toen deze Bijbel tot stand kwam.
Maar bestaat er niet een ander woord voor ‘dinosaurus’? Ja, men sprak vroeger van draken, en drakenlegenden komen overal ter wereld voor. Vele beschrijvingen van ‘draken’ komen overeen met de kenmerken van specifieke dinosauriërs. Kunnen dit niet verslagen en ontmoetingen zijn geweest met wat wij vandaag dinosauriërs noemen?
Het Hebreeuwse woord dat gewoonlijk met ‘draak’ wordt vertaald in de KJV [en SV] (Hebr.: tan, tannin,
tannim, tannoth) komt in het Oude Testament zo’n 30 keer voor. Er staan passages in de Bijbel over ‘draken’ die op het land leefden: ‘Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft mij opgegeten, hij heeft mij verpletterd, hij heeft mij gesteld [als] een leeg vat, hij heeft mij verslonden als een draak, hij heeft zijn buik gevuld van mijn lekkernijen; hij heeft mij verdreven’ (Jer 51:34).
‘En Ezau heb Ik gehaat; en Ik heb zijn bergen gesteld [tot] een verwoesting, en zijn erve voor de draken der woestijn’ (Mal 1:3).
Vele Bijbelgelovigen creationisten geloven dat in vele contexten deze kunnen refereren naar wat vandaag dinosauriërs worden genoemd. Inderdaad: Strong’s Concordance stelt ‘dinosaurus’ tot een van de betekenissen van tannin/m. In Genesis 1:21 zegt de Bijbel eigenlijk: ‘En God schiep de grote zeemonsters, en alle levende wremelende ziel, welke de wateren overvloedig voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was’
Het Hebreeuwse woord hier voor ‘zeemonsters’ (‘walvissen’ in de KJV en SV) is hetzelfde woord dat
elders vertaald wordt als ‘draak’ (Hebreeuws: tannin). Op deze manier beschrijft God dus in het eerste hoofdstuk van Genesis de schepping van grote zeedraken: in de zee levende dieren van het dinosaurustype.
En God schiep de grote zeemonsters, en alle levende wemelende ziel, welke de wateren overvloedig voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.
Er bestaan andere passages over draken die in de zee leefden:
‘Gij hebt door Uw sterkte de zee gespleten; Gij hebt de koppen der draken in de wateren verbroken’ (Ps 74:13).
‘Hij zal de draak, die in de zee is, doden’ (Jes 27:1).
Alhoewel het woord dinosaurus strikt genomen refereert naar landdieren, worden zeereptielen en vliegende reptielen ook dikwijls gegroepeerd onder de dinosauriërs. De zeedraken kunnen dinosaurusachtige dieren geweest zijn zoals de Mosasaurus.
Job 41 beschrijft een groot dier dat in de zee leefde: de Leviathan, die zelfs vuur blies. Deze ‘draak’
kan zoiets geweest zijn als de machtige 17-meter lange Kronosaurus, of de 25 meter lange Liopleurodon.
Ook wordt in de Bijbel melding gemaakt van ‘de vurige vliegende draak’ (Jes 30:6). Dit kan verwijzen
naar een van de pterodactyls, die populair ‘vliegende dinosaurussen’ worden genoemd, zoals
Pteranodon, Rhamphorhynchus of Ornithocheirus.
Niet lang na de Vloed toonde God aan Job hoe groot Hij was als Schepper door Job te doen herinneren aan het grootste landdier dat hij had gemaakt:
‘Zie nu Behémoth, welke Ik gemaakt heb naast u; hij eet hooi, gelijk een rund. Zie toch, zijn kracht
is in zijn lendenen, en zijn macht in de navel van zijn buik. Als het hem lust, zijn staart is als een
ceder; de zenuwen van zijn schaamte 3) zijn doorvlochten. Zijn beenderen zijn [als] vast koper; zijn
gebeenten zijn als ijzeren handbomen. Hij is het voornaamste stuk van de wegen Gods; Die
hem gemaakt heeft, heeft [hem] zijn zwaard aangehecht” (Job 40:10-14 SV).
De frase ‘het voornaamste stuk van de wegen Gods’ geeft aan dat dit het grootste landdier was dat God
had gemaakt. Wat voor dier was dan de ‘behémoth’? Bijbelvertalers waren niet zeker wat voor dier dit
moest zijn en daarom translitereerden zij vaak het Hebreeuws, en vandaar dus het woord Behémoth in
de KJV. 5)
Noch het nijlpaard, noch de olifant hebben een staart als een ceder! Maar in vele Bijbelvertalingen (of in hun voetnoten) wordt ‘behémoth’ vertaald met nijlpaard 6) of olifant.
Naast het feit dat de olifant en het nijlpaard niet de grootste dieren zijn die God heeft gemaakt (sommige dino’s stellen hen in de schaduw) houden deze benamingen geen steek, vermits de staart van de behémoth vergeleken wordt met een cederboom (vers 12).
Olifanten en nijlpaarden slechts een heel klein staartje, helemaal iets anders dan een cederboom! Het is
dus duidelijk dat noch olifant noch nijlpaard de ‘behémoth’ kunnen zijn. Geen enkel vandaag levend
schepsel komt kort bij zijn beschrijving. Anderzijds lijkt de behémoth wel erg op een Brachiosaurus,
een van de grootste dinosauriërs.
Er bestaan andere passages over draken die in de zee leefden:
‘Gij hebt door Uw sterkte de zee gespleten; Gij hebt de koppen der draken in de wateren verbroken’ (Ps 74:13).
‘Hij zal de draak, die in de zee is, doden’ (Jes 27:1).
Alhoewel het woord dinosaurus strikt genomen refereert naar landdieren, worden zeereptielen en vliegende reptielen ook dikwijls gegroepeerd onder de dinosauriërs. De zeedraken kunnen dinosaurusachtige dieren geweest zijn zoals de Mosasaurus.
Job 41 beschrijft een groot dier dat in de zee leefde: de Leviathan, die zelfs vuur blies. Deze ‘draak’
kan zoiets geweest zijn als de machtige 17-meter lange Kronosaurus, of de 25 meter lange Liopleurodon.
Ook wordt in de Bijbel melding gemaakt van ‘de vurige vliegende draak’ (Jes 30:6). Dit kan verwijzen
naar een van de pterodactyls, die populair ‘vliegende dinosaurussen’ worden genoemd, zoals
Pteranodon, Rhamphorhynchus of Ornithocheirus.
Niet lang na de Vloed toonde God aan Job hoe groot Hij was als Schepper door Job te doen herinneren aan het grootste landdier dat hij had gemaakt:
‘Zie nu Behémoth, welke Ik gemaakt heb naast u; hij eet hooi, gelijk een rund. Zie toch, zijn kracht
is in zijn lendenen, en zijn macht in de navel van zijn buik. Als het hem lust, zijn staart is als een
ceder; de zenuwen van zijn schaamte 3) zijn doorvlochten. Zijn beenderen zijn [als] vast koper; zijn
gebeenten zijn als ijzeren handbomen. Hij is het voornaamste stuk van de wegen Gods; Die
hem gemaakt heeft, heeft [hem] zijn zwaard aangehecht” (Job 40:10-14 SV).
De frase ‘het voornaamste stuk van de wegen Gods’ geeft aan dat dit het grootste landdier was dat God
had gemaakt. Wat voor dier was dan de ‘behémoth’? Bijbelvertalers waren niet zeker wat voor dier dit
moest zijn en daarom translitereerden zij vaak het Hebreeuws, en vandaar dus het woord Behémoth in
de KJV. 5)
Noch het nijlpaard, noch de olifant hebben een staart als een ceder! Maar in vele Bijbelvertalingen (of in hun voetnoten) wordt ‘behémoth’ vertaald met nijlpaard 6) of olifant.
Naast het feit dat de olifant en het nijlpaard niet de grootste dieren zijn die God heeft gemaakt (sommige dino’s stellen hen in de schaduw) houden deze benamingen geen steek, vermits de staart van de behémoth vergeleken wordt met een cederboom (vers 12).
Olifanten en nijlpaarden slechts een heel klein staartje, helemaal iets anders dan een cederboom! Het is
dus duidelijk dat noch olifant noch nijlpaard de ‘behémoth’ kunnen zijn. Geen enkel vandaag levend
schepsel komt kort bij zijn beschrijving. Anderzijds lijkt de behémoth wel erg op een Brachiosaurus,
een van de grootste dinosauriërs.
Zie nu Behémoth, welke Ik gemaakt heb naast u; hij eet hooi, gelijk een rund. Zie toch, zijn kracht is in zijn lendenen, en zijn macht in de navel van zijn buik. Als het hem lust, zijn staart is als een ceder; de zenuwen van zijn schaamte.
Bestaan er andere oude berichten over dinosauriërs?
In de film The Great Dinosaur Mystery, worden een aantal drakenverslagen gepresenteerd:
• Een Sumerisch verhaal, teruggaand tot 2.000 jaar v.C. of meer, heeft het over een held, genaamd Gilgamesh, die toen hij ceders ging hakken in het nabije woud een nijdige draak tegenkwam, waarvan hij de kop afsloeg en meenam als trofee.
• Toen Alexander de Grote (ca 330 v.C.) en zijn soldaten India binnen marcheerden, zagen zij dat de
Indiërs grote sissende reptielen aanbaden die ze bewaarden in grotten.
• China is vermaard voor zijn drakenverhalen, en draken zijn prominent aanwezig op Chinees porselein,
borduurwerk en als beeldhouwwerk.
• Engeland heeft zijn verhaal van St.-Joris die een draak neersloeg die in een grot leefde.
• Er is het verhaal van een 10de eeuwse Ier die schreef over zijn ontmoeting met wat een Stegosaurus
lijkt geweest te zijn.
• In de 16de eeuw was er een Europees wetenschappelijk boek, Historia Anim alium, waarin verscheidene dieren zijn opgenomen die we dinosauriërs kunnen noemen en die toen nog steeds leefden.
Een welbekende bioloog van zijn tijd, Ulysses Aldrovandus, deed verslag van een ontmoeting tussen
een boer genaamd Baptista en een draak, waarvan de beschrijving klopt met de kleine dinosaurus Tanystropheus. Die ontmoeting vond plaats op 13 mei 1572, bij Bologna in Italië, en de boer doodde de
draak.
Ook werden er petrogliefen gevonden (tekeningen op rotssteen gekerfd) van dinosauriërachtige schepselen.
Samengevat: mensen uit het verleden waren vertrouwd met draken.
Bestaan er andere oude berichten over dinosauriërs?
In de film The Great Dinosaur Mystery, worden een aantal drakenverslagen gepresenteerd:
• Een Sumerisch verhaal, teruggaand tot 2.000 jaar v.C. of meer, heeft het over een held, genaamd Gilgamesh, die toen hij ceders ging hakken in het nabije woud een nijdige draak tegenkwam, waarvan hij de kop afsloeg en meenam als trofee.
• Toen Alexander de Grote (ca 330 v.C.) en zijn soldaten India binnen marcheerden, zagen zij dat de
Indiërs grote sissende reptielen aanbaden die ze bewaarden in grotten.
• China is vermaard voor zijn drakenverhalen, en draken zijn prominent aanwezig op Chinees porselein,
borduurwerk en als beeldhouwwerk.
• Engeland heeft zijn verhaal van St.-Joris die een draak neersloeg die in een grot leefde.
• Er is het verhaal van een 10de eeuwse Ier die schreef over zijn ontmoeting met wat een Stegosaurus
lijkt geweest te zijn.
• In de 16de eeuw was er een Europees wetenschappelijk boek, Historia Anim alium, waarin verscheidene dieren zijn opgenomen die we dinosauriërs kunnen noemen en die toen nog steeds leefden.
Een welbekende bioloog van zijn tijd, Ulysses Aldrovandus, deed verslag van een ontmoeting tussen
een boer genaamd Baptista en een draak, waarvan de beschrijving klopt met de kleine dinosaurus Tanystropheus. Die ontmoeting vond plaats op 13 mei 1572, bij Bologna in Italië, en de boer doodde de
draak.
Ook werden er petrogliefen gevonden (tekeningen op rotssteen gekerfd) van dinosauriërachtige schepselen.
Samengevat: mensen uit het verleden waren vertrouwd met draken.
Een prachtige illustratie die het hele verhaal van het gevecht van St. Joris met de draak weergeeft, is te vinden als onderdeel van de randversiering van het 'Brevier van Maria van Savoyen' uit ca. 1430.
De beschrijvingen van deze dieren komen overeen met wat wij dinosauriërs noemen. De Bijbel spreekt van zulke schepselen, die in de zee leefden of in de lucht vlogen.
Er bestaat een enorme hoeveelheid ander historisch materiaal dat bewijst dat zulke schepselen samen met de mens hebben geleefd.
Wat zeggen de botten van de immense geraamten?
Er zijn ook fysische bewijzen dat dinosauriërbeenderen geen miljoenen jaren oud zijn. Wetenschappers
aan de Universiteit van Montana vonden T-rex beenderen die niet volledig gefossiliseerd waren. Secties
van deze beenderen waren als vers gebeente en bevatten wat geleek op bloedcellen en hemoglobine.
Indien deze beenderen werkelijk miljoenen jaren oud waren dan zouden de bloedcellen en het hemoglobine totaal gedesintegreerd zijn geweest. Ook zou er geen ‘vers’ been zijn als die werkelijk miljoenen jaren oud waren.
Een rapport van deze wetenschappers vermeldt het volgende:
‘Een dunne plak T-rex been had een gloed van amber onder de lens van mijn microscoop … ik zag
in de vaten iets wat niemand van ons ooit had gezien: kleine ronde objecten, doorschijnend rood
met een donker centrum … Rode bloedcellen? De vorm en locatie suggereerde hen, maar bloedcellen
zijn meestal waterig en konden onmogelijk bewaard gebleven zijn in de 65 miljoen jaar oude
tyrannosaurus … Het beenmonster dat ons zo in beroering bracht kwam van een prachtig, bijna
compleet specimen van Tyrannosaurus rex, opgegraven in 1990 … Toen het team de dinosauriër in
het lab bracht bemerkten we dat sommige delen diep binnenin het lange been van de poot niet helemaal was gefossiliseerd … Tot dusver denken wij dat al deze bewijzen de notie ondersteunen dat
onze plakjes van T-rex heme- en hemoglobinefragmenten kunnen bewaard hebben. Maar er moet
meer werk worden verricht eer we voldoende vertrouwen hebben om naar voor te komen en te zeggen:
‘Ja, deze T-rex heeft bloedcomponenten overgehouden in zijn weefsels’’.
Niet-gefossiliseerde ‘eendensnavel’-dinosaurusbeenderen werden gevonden in de North Slope in Alaska. Ook creationistische wetenschappers vonden zulke (niet-gefossiliseerde) bevroren dinosaurusbeenderen in Alaska.
De beschrijvingen van deze dieren komen overeen met wat wij dinosauriërs noemen. De Bijbel spreekt van zulke schepselen, die in de zee leefden of in de lucht vlogen.
Er bestaat een enorme hoeveelheid ander historisch materiaal dat bewijst dat zulke schepselen samen met de mens hebben geleefd.
Wat zeggen de botten van de immense geraamten?
Er zijn ook fysische bewijzen dat dinosauriërbeenderen geen miljoenen jaren oud zijn. Wetenschappers
aan de Universiteit van Montana vonden T-rex beenderen die niet volledig gefossiliseerd waren. Secties
van deze beenderen waren als vers gebeente en bevatten wat geleek op bloedcellen en hemoglobine.
Indien deze beenderen werkelijk miljoenen jaren oud waren dan zouden de bloedcellen en het hemoglobine totaal gedesintegreerd zijn geweest. Ook zou er geen ‘vers’ been zijn als die werkelijk miljoenen jaren oud waren.
Een rapport van deze wetenschappers vermeldt het volgende:
‘Een dunne plak T-rex been had een gloed van amber onder de lens van mijn microscoop … ik zag
in de vaten iets wat niemand van ons ooit had gezien: kleine ronde objecten, doorschijnend rood
met een donker centrum … Rode bloedcellen? De vorm en locatie suggereerde hen, maar bloedcellen
zijn meestal waterig en konden onmogelijk bewaard gebleven zijn in de 65 miljoen jaar oude
tyrannosaurus … Het beenmonster dat ons zo in beroering bracht kwam van een prachtig, bijna
compleet specimen van Tyrannosaurus rex, opgegraven in 1990 … Toen het team de dinosauriër in
het lab bracht bemerkten we dat sommige delen diep binnenin het lange been van de poot niet helemaal was gefossiliseerd … Tot dusver denken wij dat al deze bewijzen de notie ondersteunen dat
onze plakjes van T-rex heme- en hemoglobinefragmenten kunnen bewaard hebben. Maar er moet
meer werk worden verricht eer we voldoende vertrouwen hebben om naar voor te komen en te zeggen:
‘Ja, deze T-rex heeft bloedcomponenten overgehouden in zijn weefsels’’.
Niet-gefossiliseerde ‘eendensnavel’-dinosaurusbeenderen werden gevonden in de North Slope in Alaska. Ook creationistische wetenschappers vonden zulke (niet-gefossiliseerde) bevroren dinosaurusbeenderen in Alaska.
In Alaska zijn de botten gevonden van een nieuw soort dinosauriër, die er volgens het creationisme ongeveer zo moet hebben uitgezien.
Evolutionisten willen niet zeggen dat deze beenderen vele miljoenen jaren bevroren bleven, omdat van deze dinosaurussen verondersteld wordt dat ze uitstierven (volgens de evolutietheorie). Maar deze beenderen konden die vele miljoenen jaren niet overleefd hebben zonder te demineraliseren.
Dit is een raadsel voor hen die in een ‘dinosauriërtijdperk’ geloven dat miljoenen jaren in het verleden ligt, maar niet voor hen die hun denken op de Bijbel consolideren.
Wat aten dinosauriërs en hoe gedroegen zij zich?
Films zoals Jurassic Park en The Lost World portretteren dinosauriërs als agressieve vleeseters. Maar louter de aanwezigheid van scherpe tanden zegt niets over hoe het dier zich gedroeg, noch wat voor voedsel het at - slechts welke soort tanden het had (voor het losscheuren van voedsel b.v.). Echter, door onderzoek van dinosaurusmest (coprolieten), waren wetenschappers in staat om het dieet te determineren van sommige dinosauriërs.
Oorspronkelijk, vóór de zonde, waren alle dieren, de dinosaurussen inbegrepen, vegetariërs. Genesis
1:30 zegt: ‘Maar aan al het gedierte der aarde, en aan al het gevogelte des hemels, en aan al het kruipende gedierte op de aarde, waarin een levende ziel is, heb Ik al het groene kruid tot spijze gegeven. En het was alzo’. Dit betekent dat zelfs T-rex, vóór de zonde in de wereld kwam, enkel plantaardig voedsel at.
Sommige mensen vinden dit bezwaarlijk en wijzen op de grote tanden die een grote T-rex had, en houden vol dat die moesten dienen om dieren aan te vallen. Maar louter omdat een dier grote scherpe tanden bezit betekent niet dat het een vleeseter is. Het betekent enkel dat hij grote scherpe tanden heeft!
Beren hebben tanden als katachtigen Vele dieren vandaag hebben scherpe tanden maar zijn voornamelijk vegetariërs. De grote panda heeft scherpe tanden als een vleeseter maar eet bamboe. Om te ‘verklaren’ waarom de grote panda tanden heeft als die van een vleeseter zeggen evolutionisten dat zij evolueerden als vleeseter en dan later overgegaan zijn op bamboe.
Verschillende soorten vleermuizen eten fruit, nectar, insecten, kleine dieren en bloed, maar hun tanden geven niet duidelijk aan wat zij eten. Beren hebben tanden die erg op die van katachtigen lijken (b.v. een leeuw) maar sommige beren zijn vegetarisch, en velen leven overwegend vegetarisch.
Vóór de zonde beschreef God de wereld als ‘zeer goed’ (Gen 1:31). Sommigen kunnen dit concept van perfecte harmonie niet aanvaarden, wegens de voedselketen die we in onze hedendaagse wereld waarnemen.
Evolutionisten willen niet zeggen dat deze beenderen vele miljoenen jaren bevroren bleven, omdat van deze dinosaurussen verondersteld wordt dat ze uitstierven (volgens de evolutietheorie). Maar deze beenderen konden die vele miljoenen jaren niet overleefd hebben zonder te demineraliseren.
Dit is een raadsel voor hen die in een ‘dinosauriërtijdperk’ geloven dat miljoenen jaren in het verleden ligt, maar niet voor hen die hun denken op de Bijbel consolideren.
Wat aten dinosauriërs en hoe gedroegen zij zich?
Films zoals Jurassic Park en The Lost World portretteren dinosauriërs als agressieve vleeseters. Maar louter de aanwezigheid van scherpe tanden zegt niets over hoe het dier zich gedroeg, noch wat voor voedsel het at - slechts welke soort tanden het had (voor het losscheuren van voedsel b.v.). Echter, door onderzoek van dinosaurusmest (coprolieten), waren wetenschappers in staat om het dieet te determineren van sommige dinosauriërs.
Oorspronkelijk, vóór de zonde, waren alle dieren, de dinosaurussen inbegrepen, vegetariërs. Genesis
1:30 zegt: ‘Maar aan al het gedierte der aarde, en aan al het gevogelte des hemels, en aan al het kruipende gedierte op de aarde, waarin een levende ziel is, heb Ik al het groene kruid tot spijze gegeven. En het was alzo’. Dit betekent dat zelfs T-rex, vóór de zonde in de wereld kwam, enkel plantaardig voedsel at.
Sommige mensen vinden dit bezwaarlijk en wijzen op de grote tanden die een grote T-rex had, en houden vol dat die moesten dienen om dieren aan te vallen. Maar louter omdat een dier grote scherpe tanden bezit betekent niet dat het een vleeseter is. Het betekent enkel dat hij grote scherpe tanden heeft!
Beren hebben tanden als katachtigen Vele dieren vandaag hebben scherpe tanden maar zijn voornamelijk vegetariërs. De grote panda heeft scherpe tanden als een vleeseter maar eet bamboe. Om te ‘verklaren’ waarom de grote panda tanden heeft als die van een vleeseter zeggen evolutionisten dat zij evolueerden als vleeseter en dan later overgegaan zijn op bamboe.
Verschillende soorten vleermuizen eten fruit, nectar, insecten, kleine dieren en bloed, maar hun tanden geven niet duidelijk aan wat zij eten. Beren hebben tanden die erg op die van katachtigen lijken (b.v. een leeuw) maar sommige beren zijn vegetarisch, en velen leven overwegend vegetarisch.
Vóór de zonde beschreef God de wereld als ‘zeer goed’ (Gen 1:31). Sommigen kunnen dit concept van perfecte harmonie niet aanvaarden, wegens de voedselketen die we in onze hedendaagse wereld waarnemen.
De T-rex behoorde volgens Genesis tot de kruipende dieren op de aarde en alle groene kruid was hen tot spijs gegeven. Maar voor mensen die niet in een perfecte harmonie van de toenmalige voedselketen geloven, is dit onoverkoombaar.
Maar men kan niet naar de door zonde vervloekte wereld kijken, met haar gevolg van dood en strijd, om dat te gebruiken om het Genesisverslag van de geschiedenis te verwerpen. Alles veranderde door de zonde. Het is daarom dat Paulus van de huidige schepping zegt dat ze ‘zucht, en tezamen als in
barensnood is tot nu toe’ (Rom 8:22). Men moet naar de wereld kijken met Bijbelse ‘ogen’ om dat te
kunnen verstaan.
Sommigen argumenteren dat Adam of de dieren gewond konden raken in de ‘ideale’ wereld vóór de
zonde in de wereld kwam. Nu deze dingen zijn waar in onze hedendaagse gevallen wereld - de huidige
wereld is niet perfect en daarom wordt er geleden als gevolg van de Vloek (Rom 8:22). Maar men kan
niet naar de Bijbel kijken door wereldlijke ‘ogen’ en volhouden dat de wereld vóór de zonde dezelfde
was als die wij vandaag zien. Wij kunnen niet begrijpen hoe een volmaakte wereld, voortdurend hersteld
en volledig gedragen door Gods kracht (Col 1:17; Heb 1:3) er moet uitgezien hebben - wij hebben
nooit perfectie ervaren (enkel Adam en Eva kenden dit vóór de zonde).
Wij krijgen echter wel een glimp in de Schrift te zien; in Deuteronomium 8:4; 29:5 en Nehemia 9:21
wordt ons verteld dat wanneer de Israëlieten 40 jaar door de woestijn trokken hun kleren en schoenen
niet versleten raakten en dat hun voeten niet opzwelden. Wanneer God alle dingen volmaakt houdt dan
is er geen sprake meer van slijtage of gewond raken.
Denk aan Sadrach, Mesach en Abednego (Dan 3:26-27) - zij kwamen uit het vuur zonder zelfs maar
naar rook te ruiken. Opnieuw: wanneer God de dingen volmaakt houdt dan is gewond raken niet mogelijk.
In een perfecte wereld, vóór zonde en vloek, hield God alles perfect, maar in deze vervloekte wereld lopen de dingen fout.
Vele bijbelcommentatoren geloven de beschrijving in Jesaja 11:6-9 van de wolf en het lam, en de leeuw die hooi eet als een os, dat dit een beeld is van de nieuwe aarde in het toekomstige herstel van alle dingen (Hand 3:21), wanneer de vloek en de dood van de aarde zullen zijn weggenomen (Op 21:1; 22:3).
De beschreven dieren leven vredig als vegetariërs (dit is ook de beschrijving van de dierlijke wereld vóór de zonde: Gen 1:30). De hedendaagse wereld is dramatisch veranderd als gevolg van de zonde en de Vloek. De huidige voedselketen en het dierlijke gedrag (dat ook nog veranderde na de Vloed - Gen 9:2-3) kan niet gebruikt worden als basis voor het interpreteren van de Bijbel - de Bijbel legt zelf uit waarom de wereld is zoals hij is!
In het begin gaf God Adam en Eva de heerschappij over de dieren: ‘En God zegende hen, en God zeide tot hen: Weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde, en onderwerpt haar, en hebt heerschappij over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt!’ (Gen 1:28).
Maar men kan niet naar de door zonde vervloekte wereld kijken, met haar gevolg van dood en strijd, om dat te gebruiken om het Genesisverslag van de geschiedenis te verwerpen. Alles veranderde door de zonde. Het is daarom dat Paulus van de huidige schepping zegt dat ze ‘zucht, en tezamen als in
barensnood is tot nu toe’ (Rom 8:22). Men moet naar de wereld kijken met Bijbelse ‘ogen’ om dat te
kunnen verstaan.
Sommigen argumenteren dat Adam of de dieren gewond konden raken in de ‘ideale’ wereld vóór de
zonde in de wereld kwam. Nu deze dingen zijn waar in onze hedendaagse gevallen wereld - de huidige
wereld is niet perfect en daarom wordt er geleden als gevolg van de Vloek (Rom 8:22). Maar men kan
niet naar de Bijbel kijken door wereldlijke ‘ogen’ en volhouden dat de wereld vóór de zonde dezelfde
was als die wij vandaag zien. Wij kunnen niet begrijpen hoe een volmaakte wereld, voortdurend hersteld
en volledig gedragen door Gods kracht (Col 1:17; Heb 1:3) er moet uitgezien hebben - wij hebben
nooit perfectie ervaren (enkel Adam en Eva kenden dit vóór de zonde).
Wij krijgen echter wel een glimp in de Schrift te zien; in Deuteronomium 8:4; 29:5 en Nehemia 9:21
wordt ons verteld dat wanneer de Israëlieten 40 jaar door de woestijn trokken hun kleren en schoenen
niet versleten raakten en dat hun voeten niet opzwelden. Wanneer God alle dingen volmaakt houdt dan
is er geen sprake meer van slijtage of gewond raken.
Denk aan Sadrach, Mesach en Abednego (Dan 3:26-27) - zij kwamen uit het vuur zonder zelfs maar
naar rook te ruiken. Opnieuw: wanneer God de dingen volmaakt houdt dan is gewond raken niet mogelijk.
In een perfecte wereld, vóór zonde en vloek, hield God alles perfect, maar in deze vervloekte wereld lopen de dingen fout.
Vele bijbelcommentatoren geloven de beschrijving in Jesaja 11:6-9 van de wolf en het lam, en de leeuw die hooi eet als een os, dat dit een beeld is van de nieuwe aarde in het toekomstige herstel van alle dingen (Hand 3:21), wanneer de vloek en de dood van de aarde zullen zijn weggenomen (Op 21:1; 22:3).
De beschreven dieren leven vredig als vegetariërs (dit is ook de beschrijving van de dierlijke wereld vóór de zonde: Gen 1:30). De hedendaagse wereld is dramatisch veranderd als gevolg van de zonde en de Vloek. De huidige voedselketen en het dierlijke gedrag (dat ook nog veranderde na de Vloed - Gen 9:2-3) kan niet gebruikt worden als basis voor het interpreteren van de Bijbel - de Bijbel legt zelf uit waarom de wereld is zoals hij is!
In het begin gaf God Adam en Eva de heerschappij over de dieren: ‘En God zegende hen, en God zeide tot hen: Weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde, en onderwerpt haar, en hebt heerschappij over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt!’ (Gen 1:28).
Adam werd geschapen als ‘kroon der schepping’ en hij moest heersen over alles wat God gemaakt had, maar door de zonde kwam chaos over de aarde en verviel de natuur tot wat ze nu is.
Als wij naar de hedendaagse wereld kijken worden we herinnerd aan de woorden in Hebreeën 2:8:‘Alle dingen hebt Gij onder zijn voeten onderworpen. Want daarin, dat Hij hem alle dingen heeft onderworpen, heeft Hij niets uitgezonderd, dat hem niet onderworpen zou zijn; doch nu zien wij nog niet, dat hem alle dingen onderworpen zijn’
De menselijke verhouding tot alle dingen is veranderd door de zonde: ‘nu zien wij nog niet, dat hem
alle dingen onderworpen zijn’ zoals dat oorspronkelijk wél het geval was.
De meeste mensen, christenen inbegrepen, neigen ertoe de wereld te observeren zoals die vandaag is,
met al zijn lijden en dood, en dat projecteren zij dan op de Bijbel en interpreteren de Bijbel vanuit die
visie. Maar wij zijn zondige, feilbare wezens, die een wereld zien die door de zonde vervloekt is (Rom
8:22) en dus moeten wij leren vertrekken vanaf de goddelijke openbaring, de Bijbel, om iets te kunnen
te verstaan.
Nu, waar komen slagtanden en klauwen vandaan? Dr. Henry Morris zegt: ‘Of slagtanden en klauwen deel uitmaakten van hun originele uitrusting, of dat ze recessieve kenmerken zijn die slechts dominant werden door latere selectieprocessen, of dat het mutationele kenmerken zijn als gevolg van de Vloek, en hoe het precies in elkaar zit, wacht op verder onderzoek’
Nadat de zonde in de wereld kwam, veranderde alles. Misschien begonnen sommige dieren vanaf toen elkaar op te eten. Tegen de tijd van Noach beschreef God wat er was gebeurd, als volgt:
‘Toen zag God de aarde, en ziet, zij was verdorven; want al het vlees had zijn weg verdorven op de
aarde’ (Gen 6:12).
Ook na de Vloed veranderde het gedrag van de dieren. We lezen: ‘En uw vrees, en uw verschrikking zij over al het gedierte der aarde, en over al het gevogelte des hemels; in al wat zich op den aardbodem roert, en in alle vissen der zee; zij zijn in uw hand overgegeven’ (Gen 9:2).
De mens kreeg het dus veel moeilijker om zijn mandaat uit te oefenen als heerser over de dieren, zoals
gegeven in Genesis 1:28.
Hoe komt het dat er dinosaurusfossielen gevonden worden?
Fossielformaties ontstaan door plotselinge begraving. Wanneer een dier sterft wordt het gewoonlijk gegeten, of het vergaat tot er niets meer van over is. Om een fossiel te vormen zijn er bijzondere omstandigheden vereist om het dier te bewaren en het te vervangen door mineralen, enz.
Evolutionisten hebben ooit beweerd dat het fossielenbestand traag werd gevormd doordat dieren stierven en langzaam werden overdekt met sediment. Maar recentelijk hebben zij erkend dat bij het fossielenbestand catastrofische processen betrokken zijn geweest. Om wereldwijd miljarden fossielen te vormen, in lagen van soms kilometers dik, moeten de organismen snel begraven zijn geweest.
Als wij naar de hedendaagse wereld kijken worden we herinnerd aan de woorden in Hebreeën 2:8:‘Alle dingen hebt Gij onder zijn voeten onderworpen. Want daarin, dat Hij hem alle dingen heeft onderworpen, heeft Hij niets uitgezonderd, dat hem niet onderworpen zou zijn; doch nu zien wij nog niet, dat hem alle dingen onderworpen zijn’
De menselijke verhouding tot alle dingen is veranderd door de zonde: ‘nu zien wij nog niet, dat hem
alle dingen onderworpen zijn’ zoals dat oorspronkelijk wél het geval was.
De meeste mensen, christenen inbegrepen, neigen ertoe de wereld te observeren zoals die vandaag is,
met al zijn lijden en dood, en dat projecteren zij dan op de Bijbel en interpreteren de Bijbel vanuit die
visie. Maar wij zijn zondige, feilbare wezens, die een wereld zien die door de zonde vervloekt is (Rom
8:22) en dus moeten wij leren vertrekken vanaf de goddelijke openbaring, de Bijbel, om iets te kunnen
te verstaan.
Nu, waar komen slagtanden en klauwen vandaan? Dr. Henry Morris zegt: ‘Of slagtanden en klauwen deel uitmaakten van hun originele uitrusting, of dat ze recessieve kenmerken zijn die slechts dominant werden door latere selectieprocessen, of dat het mutationele kenmerken zijn als gevolg van de Vloek, en hoe het precies in elkaar zit, wacht op verder onderzoek’
Nadat de zonde in de wereld kwam, veranderde alles. Misschien begonnen sommige dieren vanaf toen elkaar op te eten. Tegen de tijd van Noach beschreef God wat er was gebeurd, als volgt:
‘Toen zag God de aarde, en ziet, zij was verdorven; want al het vlees had zijn weg verdorven op de
aarde’ (Gen 6:12).
Ook na de Vloed veranderde het gedrag van de dieren. We lezen: ‘En uw vrees, en uw verschrikking zij over al het gedierte der aarde, en over al het gevogelte des hemels; in al wat zich op den aardbodem roert, en in alle vissen der zee; zij zijn in uw hand overgegeven’ (Gen 9:2).
De mens kreeg het dus veel moeilijker om zijn mandaat uit te oefenen als heerser over de dieren, zoals
gegeven in Genesis 1:28.
Hoe komt het dat er dinosaurusfossielen gevonden worden?
Fossielformaties ontstaan door plotselinge begraving. Wanneer een dier sterft wordt het gewoonlijk gegeten, of het vergaat tot er niets meer van over is. Om een fossiel te vormen zijn er bijzondere omstandigheden vereist om het dier te bewaren en het te vervangen door mineralen, enz.
Evolutionisten hebben ooit beweerd dat het fossielenbestand traag werd gevormd doordat dieren stierven en langzaam werden overdekt met sediment. Maar recentelijk hebben zij erkend dat bij het fossielenbestand catastrofische processen betrokken zijn geweest. Om wereldwijd miljarden fossielen te vormen, in lagen van soms kilometers dik, moeten de organismen snel begraven zijn geweest.
Evolutionisten hebben ooit beweerd dat het fossielenbestand traag werd gevormd doordat dieren stierven en langzaam werden overdekt met sediment. Maar recentelijk hebben zij erkend dat bij het fossielenbestand catastrofische processen betrokken zijn geweest.
Vele evolutionisten zeggen nu dat het fossielenbestand snel werd gevormd, bij vlagen, verspreid over miljoenen jaren! Volgens de Bijbel echter, werd de aarde, toen de tijd voort streek, een plaats van kwaadaardigheid, zodat God besloot een wereldomvattende vloed te brengen: ‘Ik breng een watervloed over de aarde, om alle vlees, waarin een geest des levens is, van onder den hemel te verderven; al wat op de aarde is, zal de geest geven’ (Gen 6:17).
God beval Noach om een erg grote ark te bouwen. Daarin moest hij zijn familie meenemen en de vertegenwoordigers van elk soort landdier dat ademde (die God zelf zou kiezen en naar Noach zou leiden - Gen 6:20). Hierbij moesten twee van elke soort dinosauriër zijn begrepen.
Hoe pasten dinosauriërs in de ark?
Vele mensen denken dat dinosauriërs te groot waren voor de ark. Maar de gemiddelde grootte van een dinosauriër is ongeveer die van een schaap. Vele dinosauriërs waren inderdaad klein. Zo was b.v. Struthiomimus niet groter dan een struisvogel, en Compsognathus was niet groter dan een haan. Mussaurus (‘muisreptiel’) was niet veel groter dan een muis. Slechts enkele dinosauriërs groeiden uit tot extreme grootte (b.v. Brachiosaurus, Apatosaurus). Reptielen groeien verder zo lang zij leven - dus grote dinosaurussen waren waarschijnlijk erg oud.
Dinosauriërs legden eieren, en het grootste fossiele dino-ei dat ooit werd gevonden had de grootte van
een voetbal. Zelfs de grootste dinosauriërs waren erg klein wanneer ze pas uitgebroed waren. Herinner u dat de dieren die uit de ark kwamen de aarde moesten herbevolken, en dus was het essentieel om jonge volwassen dieren te nemen die vruchtbaar zouden worden. Het is dus realistisch om aan te nemen dat God jonge dieren naar de ark zond, en geen volledig uitgegroeide schepselen.
Sommigen zouden kunnen zeggen dat niet alle 600 of meer soorten dinosaurussen in de ark konden
komen. Maar Genesis 6:20 stelt dat slechts de vertegenwoordigende soorten landdieren in de Ark
kwamen. De vraag is dan: wat is een ‘soort’ (Hebreeuws: min)?
Bijbelse creationisten hebben erop gewezen dat er vele ‘ondersoorten’ kunnen zijn voortgekomen uit een geschapen soort. Zo bestaan er vele types katten in de wereld, maar alle katten-‘soorten’ stammen af van slechts enkele oorspronkelijk geschapen soorten.
De kat-variëteiten vandaag hebben zich ontwikkeld door natuurlijke en artificiële selectie, hetgeen mogelijk is wegens de variatie in de informatie (genen) bij de originele katten. Dit heeft voor verschillende combinaties gezorgd en ondergroepen van informatie en dus verschillende types van katten. Ook mutaties (fouten in het kopiëren van de genen tijdens de voortplanting) kunnen bijgedragen hebben aan variaties, maar de wijzigingen door mutaties zijn ‘neerwaarts’ en veroorzaken verlies van originele informatie - het gaat hier om een beperkt ‘neerwaarts’ proces, niet een opwaartse toename in complexiteit. Dus, er waren slechts enkele katachtige paren in Noachs Ark nodig.
Namen van dinosauriërs hebben zich snel vermenigvuldigd, met nieuwe namen voor slechts enkele
stukjes beenderen, of een skelet dat gelijk op dat van eentje met andere afmetingen, of omdat het in een andere land werd gevonden. Er bestonden waarschijnlijk minder dan 50 onderscheiden groepen of
soorten van dinosauriërs die in de Ark moesten komen. Ook moeten we eraan herinneren dat de Ark
van Noach extreem groot was en zeker groot genoeg om het benodigde aantal dieren te vervoeren, dino’s inbegrepen.
Creationisten noemen de oorspronkelijk geschapen soorten baramins (compilatie van de Hebreeuwse woorden voor ‘scheppen’ en ‘soorten’). Er waren maar relatief weinig baramins geschapen vergeleken met de vele ‘ondersoorten’ die later verkregen werden door natuurlijke of kunstmatige selectie, en adaptatie (vooral na de Vloed door de veranderingen van de klimatologische omstandigheden en de verspreiding van leven over de hele aarde).
Vele evolutionisten zeggen nu dat het fossielenbestand snel werd gevormd, bij vlagen, verspreid over miljoenen jaren! Volgens de Bijbel echter, werd de aarde, toen de tijd voort streek, een plaats van kwaadaardigheid, zodat God besloot een wereldomvattende vloed te brengen: ‘Ik breng een watervloed over de aarde, om alle vlees, waarin een geest des levens is, van onder den hemel te verderven; al wat op de aarde is, zal de geest geven’ (Gen 6:17).
God beval Noach om een erg grote ark te bouwen. Daarin moest hij zijn familie meenemen en de vertegenwoordigers van elk soort landdier dat ademde (die God zelf zou kiezen en naar Noach zou leiden - Gen 6:20). Hierbij moesten twee van elke soort dinosauriër zijn begrepen.
Hoe pasten dinosauriërs in de ark?
Vele mensen denken dat dinosauriërs te groot waren voor de ark. Maar de gemiddelde grootte van een dinosauriër is ongeveer die van een schaap. Vele dinosauriërs waren inderdaad klein. Zo was b.v. Struthiomimus niet groter dan een struisvogel, en Compsognathus was niet groter dan een haan. Mussaurus (‘muisreptiel’) was niet veel groter dan een muis. Slechts enkele dinosauriërs groeiden uit tot extreme grootte (b.v. Brachiosaurus, Apatosaurus). Reptielen groeien verder zo lang zij leven - dus grote dinosaurussen waren waarschijnlijk erg oud.
Dinosauriërs legden eieren, en het grootste fossiele dino-ei dat ooit werd gevonden had de grootte van
een voetbal. Zelfs de grootste dinosauriërs waren erg klein wanneer ze pas uitgebroed waren. Herinner u dat de dieren die uit de ark kwamen de aarde moesten herbevolken, en dus was het essentieel om jonge volwassen dieren te nemen die vruchtbaar zouden worden. Het is dus realistisch om aan te nemen dat God jonge dieren naar de ark zond, en geen volledig uitgegroeide schepselen.
Sommigen zouden kunnen zeggen dat niet alle 600 of meer soorten dinosaurussen in de ark konden
komen. Maar Genesis 6:20 stelt dat slechts de vertegenwoordigende soorten landdieren in de Ark
kwamen. De vraag is dan: wat is een ‘soort’ (Hebreeuws: min)?
Bijbelse creationisten hebben erop gewezen dat er vele ‘ondersoorten’ kunnen zijn voortgekomen uit een geschapen soort. Zo bestaan er vele types katten in de wereld, maar alle katten-‘soorten’ stammen af van slechts enkele oorspronkelijk geschapen soorten.
De kat-variëteiten vandaag hebben zich ontwikkeld door natuurlijke en artificiële selectie, hetgeen mogelijk is wegens de variatie in de informatie (genen) bij de originele katten. Dit heeft voor verschillende combinaties gezorgd en ondergroepen van informatie en dus verschillende types van katten. Ook mutaties (fouten in het kopiëren van de genen tijdens de voortplanting) kunnen bijgedragen hebben aan variaties, maar de wijzigingen door mutaties zijn ‘neerwaarts’ en veroorzaken verlies van originele informatie - het gaat hier om een beperkt ‘neerwaarts’ proces, niet een opwaartse toename in complexiteit. Dus, er waren slechts enkele katachtige paren in Noachs Ark nodig.
Namen van dinosauriërs hebben zich snel vermenigvuldigd, met nieuwe namen voor slechts enkele
stukjes beenderen, of een skelet dat gelijk op dat van eentje met andere afmetingen, of omdat het in een andere land werd gevonden. Er bestonden waarschijnlijk minder dan 50 onderscheiden groepen of
soorten van dinosauriërs die in de Ark moesten komen. Ook moeten we eraan herinneren dat de Ark
van Noach extreem groot was en zeker groot genoeg om het benodigde aantal dieren te vervoeren, dino’s inbegrepen.
Creationisten noemen de oorspronkelijk geschapen soorten baramins (compilatie van de Hebreeuwse woorden voor ‘scheppen’ en ‘soorten’). Er waren maar relatief weinig baramins geschapen vergeleken met de vele ‘ondersoorten’ die later verkregen werden door natuurlijke of kunstmatige selectie, en adaptatie (vooral na de Vloed door de veranderingen van de klimatologische omstandigheden en de verspreiding van leven over de hele aarde).
De Ark van Noach was extreem groot en zeker groot genoeg om het benodigde aantal dieren te vervoeren, dino’s inbegrepen.
De landdieren (dino’s inbegrepen) die niet in de Ark waren, die verdronken. Vele overblijfselen werden bewaard in lagen die door de Vloed werden gevormd - dus al die miljoenen fossielen. Vermoedelijk werden vele van de dinosaurusfossielen in die tijd begraven, ongeveer 4500 jaar geleden. Ook na deVloed zijn er vele catastrofes geweest8, ijstijden inbegrepen, waardoor er ook post-Vloed formaties van fossielen ontstonden.
De verdraaide houdingen van deze dieren die in het gesteente werden bewaard gevonden, en hun grote
aantallen, en de grote verspreiding van zelfs gehele skeletten, voorzien in een overtuigend bewijs dat
zij snel bedolven werden als gevolg van een catastrofische vloed.
Is Noach's ark ontdekt?
Er zijn twee mogelijkheden Hij ligt er of hij ligt er niet …
Ten oosten van Turkije ligt het gebergte Mountains Ararat, dat in het Turks ‘Nuhun Gemesi’ heet
(dat betekent: Noachs grote boot). Het is niet één berg. En het is ook niet waarschijnlijk of
wetenschappelijk bewezen dat de ark bovenop de berg gestrand is.
4 Theorieën:
-de ark is gesloopt om van dit goede hout huizen te bouwen.
-het hout van de ark ging rotten en alles verging
-de ark ligt er nog steeds
-de ark ligt in de vallei tussen de bergen. Alle 4 mogelijkheden kunnen…
In 1960 werd ontdekt, dat nogal hoog op de berg Ararat iets uitstak.
In 1987 legde een aardbeving het bovenstuk ervan bloot en werden allerlei vondsten gedaan met
expedities en de regering was overtuigd van authenticiteit, mede om de druppelvorm van de
opgegraven bootachtige constructie. De maten van de ark zijn volgens de Bijbel 300 el geweest,
waarbij een Engelse el 53 cm meet, een Hebreeuwse el 46 cm en een Egyptische el 52,5 cm = 20,6
inches.
De gevonden boot meet 156 meter en zou overeenstemmen met de Egyptische ellen.
De landdieren (dino’s inbegrepen) die niet in de Ark waren, die verdronken. Vele overblijfselen werden bewaard in lagen die door de Vloed werden gevormd - dus al die miljoenen fossielen. Vermoedelijk werden vele van de dinosaurusfossielen in die tijd begraven, ongeveer 4500 jaar geleden. Ook na deVloed zijn er vele catastrofes geweest8, ijstijden inbegrepen, waardoor er ook post-Vloed formaties van fossielen ontstonden.
De verdraaide houdingen van deze dieren die in het gesteente werden bewaard gevonden, en hun grote
aantallen, en de grote verspreiding van zelfs gehele skeletten, voorzien in een overtuigend bewijs dat
zij snel bedolven werden als gevolg van een catastrofische vloed.
Is Noach's ark ontdekt?
Er zijn twee mogelijkheden Hij ligt er of hij ligt er niet …
Ten oosten van Turkije ligt het gebergte Mountains Ararat, dat in het Turks ‘Nuhun Gemesi’ heet
(dat betekent: Noachs grote boot). Het is niet één berg. En het is ook niet waarschijnlijk of
wetenschappelijk bewezen dat de ark bovenop de berg gestrand is.
4 Theorieën:
-de ark is gesloopt om van dit goede hout huizen te bouwen.
-het hout van de ark ging rotten en alles verging
-de ark ligt er nog steeds
-de ark ligt in de vallei tussen de bergen. Alle 4 mogelijkheden kunnen…
In 1960 werd ontdekt, dat nogal hoog op de berg Ararat iets uitstak.
In 1987 legde een aardbeving het bovenstuk ervan bloot en werden allerlei vondsten gedaan met
expedities en de regering was overtuigd van authenticiteit, mede om de druppelvorm van de
opgegraven bootachtige constructie. De maten van de ark zijn volgens de Bijbel 300 el geweest,
waarbij een Engelse el 53 cm meet, een Hebreeuwse el 46 cm en een Egyptische el 52,5 cm = 20,6
inches.
De gevonden boot meet 156 meter en zou overeenstemmen met de Egyptische ellen.
De maten van de ark zijn volgens de Bijbel 300 el geweest, waarbij een Engelse el 53 cm meet, een Hebreeuwse el 46 cm en een Egyptische el 52,5 cm = 20,6 inches. De gevonden boot meet 156 meter en zou overeenstemmen met de Egyptische ellen.
Het is geen bewijs, maar de locatie, de vorm en de lengte zijn overeenstemmend.
Het is 2/3 van de lengte van de Titanic. In de buurt van de Ararat zijn 12 stenen gevonden van zo’n 4000 kilo met gaten bovenin, die als ankerstenen kunnen zijn gebruikt. Langs de boot afhangend in het water stabiliseren ze de golfslagbewegingen en houden de boot met de kop in de wind. Door een richel in de lengte van de bootbodem kan de golfdruk opgevangen worden. Bovenin die richel kan een gat zitten, zodat de bootbewoners kunnen beschikken over een vuilstortkoker, maar ook fris water
kunnen innemen.
De meeste dinosaurussen kwamen om (tijdens en) vlak na de vloed.
Er zijn wel 16 theorieën over de oorzaken hiervan, o.a. een meteoorinslag in Yucatan 65 miljoen jaar
geleden of als gevolg van hun eigen winderigheid en de hitte. Maar de eerlijke vraag is niet :
Waardoor stierven de dino’s uit? Maar: Stierven de dino’s eigenlijk wel uit?
Vergelijkbaar met de vraag-met-vooroordeel “Moeten we het creationisme wel onderwijzen op openbare scholen. Deze vraag kan beter vervangen worden door de vraag: Moeten we wel openbare scholen hebben om kinderen te onderwijzen?
Openbare scholen hebben bijna altijd corrupte en onherstelbaar foute boeken, die ondanks de inzet van goede en goedwillende leraren (waarvoor we God danken) toch een vernietigende invloed hebben op het geloof van onze kinderen.
- Ander klimaat door het wegvallen van de beschermende ijsmantel om de aarde, waardoor de dino’s
te kort leefden om echt groot te worden en dus vaak niet de leeftijd haalden waarop ze superieur waren in lichaamskracht ten opzichte van andere soorten. Hierdoor zullen bepaalde dino-soorten uitgestorven zijn.
- Jacht door de mens. De ‘draken’ die in duizenden legenden voorkomen.
Pas in 1841 heeft Sir Richard Owen het woord dinosaurus bedacht. Dus komt het woord niet in de
Bijbel voor, maar wel 35 x het woord draak.
Nabij nederzettingen werden slangen, grizzlyberen en draken gedood vanwege hun vlees en het
gevaar voor de mens. Hun lichaamsdelen konden nuttig gebruikt worden in medicijnen (oude recepten met drakenbotten, drakenbloed enz. ) en de drakendoder werd daarna als held vereerd.
Sommige mensen willen hun superioriteit over de dieren bewijzen (gewei aan de wand). Ten slotte
was er door de groeiende bevolking meer land nodig.
Het is geen bewijs, maar de locatie, de vorm en de lengte zijn overeenstemmend.
Het is 2/3 van de lengte van de Titanic. In de buurt van de Ararat zijn 12 stenen gevonden van zo’n 4000 kilo met gaten bovenin, die als ankerstenen kunnen zijn gebruikt. Langs de boot afhangend in het water stabiliseren ze de golfslagbewegingen en houden de boot met de kop in de wind. Door een richel in de lengte van de bootbodem kan de golfdruk opgevangen worden. Bovenin die richel kan een gat zitten, zodat de bootbewoners kunnen beschikken over een vuilstortkoker, maar ook fris water
kunnen innemen.
De meeste dinosaurussen kwamen om (tijdens en) vlak na de vloed.
Er zijn wel 16 theorieën over de oorzaken hiervan, o.a. een meteoorinslag in Yucatan 65 miljoen jaar
geleden of als gevolg van hun eigen winderigheid en de hitte. Maar de eerlijke vraag is niet :
Waardoor stierven de dino’s uit? Maar: Stierven de dino’s eigenlijk wel uit?
Vergelijkbaar met de vraag-met-vooroordeel “Moeten we het creationisme wel onderwijzen op openbare scholen. Deze vraag kan beter vervangen worden door de vraag: Moeten we wel openbare scholen hebben om kinderen te onderwijzen?
Openbare scholen hebben bijna altijd corrupte en onherstelbaar foute boeken, die ondanks de inzet van goede en goedwillende leraren (waarvoor we God danken) toch een vernietigende invloed hebben op het geloof van onze kinderen.
- Ander klimaat door het wegvallen van de beschermende ijsmantel om de aarde, waardoor de dino’s
te kort leefden om echt groot te worden en dus vaak niet de leeftijd haalden waarop ze superieur waren in lichaamskracht ten opzichte van andere soorten. Hierdoor zullen bepaalde dino-soorten uitgestorven zijn.
- Jacht door de mens. De ‘draken’ die in duizenden legenden voorkomen.
Pas in 1841 heeft Sir Richard Owen het woord dinosaurus bedacht. Dus komt het woord niet in de
Bijbel voor, maar wel 35 x het woord draak.
Nabij nederzettingen werden slangen, grizzlyberen en draken gedood vanwege hun vlees en het
gevaar voor de mens. Hun lichaamsdelen konden nuttig gebruikt worden in medicijnen (oude recepten met drakenbotten, drakenbloed enz. ) en de drakendoder werd daarna als held vereerd.
Sommige mensen willen hun superioriteit over de dieren bewijzen (gewei aan de wand). Ten slotte
was er door de groeiende bevolking meer land nodig.
Pas in 1842 besefte de Britse onderzoeker Richard Owen dat hij een aparte diergroep had ontdekt: de dinosaurussen. Hij maakte er modellen van. Mensen hadden lang gedacht dat de fossielen van grote hagedissen of zelfs draken waren. Zo werden in China eeuwenlang vermalen drakenbeenderen verkocht. Maar Richard Owen zag in dat de oeroude botten niet veel leken op die van de huidige reptielen, maar dat er sprake moest zijn van een aparte groep van reptielen. Hij gaf de uitgestorven reuzendieren dan ook een passende naam: Dinosauria, Grieks voor ‘verschrikkelijke hagedissen’.
Waarom zien wij vandaag geen dinosauriërs?
Aan het eind van de Vloed kwamen Noach, zijn familie en de dieren dus uit de Ark (Gen 8:15-17).
De dinosauriërs begonnen dus een nieuw leven in een nieuwe wereld. Samen met de andere dieren kwamen de dinosauriërs naar buiten om de aarde te herbevolken. Zij verlieten de landingsplaats van de Ark en verspreidden zich over de aardoppervlakte. De nakomelingen van deze dinosauriërs gaven aanleiding tot de drakenlegenden.
Maar de wereld waarin zij nu terecht gekomen waren verschilde van deze die ze kenden vóór de Vloed.
De Vloed was verwoestend geweest en het was nu veel moeilijker om te overleven.
Na de Vloed zei God tot Noach dat vanaf dan de dieren hem zouden vrezen, en de mens kon hun vlees
eten (Gen 9:1-7).
Ook voor de mens werd de wereld een harde omstandigheid. Om te overleven vonden zij vroeger gemakkelijk allerlei plantaardig voedsel, maar nu moest hun voedsel aangevuld worden met dierlijk vlees.
Zowel dieren als mensen werden voor hun overleving bijzonder zwaar op de proef gesteld. Uit het fossielenverslag, en uit de geschreven geschiedenis van de mens, alsook uit de ervaringen in recente eeuwen, blijkt dat vele levensvormen op onze planeet die beproeving niet hebben doorstaan. We moeten ons herinneren dat vele planten en ademende landdieren zijn uitgestorven sinds de Vloed - zowel door toedoen van menselijke activiteiten als door het harde post-Vloed milieu. Vele groepen sterven nog steeds uit. Dinosauriërs moeten blijkbaar ook tot de uitgestorven groepen gerekend worden.
Waarom nu zijn mensen zo geïntrigeerd door de dinosauriërs, en hebben zij weinig interesse in de uitsterving van de varensoort Cladophebius, bijvoorbeeld?
Het monsterachtige van dinosauriërs is het wat de mensen aantrekt. Evolutionisten hebben uit die fascinatie munt geslagen en de wereld is dan ook overspoeld met evolutionaire propaganda die zich concentreert op de dinosauriërs. Dit heeft ervoor gezorgd dat ook het denken van vele christenen doordrongen werd van de evolutionaire filosofie.
Dinosaurussen in de mythen/legenden en in de beschreven geschiedenis.
Gilgamesh slachtte zo’n draak en de Chinese Yu doodde draken. De Babylonische god Marduk staat
afgebeeld bovenop een draak. Jes.14:29 noemt een vurige vliegende draak en Job 41:19 noemt
Leviathan een vuurspuwende draak. Het apocriefe boek Daniël 13 en 14 vertelt over een draak als
levende god, die door Daniël gedood wordt, zonder zwaard of knuppel. Hij zou hem gedood hebben
met hars, vet en haar, dat hij tot klonten kookte, die hij in de drakenbek deed, totdat de draak
uiteenbarstte. (Het vet was een smaakmaker voor de draak, lekker zout. Het hars was erg kleverig en
haar verteert niet. De draak eet dit mengseltje op, om de lekkere smaak. Maar het blijft in zijn
ingewanden zitten, omdat het niet verteerd wordt. Uiteindelijk raakt de draak helemaal verstopt en
barst uit elkaar…)
De stad Babylon is verwoest in 600 v. Chr en is later opgegraven, waarbij de blauw-glazuren
poortstenen allerlei reliëfs laten zien van leeuwen en draken. Babylon is gebouwd en mooi gemaakt
door koning Nebukadnezar die zo’n 1800 tot 2000 jaar na de vloed leefde.
In 326 v.Chr. schreef Alexander de Grote, dat zijn soldaten in India werden afgeschrikt door draken
die in grotten leefden.
Op een Romeins mozaïek van 200 na Chr. staan twee draken afgebeeld.
St.George die als christelijk martelaar bekend raakte, doodde draken in 275 na Chr.
Beowulf doodde als 88-jarige de draak Grendel door hem in 583 na Chr. een poot af te slaan, waarna
de draak doodbloedde.
In Thailand en China zijn veel legenden over draken, gargouille op gebouwen, afbeeldingen op
postzegels. De Vikingschepen hadden drakenkoppen op de boegspriet
Waarom zien wij vandaag geen dinosauriërs?
Aan het eind van de Vloed kwamen Noach, zijn familie en de dieren dus uit de Ark (Gen 8:15-17).
De dinosauriërs begonnen dus een nieuw leven in een nieuwe wereld. Samen met de andere dieren kwamen de dinosauriërs naar buiten om de aarde te herbevolken. Zij verlieten de landingsplaats van de Ark en verspreidden zich over de aardoppervlakte. De nakomelingen van deze dinosauriërs gaven aanleiding tot de drakenlegenden.
Maar de wereld waarin zij nu terecht gekomen waren verschilde van deze die ze kenden vóór de Vloed.
De Vloed was verwoestend geweest en het was nu veel moeilijker om te overleven.
Na de Vloed zei God tot Noach dat vanaf dan de dieren hem zouden vrezen, en de mens kon hun vlees
eten (Gen 9:1-7).
Ook voor de mens werd de wereld een harde omstandigheid. Om te overleven vonden zij vroeger gemakkelijk allerlei plantaardig voedsel, maar nu moest hun voedsel aangevuld worden met dierlijk vlees.
Zowel dieren als mensen werden voor hun overleving bijzonder zwaar op de proef gesteld. Uit het fossielenverslag, en uit de geschreven geschiedenis van de mens, alsook uit de ervaringen in recente eeuwen, blijkt dat vele levensvormen op onze planeet die beproeving niet hebben doorstaan. We moeten ons herinneren dat vele planten en ademende landdieren zijn uitgestorven sinds de Vloed - zowel door toedoen van menselijke activiteiten als door het harde post-Vloed milieu. Vele groepen sterven nog steeds uit. Dinosauriërs moeten blijkbaar ook tot de uitgestorven groepen gerekend worden.
Waarom nu zijn mensen zo geïntrigeerd door de dinosauriërs, en hebben zij weinig interesse in de uitsterving van de varensoort Cladophebius, bijvoorbeeld?
Het monsterachtige van dinosauriërs is het wat de mensen aantrekt. Evolutionisten hebben uit die fascinatie munt geslagen en de wereld is dan ook overspoeld met evolutionaire propaganda die zich concentreert op de dinosauriërs. Dit heeft ervoor gezorgd dat ook het denken van vele christenen doordrongen werd van de evolutionaire filosofie.
Dinosaurussen in de mythen/legenden en in de beschreven geschiedenis.
Gilgamesh slachtte zo’n draak en de Chinese Yu doodde draken. De Babylonische god Marduk staat
afgebeeld bovenop een draak. Jes.14:29 noemt een vurige vliegende draak en Job 41:19 noemt
Leviathan een vuurspuwende draak. Het apocriefe boek Daniël 13 en 14 vertelt over een draak als
levende god, die door Daniël gedood wordt, zonder zwaard of knuppel. Hij zou hem gedood hebben
met hars, vet en haar, dat hij tot klonten kookte, die hij in de drakenbek deed, totdat de draak
uiteenbarstte. (Het vet was een smaakmaker voor de draak, lekker zout. Het hars was erg kleverig en
haar verteert niet. De draak eet dit mengseltje op, om de lekkere smaak. Maar het blijft in zijn
ingewanden zitten, omdat het niet verteerd wordt. Uiteindelijk raakt de draak helemaal verstopt en
barst uit elkaar…)
De stad Babylon is verwoest in 600 v. Chr en is later opgegraven, waarbij de blauw-glazuren
poortstenen allerlei reliëfs laten zien van leeuwen en draken. Babylon is gebouwd en mooi gemaakt
door koning Nebukadnezar die zo’n 1800 tot 2000 jaar na de vloed leefde.
In 326 v.Chr. schreef Alexander de Grote, dat zijn soldaten in India werden afgeschrikt door draken
die in grotten leefden.
Op een Romeins mozaïek van 200 na Chr. staan twee draken afgebeeld.
St.George die als christelijk martelaar bekend raakte, doodde draken in 275 na Chr.
Beowulf doodde als 88-jarige de draak Grendel door hem in 583 na Chr. een poot af te slaan, waarna
de draak doodbloedde.
In Thailand en China zijn veel legenden over draken, gargouille op gebouwen, afbeeldingen op
postzegels. De Vikingschepen hadden drakenkoppen op de boegspriet
De Vikingschepen hadden drakenkoppen op de boegspriet, om de zeegoden af te schrikken.
Rond 1100 is er een houtsnede gemaakt van een mens-etende draak. Tony Allen. (Zie het boek van Bill Cooper: “ After the Flood”.)
1000 na Chr. doodde Siegfried uit Noorwegen de draak Fafnir.
1271 na Chr. woonde Marco Polo 17 jaar in China en vertelde dat de keizer draken fokte om zijn strijdwagens te trekken in zijn parades.
1611 na Chr. noemt een Chinees wetboek het beroep van drakendoder en de fokkerij van draken om hun bloed en eieren voor medicijnen.
De naam van de Franse stad Nerluc verwijst naar een man die een draak doodde, die groter was dan een koe, met een lange scherpe punthoorn op zijn kop.
Indianen krasten afbeeldingen van draken op de rotsen van de Grand Canyon.
MAAR wetenschappers stellen in 1925 dat wij weten dat dino’s al 12 miljoen jaar uitgestorven zijn.
Let wel: in 1770 noemden ze als leeftijd voor de aarde 70.000 jaar. In 1905 was dit al miljard jaar. in 1969 was de aarde al 3 ½ miljard jaar oud. En tegenwoordig is hij 4,6 miljard jaar oud.
Dat betekent een wereldveroudering van 40 jaar per minuut.
In Nasca, in Peru zijn witte lijnen te zien in de woestijn, die vanuit een vliegtuig te herkennen zijn
als gigantische afbeeldingen van o.a. een spin met 8 poten, waarvan één poot langer is dan de andere.
Deze Nasca-tekeningen riepen veel onbegrip op, omdat we geen spin kenden met één extralange poot.
Maar in die buurt leeft een spinnetje van 1/3 centimeter lengte, die in de paartijd een iets langere poot
ontwikkelt om te paren. Daarna trekt de poot zich weer terug tot de lengte van de andere poten. Dit
beschrijft Dennis Swift in zijn boe:k Secrets of the Ica Stones and Nazca Lines.
Rond 1100 is er een houtsnede gemaakt van een mens-etende draak. Tony Allen. (Zie het boek van Bill Cooper: “ After the Flood”.)
1000 na Chr. doodde Siegfried uit Noorwegen de draak Fafnir.
1271 na Chr. woonde Marco Polo 17 jaar in China en vertelde dat de keizer draken fokte om zijn strijdwagens te trekken in zijn parades.
1611 na Chr. noemt een Chinees wetboek het beroep van drakendoder en de fokkerij van draken om hun bloed en eieren voor medicijnen.
De naam van de Franse stad Nerluc verwijst naar een man die een draak doodde, die groter was dan een koe, met een lange scherpe punthoorn op zijn kop.
Indianen krasten afbeeldingen van draken op de rotsen van de Grand Canyon.
MAAR wetenschappers stellen in 1925 dat wij weten dat dino’s al 12 miljoen jaar uitgestorven zijn.
Let wel: in 1770 noemden ze als leeftijd voor de aarde 70.000 jaar. In 1905 was dit al miljard jaar. in 1969 was de aarde al 3 ½ miljard jaar oud. En tegenwoordig is hij 4,6 miljard jaar oud.
Dat betekent een wereldveroudering van 40 jaar per minuut.
In Nasca, in Peru zijn witte lijnen te zien in de woestijn, die vanuit een vliegtuig te herkennen zijn
als gigantische afbeeldingen van o.a. een spin met 8 poten, waarvan één poot langer is dan de andere.
Deze Nasca-tekeningen riepen veel onbegrip op, omdat we geen spin kenden met één extralange poot.
Maar in die buurt leeft een spinnetje van 1/3 centimeter lengte, die in de paartijd een iets langere poot
ontwikkelt om te paren. Daarna trekt de poot zich weer terug tot de lengte van de andere poten. Dit
beschrijft Dennis Swift in zijn boe:k Secrets of the Ica Stones and Nazca Lines.
In Nasca, in Peru zijn witte lijnen te zien in de woestijn, die vanuit een vliegtuig te herkennen zijn als gigantische afbeeldingen van o.a. een spin met 8 poten, waarvan één poot langer is dan de andere.
In 1571 vonden Spanjaarden rots afbeeldingen en zo’n 20 Nasca grafstenen die ergens tussen 500 voor en 500 na Chr. gemaakt zijn. Op deze stenen staan mensen met kunstledematen afgebeeld en
hersenoperaties en een soort stoomlocomotief. Op zo’n 500 stenen staan mensen met dino’s afgebeeld.
Dino’s staan afgebeeld in borduurwerk op grafkleden en in verf op aardewerken potten en getekend op de rotswanden van Acamboro in Mexico en als 56000 keramieken beeldjes in een huiskelder.
De Romeinen waren allang in Amerika geweest, voordat Columbus Amerika ontdekte, want in Arizona werd een Romeins zwaard gevonden met een dino erop.
Koning Salomo’s schepen voeren heen en weer naar Amerika, zoals vele bewijzen laten zien. En dit ging door tot het begin van de Middeleeuwen, 500 na Chr.
Van 1500 tot 1900 werd de route weer gevaren, waarbij wel 300 boeken geschreven werden met
verslagen over zeemonsters.
In 1848 zag kapitein M’Quhae van de Daedalus een monster van 18 m lang (60 feet)
De walvisvaarder Monongahela noemde een beest van 31 meter.
Kapitein Arthur Henri Roston (die bekend werd van de evacuatie na de Titanic-ramp) zag op 26 april 1907 vlakbij Ierland vanaf zijn schip Campania iets als een zeeslang.
In de 1e wereldoorlog zag een Duitse officier een zeemonster van zo’n 18 m. lang.
In 1900 werden bij Florida reuze inktvissen gezien van 60 m lengte en 4500 kilo. Een walvis die gevangen werd bij Seattle had zo’n inktvisarm in zijn maag.
Zijn dinosauriërs werkelijk uitgestorven?
Men kan niet bewijzen dat een organisme uitgestorven is zonder tegelijk kennis te hebben van elk deel
van het aardoppervlak. Experten werden in verlegenheid gebracht nadat zij bepaalde diersoorten uitgestorven verklaarden maar moesten ontdekken dat ze nog steeds leefden. Zo heeft men recentelijk olifanten ontdekt in Nepal die vele uiterlijke kenmerken vertonen van de mammoets.
Wetenschappers in Australië vonden levende bomen waarvan men dacht dat die samen met de dinosauriërs uitgestorven waren. Een wetenschapper zei: ‘… het was als het vinden van een “levende dinosaurus”’.
Wanneer wetenschappers dieren of planten vinden waarvan zij dachten dat die lang geleden uitgestorven waren, noemen zij die ‘levende fossielen’. Zo bestaan er honderden ‘levende fossielen’, en dat brengt hen die in miljoenen jaren aardse geschiedenis geloven erg in verlegenheid.
Door de watermassa van de vloed is de aardkorst in beweging gekomen, met vele vulkanische activiteiten en zelfs hele continenten die op drift raakten. Velen denken ook dat in die tijd de aardas kantelde waardoor de ijstijden ontstonden en een permanente bevriezing van de poolkappen.
In 1571 vonden Spanjaarden rots afbeeldingen en zo’n 20 Nasca grafstenen die ergens tussen 500 voor en 500 na Chr. gemaakt zijn. Op deze stenen staan mensen met kunstledematen afgebeeld en
hersenoperaties en een soort stoomlocomotief. Op zo’n 500 stenen staan mensen met dino’s afgebeeld.
Dino’s staan afgebeeld in borduurwerk op grafkleden en in verf op aardewerken potten en getekend op de rotswanden van Acamboro in Mexico en als 56000 keramieken beeldjes in een huiskelder.
De Romeinen waren allang in Amerika geweest, voordat Columbus Amerika ontdekte, want in Arizona werd een Romeins zwaard gevonden met een dino erop.
Koning Salomo’s schepen voeren heen en weer naar Amerika, zoals vele bewijzen laten zien. En dit ging door tot het begin van de Middeleeuwen, 500 na Chr.
Van 1500 tot 1900 werd de route weer gevaren, waarbij wel 300 boeken geschreven werden met
verslagen over zeemonsters.
In 1848 zag kapitein M’Quhae van de Daedalus een monster van 18 m lang (60 feet)
De walvisvaarder Monongahela noemde een beest van 31 meter.
Kapitein Arthur Henri Roston (die bekend werd van de evacuatie na de Titanic-ramp) zag op 26 april 1907 vlakbij Ierland vanaf zijn schip Campania iets als een zeeslang.
In de 1e wereldoorlog zag een Duitse officier een zeemonster van zo’n 18 m. lang.
In 1900 werden bij Florida reuze inktvissen gezien van 60 m lengte en 4500 kilo. Een walvis die gevangen werd bij Seattle had zo’n inktvisarm in zijn maag.
Zijn dinosauriërs werkelijk uitgestorven?
Men kan niet bewijzen dat een organisme uitgestorven is zonder tegelijk kennis te hebben van elk deel
van het aardoppervlak. Experten werden in verlegenheid gebracht nadat zij bepaalde diersoorten uitgestorven verklaarden maar moesten ontdekken dat ze nog steeds leefden. Zo heeft men recentelijk olifanten ontdekt in Nepal die vele uiterlijke kenmerken vertonen van de mammoets.
Wetenschappers in Australië vonden levende bomen waarvan men dacht dat die samen met de dinosauriërs uitgestorven waren. Een wetenschapper zei: ‘… het was als het vinden van een “levende dinosaurus”’.
Wanneer wetenschappers dieren of planten vinden waarvan zij dachten dat die lang geleden uitgestorven waren, noemen zij die ‘levende fossielen’. Zo bestaan er honderden ‘levende fossielen’, en dat brengt hen die in miljoenen jaren aardse geschiedenis geloven erg in verlegenheid.
Door de watermassa van de vloed is de aardkorst in beweging gekomen, met vele vulkanische activiteiten en zelfs hele continenten die op drift raakten. Velen denken ook dat in die tijd de aardas kantelde waardoor de ijstijden ontstonden en een permanente bevriezing van de poolkappen.
Door de watermassa van de vloed is de aardkorst in beweging gekomen, met vele vulkanische activiteiten en zelfs hele continenten die op drift raakten.
Verkenners en autochtonen in Afrika hebben het zien van dinosauriër-achtige schepselen gerapporteerd,
zelfs recent. Deze dingen zijn gewoonlijk beperkt tot afgelegen plaatsen zoals meren die zich diep in de Congo-jungle bevinden. De beschrijvingen komen sterk overeen met dinosauriërs.
Grottekeningen van autochtone Amerikanen lijken dinosauriërs af te beelden - wetenschappers accepteren de mammoettekeningen in de grot, maar waarom niet die van dinosauriërs?
De evolutionaire indoctrinatie dat de mens niet in de tijd van de dinosauriërs leefde houdt de meeste wetenschappers tegen om zelfs maar te overwegen dat die tekeningen dinosauriërs afbeelden.
Het zou een creationist zeker niet in verlegenheid brengen wanneer iemand een levende dinosaurus zou
vinden in de jungle, maar voor een evolutionist zou dat erg hinderlijk zijn.
En nee, wij kunnen een dinosauriër niet klonen, zoals in de film Jurassic Park, zelfs al hadden we dinosaurus- DNA. Wij zouden ook een levende vrouwelijke dinosaurus nodig hebben. Wetenschappers
weten dat voor het klonen van een dier zij een ei van een levend wijfje nodig hebben, want de ‘machinerie’ in het cytoplasma van het ei is noodzakelijk opdat het nieuwe schepsel zich zou kunnen ontwikkelen.
Vogel-dinosauriërs?
Vele evolutionisten geloven eigenlijk niet echt dat dinosauriërs zijn uitgestorven! In 1997, aan de ingang
van een vogeltentoonstelling in de zoo van Cincinnati, Ohio, lazen wij het volgende op een bord:
‘Dinosaurs went extinct millions of years ago - or did they? No, birds are essentially modern shorttailed
feathered dinosaurs’.
In het midden van de jaren 1960 begon Dr. John Ostrom, van de Yale Universiteit, het idee te populariseren dat dinosauriërs evolueerden tot vogels. Maar niet alle evolutionisten zijn het daarmee eens.
‘Het is gewoon hun fantasie’ zegt Alan Feduccia, een ornitholoog aan de Universiteit van North Carolina
(Chapel Hill), en een vooraanstaand criticus van de dino-tot-vogel theorie: ‘They so much want to see living dinosaurs that now they think they can study them vicariously at the backyard bird feeder’.
Er werden vele pogingen ondernomen om het publiek te indoctrineren en hen te doen geloven dat moderne vogels dinosauriërs zijn. Time magazine van 26 april 1993, had een coverpagina met daarop een ‘birdosaur’ (‘vogeldinosaurus’), die Mononykus genoemd werd, met veren (een veronderstelde tussenvorm tussen dinosauriërs en vogels) gebaseerd op een fossielvondst dat geen veren had. In dezelfde maand had Science News een artikel dat erop wees dat dit eerder een gravend dier was, zoiets als een mol.
In 1996 berichtten kranten een vondst in China van een reptiel waarvan men veronderstelde dat het
veren had. Sommige mediaverslagen lieten blijken dat indien dit werd bevestigd, dit een ‘onweerlegbaar bewijs [zou zijn] dat hedendaagse vogels evolueerden van dinosauriërs’. Eén wetenschapper zei: ‘Men kan tot geen andere conclusie komen dan dat het veren zijn’.
Maar in 1997 zond de Academy of Natural Sciences in Philadelphia vier vooraanstaande wetenschappers om deze vondst te onderzoeken.
Zij besloten dat het geen veren waren. Het mediarapport stelde, met betrekking tot een van vde wetenschappers: ‘Hij zei dat hij “haar-achtige” structuren zag - geen haren - die een kraag of kam
kunnen hebben gesteund, zoals deze op iguana’s (leguanen)’.
Dit rapport was nog maar pas verschenen of er was al een ander mediarapport dat zei dat 20 beenderfragmenten van een reptiel waren gevonden in Zuid-Amerika die aantoonden dat dinosauriërs aan vogels verwant waren!
Verkenners en autochtonen in Afrika hebben het zien van dinosauriër-achtige schepselen gerapporteerd,
zelfs recent. Deze dingen zijn gewoonlijk beperkt tot afgelegen plaatsen zoals meren die zich diep in de Congo-jungle bevinden. De beschrijvingen komen sterk overeen met dinosauriërs.
Grottekeningen van autochtone Amerikanen lijken dinosauriërs af te beelden - wetenschappers accepteren de mammoettekeningen in de grot, maar waarom niet die van dinosauriërs?
De evolutionaire indoctrinatie dat de mens niet in de tijd van de dinosauriërs leefde houdt de meeste wetenschappers tegen om zelfs maar te overwegen dat die tekeningen dinosauriërs afbeelden.
Het zou een creationist zeker niet in verlegenheid brengen wanneer iemand een levende dinosaurus zou
vinden in de jungle, maar voor een evolutionist zou dat erg hinderlijk zijn.
En nee, wij kunnen een dinosauriër niet klonen, zoals in de film Jurassic Park, zelfs al hadden we dinosaurus- DNA. Wij zouden ook een levende vrouwelijke dinosaurus nodig hebben. Wetenschappers
weten dat voor het klonen van een dier zij een ei van een levend wijfje nodig hebben, want de ‘machinerie’ in het cytoplasma van het ei is noodzakelijk opdat het nieuwe schepsel zich zou kunnen ontwikkelen.
Vogel-dinosauriërs?
Vele evolutionisten geloven eigenlijk niet echt dat dinosauriërs zijn uitgestorven! In 1997, aan de ingang
van een vogeltentoonstelling in de zoo van Cincinnati, Ohio, lazen wij het volgende op een bord:
‘Dinosaurs went extinct millions of years ago - or did they? No, birds are essentially modern shorttailed
feathered dinosaurs’.
In het midden van de jaren 1960 begon Dr. John Ostrom, van de Yale Universiteit, het idee te populariseren dat dinosauriërs evolueerden tot vogels. Maar niet alle evolutionisten zijn het daarmee eens.
‘Het is gewoon hun fantasie’ zegt Alan Feduccia, een ornitholoog aan de Universiteit van North Carolina
(Chapel Hill), en een vooraanstaand criticus van de dino-tot-vogel theorie: ‘They so much want to see living dinosaurs that now they think they can study them vicariously at the backyard bird feeder’.
Er werden vele pogingen ondernomen om het publiek te indoctrineren en hen te doen geloven dat moderne vogels dinosauriërs zijn. Time magazine van 26 april 1993, had een coverpagina met daarop een ‘birdosaur’ (‘vogeldinosaurus’), die Mononykus genoemd werd, met veren (een veronderstelde tussenvorm tussen dinosauriërs en vogels) gebaseerd op een fossielvondst dat geen veren had. In dezelfde maand had Science News een artikel dat erop wees dat dit eerder een gravend dier was, zoiets als een mol.
In 1996 berichtten kranten een vondst in China van een reptiel waarvan men veronderstelde dat het
veren had. Sommige mediaverslagen lieten blijken dat indien dit werd bevestigd, dit een ‘onweerlegbaar bewijs [zou zijn] dat hedendaagse vogels evolueerden van dinosauriërs’. Eén wetenschapper zei: ‘Men kan tot geen andere conclusie komen dan dat het veren zijn’.
Maar in 1997 zond de Academy of Natural Sciences in Philadelphia vier vooraanstaande wetenschappers om deze vondst te onderzoeken.
Zij besloten dat het geen veren waren. Het mediarapport stelde, met betrekking tot een van vde wetenschappers: ‘Hij zei dat hij “haar-achtige” structuren zag - geen haren - die een kraag of kam
kunnen hebben gesteund, zoals deze op iguana’s (leguanen)’.
Dit rapport was nog maar pas verschenen of er was al een ander mediarapport dat zei dat 20 beenderfragmenten van een reptiel waren gevonden in Zuid-Amerika die aantoonden dat dinosauriërs aan vogels verwant waren!
In 1996 berichtten kranten een vondst in China van een reptiel waarvan men veronderstelde dat het veren had.
Vogels zijn warmbloedig en reptielen koudbloedig, maar evolutionisten, die geloven dat dinosauriërs tot vogels zijn geëvolueerd, zouden graag hebben dat dinosauriërs warmbloedig waren om hun eigen theorie te ondersteunen. Maar Dr. Larry Martin, van de Universiteit van Kansas staat dit idee
‘Recent onderzoek heeft aangetoond dat de microscopische structuur van dinosauriërbeenderen
“karakteristiek is voor koudbloedige dieren”, zei Martin. “We zijn dus terug bij koudbloedige dinosauriërs”’.
Het is spijtig dat de seculiere media zo schaamteloos zijn geworden in hun antichristelijke en pro-evolutionaire propaganda, dat zij belachelijke verklaringen doen zoals: ‘Papegaaien en kolibries zijn ook dinosauriërs’.
Verscheidene nieuwe rapporten hebben aanleiding gegeven tot verhevigde vogel/dino-debatten onder
evolutionisten. Eén gaat over het onderzoek naar de embryonische oorsprongen van de vingers/tenen
van vogels en dinosauriërs, waaruit blijkt dat vogels niet hebben kunnen evolueren uit dinosauriërs!
Een studie over de zogenaamde gevederde dinosauriër uit China liet blijken dat de dinosauriër een onderscheiden reptiellong en diafragma had, die duidelijk anders is dan de long van vogels.
Een ander verslag zei dat de gerafelde randen, die sommigen als ‘veren’ beschouwden op het Chinese fossiel, overeenkomen met collageenvezels die direct onder de kin gevonden worden bij zeeslangen.
Er bestaat geen geloofwaardig bewijs dat dinosauriërs evolueerden tot vogels.
Dinosauriërs zijn altijd dinosauriërs geweest en vogels altijd vogels!
Wat echter wanneer er een dinosaurusfossiel zou gevonden worden met veren? Zou dat bewijzen dat vogels evolueerden uit dinosauriërs? Neen, een eend heeft een eendensnavel en zwemvliezen, zoals een platypus 9), maar niemand gelooft dat dit bewijst dat platypussen evolueerden uit eenden.
Reptielschubben die op weg zijn om veren te worden (de overgangsvorm) zouden een indrukwekkend bewijs vormen voor het geloof dat reptielen (of dinosauriërs) evolueerden naar vogels, maar niet volledig gevormde veren. Een dinosauriërachtig fossiel met veren zou niets anders zijn dan weer een andere merkwaardig dier, zoals de platypus, en het zou deel uitmaken van het pakket overeenkomsten die voorkomen bij dieren, om daarmee de hand te tonen van de ene ware Schepper God die alles maakte.
Waarom is deze kwestie belangrijk?
Niettegenstaande dinosauriërs fascinerend zijn, zullen sommige lezers zeggen: ‘Waarom is die kwestie van de dinosauriërs zo belangrijk? Er zijn toch belangrijker dingen te bespreken in deze tijd, zoals abortus, echtscheiding, racisme, losbandigheid, oneerlijkheid, homoseksueel gedrag, euthanasie, zelfmoord, wetteloosheid, porno, enzovoorts.
In feite zouden wij de mensen moeten spreken over het Evangelie van Jezus Christus, zonder ons zorgen te maken over dinosauriërs!
Maar de leer van evolutionisten over dinosauriërs, die de maatschappij helemaal doordringt, heeft nu
eenmaal veel te maken met waarom vele mensen niet naar het Evangelie luisteren, en dus waarom de
sociale problemen, die we hier aanhaalden, zo overvloedig voorkomen in onze tijd.
Vogels zijn warmbloedig en reptielen koudbloedig, maar evolutionisten, die geloven dat dinosauriërs tot vogels zijn geëvolueerd, zouden graag hebben dat dinosauriërs warmbloedig waren om hun eigen theorie te ondersteunen. Maar Dr. Larry Martin, van de Universiteit van Kansas staat dit idee
‘Recent onderzoek heeft aangetoond dat de microscopische structuur van dinosauriërbeenderen
“karakteristiek is voor koudbloedige dieren”, zei Martin. “We zijn dus terug bij koudbloedige dinosauriërs”’.
Het is spijtig dat de seculiere media zo schaamteloos zijn geworden in hun antichristelijke en pro-evolutionaire propaganda, dat zij belachelijke verklaringen doen zoals: ‘Papegaaien en kolibries zijn ook dinosauriërs’.
Verscheidene nieuwe rapporten hebben aanleiding gegeven tot verhevigde vogel/dino-debatten onder
evolutionisten. Eén gaat over het onderzoek naar de embryonische oorsprongen van de vingers/tenen
van vogels en dinosauriërs, waaruit blijkt dat vogels niet hebben kunnen evolueren uit dinosauriërs!
Een studie over de zogenaamde gevederde dinosauriër uit China liet blijken dat de dinosauriër een onderscheiden reptiellong en diafragma had, die duidelijk anders is dan de long van vogels.
Een ander verslag zei dat de gerafelde randen, die sommigen als ‘veren’ beschouwden op het Chinese fossiel, overeenkomen met collageenvezels die direct onder de kin gevonden worden bij zeeslangen.
Er bestaat geen geloofwaardig bewijs dat dinosauriërs evolueerden tot vogels.
Dinosauriërs zijn altijd dinosauriërs geweest en vogels altijd vogels!
Wat echter wanneer er een dinosaurusfossiel zou gevonden worden met veren? Zou dat bewijzen dat vogels evolueerden uit dinosauriërs? Neen, een eend heeft een eendensnavel en zwemvliezen, zoals een platypus 9), maar niemand gelooft dat dit bewijst dat platypussen evolueerden uit eenden.
Reptielschubben die op weg zijn om veren te worden (de overgangsvorm) zouden een indrukwekkend bewijs vormen voor het geloof dat reptielen (of dinosauriërs) evolueerden naar vogels, maar niet volledig gevormde veren. Een dinosauriërachtig fossiel met veren zou niets anders zijn dan weer een andere merkwaardig dier, zoals de platypus, en het zou deel uitmaken van het pakket overeenkomsten die voorkomen bij dieren, om daarmee de hand te tonen van de ene ware Schepper God die alles maakte.
Waarom is deze kwestie belangrijk?
Niettegenstaande dinosauriërs fascinerend zijn, zullen sommige lezers zeggen: ‘Waarom is die kwestie van de dinosauriërs zo belangrijk? Er zijn toch belangrijker dingen te bespreken in deze tijd, zoals abortus, echtscheiding, racisme, losbandigheid, oneerlijkheid, homoseksueel gedrag, euthanasie, zelfmoord, wetteloosheid, porno, enzovoorts.
In feite zouden wij de mensen moeten spreken over het Evangelie van Jezus Christus, zonder ons zorgen te maken over dinosauriërs!
Maar de leer van evolutionisten over dinosauriërs, die de maatschappij helemaal doordringt, heeft nu
eenmaal veel te maken met waarom vele mensen niet naar het Evangelie luisteren, en dus waarom de
sociale problemen, die we hier aanhaalden, zo overvloedig voorkomen in onze tijd.
De leer van evolutionisten over dinosauriërs, die de maatschappij helemaal doordringt, heeft nu eenmaal veel te maken met waarom vele mensen niet naar het Evangelie luisteren, en waarom sociale problemen zo overvloedig voorkomen in onze tijd.
De implicaties.
Als we de evolutionistische leer accepteren over de dinosauriërs, dan moeten we gelijk ook aannemen dat het Bijbelse verslag van de historie vals is. Indien de Bijbel op dit gebied fout is, dan is het niet het
Woord van God, en dan kunnen we al het andere erin afwijzen wat ons niet aanstaat.
Indien alle dingen zichzelf maakten door natuurlijke processen - zonder God - dan zijn wij niet Gods
bezit en dan heeft Hij niet het recht om ons te zeggen hoe wij moeten leven. In die manier van denken
bestaat God dan eigenlijk niet meer, en zo is er dan ook geen absolute grond voor moraliteit. Zonder
God zijn alle concepten van goed en fout slechts een kwestie van opinie. En zonder een basis voor moraliteit bestaat er niet zoiets als zonde. En geen zonde betekent dat er geen goddelijk oordeel te vrezen valt en dat er ook geen behoefte is aan een Redder, Jezus Christus.
Miljoenen jaren en het Evangelie.
De leer dat dinosauriërs miljoenen jaren geleden leefden en stierven, vóór de mens op aarde verscheen,
betekent een aanval op de fundamenten van het Evangelie op een nog andere manier. Het fossielenbestand, waarvan dinosauriërs deel uitmaken, brengt dood, ziekte, lijden, wreedheid en brutaliteit in beeld. Het is een erg lelijk rapport.
Als wij die miljoenen jaren accepteren voor de fossiellagen, dan betekent dit dat wij aannemen dat dood, bloedvergieten, ziekte en lijden reeds bestonden vóór Adam zondigde. Maar de Bijbel maakt duidelijk dat bloedvergieten, ziekte en lijden de consequentie zijn van de zonde die in de wereld kwam. God waarschuwde Adam in Genesis 2:17 dat indien hij at van de ‘boom der kennis van goed en kwaad’ hij ‘de dood sterven’ zou.
In het Hebreeuws staat daar letterlijk: ‘sterven, gij zult sterven’. Met andere woorden: een onmiddellijke geestelijke dood, gevolgd door een proces van fysiek verval, dat tenslotte zou uitlopen in de lichamelijke dood.
Nadat Adam God ongehoorzaam was, kleedde God Adam en Eva met ‘rokken van vellen’ (Gen 3:21).
Om dat te kunnen doen moet Hij ten minste één dier gedood hebben (bloedstorting). De reden hiervoor
kan gevonden worden in Hebreeën 9:22: ‘En alle dingen worden bijna door bloed gereinigd naar de wet, en zonder bloedstorting geschiedt geen vergeving’.
God eiste bloedstorting voor de vergeving van zonden. Wat gebeurde in de Hof van Eden was een beeld van wat moest komen in Jezus Christus, Die Zijn bloed stortte aan het kruis als ‘het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt!’ (Johannes 1:29).
Nu, indien er bloedvergieten voorkwam vóór de zonde - wat zou gebeurd zijn als de Hof van Eden op een fossielenbestand lag van miljoenen jaren oude dode wezens - dan zou het fundament van de verzoening vernietigd zijn geweest.
De implicaties.
Als we de evolutionistische leer accepteren over de dinosauriërs, dan moeten we gelijk ook aannemen dat het Bijbelse verslag van de historie vals is. Indien de Bijbel op dit gebied fout is, dan is het niet het
Woord van God, en dan kunnen we al het andere erin afwijzen wat ons niet aanstaat.
Indien alle dingen zichzelf maakten door natuurlijke processen - zonder God - dan zijn wij niet Gods
bezit en dan heeft Hij niet het recht om ons te zeggen hoe wij moeten leven. In die manier van denken
bestaat God dan eigenlijk niet meer, en zo is er dan ook geen absolute grond voor moraliteit. Zonder
God zijn alle concepten van goed en fout slechts een kwestie van opinie. En zonder een basis voor moraliteit bestaat er niet zoiets als zonde. En geen zonde betekent dat er geen goddelijk oordeel te vrezen valt en dat er ook geen behoefte is aan een Redder, Jezus Christus.
Miljoenen jaren en het Evangelie.
De leer dat dinosauriërs miljoenen jaren geleden leefden en stierven, vóór de mens op aarde verscheen,
betekent een aanval op de fundamenten van het Evangelie op een nog andere manier. Het fossielenbestand, waarvan dinosauriërs deel uitmaken, brengt dood, ziekte, lijden, wreedheid en brutaliteit in beeld. Het is een erg lelijk rapport.
Als wij die miljoenen jaren accepteren voor de fossiellagen, dan betekent dit dat wij aannemen dat dood, bloedvergieten, ziekte en lijden reeds bestonden vóór Adam zondigde. Maar de Bijbel maakt duidelijk dat bloedvergieten, ziekte en lijden de consequentie zijn van de zonde die in de wereld kwam. God waarschuwde Adam in Genesis 2:17 dat indien hij at van de ‘boom der kennis van goed en kwaad’ hij ‘de dood sterven’ zou.
In het Hebreeuws staat daar letterlijk: ‘sterven, gij zult sterven’. Met andere woorden: een onmiddellijke geestelijke dood, gevolgd door een proces van fysiek verval, dat tenslotte zou uitlopen in de lichamelijke dood.
Nadat Adam God ongehoorzaam was, kleedde God Adam en Eva met ‘rokken van vellen’ (Gen 3:21).
Om dat te kunnen doen moet Hij ten minste één dier gedood hebben (bloedstorting). De reden hiervoor
kan gevonden worden in Hebreeën 9:22: ‘En alle dingen worden bijna door bloed gereinigd naar de wet, en zonder bloedstorting geschiedt geen vergeving’.
God eiste bloedstorting voor de vergeving van zonden. Wat gebeurde in de Hof van Eden was een beeld van wat moest komen in Jezus Christus, Die Zijn bloed stortte aan het kruis als ‘het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt!’ (Johannes 1:29).
Nu, indien er bloedvergieten voorkwam vóór de zonde - wat zou gebeurd zijn als de Hof van Eden op een fossielenbestand lag van miljoenen jaren oude dode wezens - dan zou het fundament van de verzoening vernietigd zijn geweest.
Jezus, de Zoon van God, vernederde zichzelf om de kruisdood te ondergaan om het zodoende mogelijk te maken dat ieder mens door Zijn bloedstorting eeuwig leven kon verwerven.
Romeinen 8 zegt dat de hele schepping ‘zucht’ als gevolg van de effecten van Adams val - er was geen ‘zuchten’ over lijden en dood voordat Adam zondigde. Jezus Christus leed onder fysiek lijden en dood en stortte zijn bloed omdat de dood de straf is op de zonde. Paulus bespreekt dit in detail in Romeinen 5 en 1 Corinthiërs 15.
Openbaring hoofdstukken 21 en 22 maken duidelijk dat er op een dag een ‘nieuwe hemel en een nieuwe aarde’ zullen komen, waar geen dood noch vloek meer zullen zijn - alles zal hersteld worden. Als er dieren zullen zijn op de nieuwe aarde, dan zullen die blijkbaar niet sterven, noch elkaar of mensen verscheuren!
Dus, de leer van miljoenen jaren van dood, ziekte en lijden vóór Adam zondigde is een directe aanslag
op het fundament van de boodschap van het Kruis.
Conclusie.
Als wij Gods Woord accepteren, te beginnen met Genesis, als zijnde waar en gezaghebbend, dan kunnen
wij de vraag over de dinosauriërs beantwoorden, en worden de waargenomen bewijzen rondom ons
duidelijk. Door dit te doen kunnen we mensen helpen in te zien dat Genesis absoluut betrouwbaar is, en
logisch verdedigbaar, en dat het is wat het beweert te zijn: het ware verslag van de geschiedenis van
mens en universum.
En wat iemand gelooft van het boek Genesis zal uiteindelijk bepalen wat men gelooft van de rest van
de Bijbel. Dit zal op zijn beurt invloed hebben op hoe een mens zichzelf ziet, en zijn medemensen, en
wat het leven eigenlijk is, inbegrepen hun behoefte aan redding
Slotconclusie.
Eén deel van de ware geschiedenis is het slechte nieuws van de rebellie van de eerste mensen, Adam en
Eva, tegen Gods gebod, hetgeen dood en lijden bracht, en afscheiding van God in deze wereld. We zien
de resultaten ervan overal om ons heen. Alle nakomelingen van Adam zijn zondig vanaf de conceptie
(Psalm 51:7) en zijn zo in de rebellie (zonde) gestapt. Zij kunnen daarom geen gemeenschap hebben
met een heilige God maar zijn ze veroordeeld tot afscheiding van Hem. De Bijbel zegt ‘Want zij hebben
allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods’ (Romeinen 3:23), en dat daarom allen ‘zullen tot
straf lijden het eeuwig verderf, [ver] van het aangezicht des Heeren, en [ver] van de heerlijkheid Zijner
sterkte’ (2 Thessalonicenzen 1:9).
Maar het goede nieuws is dat God daar iets aan gedaan heeft: “Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe” (Johannes 3:16).
Jezus Christus, de Schepper, alhoewel totaal zondeloos, leed, door toedoen van de mens, de straf die
stond op de zonde, dat is: dood en afscheiding van God. Hij deed dit om tegemoet te komen aan de eis
van de heiligheid en gerechtigheid van God, Zijn Vader. Jezus was het volmaakte offer. Hij stierf aan
een kruis, maar op de derde dag stond Hij op en overwon de dood, zodat allen die waarlijk in Hem geloven, en die berouw hebben van hun zonden en Hem vertrouwen, in staat zijn om terug te keren in de gemeenschap met God, en zij zullen in eeuwigheid met hun Schepper leven.
Daarom: ‘Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is alreeds veroordeeld,
omdat hij niet heeft geloofd in de Naam van de eniggeboren Zoon van God’ (Johannes 3:18).
De Bijbel zegt ook: ‘Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid’ (1 Johannes 1:9)
Wat een wonderlijke Redder - en wat een wonderlijke redding in Christus, onze Schepper!
Romeinen 8 zegt dat de hele schepping ‘zucht’ als gevolg van de effecten van Adams val - er was geen ‘zuchten’ over lijden en dood voordat Adam zondigde. Jezus Christus leed onder fysiek lijden en dood en stortte zijn bloed omdat de dood de straf is op de zonde. Paulus bespreekt dit in detail in Romeinen 5 en 1 Corinthiërs 15.
Openbaring hoofdstukken 21 en 22 maken duidelijk dat er op een dag een ‘nieuwe hemel en een nieuwe aarde’ zullen komen, waar geen dood noch vloek meer zullen zijn - alles zal hersteld worden. Als er dieren zullen zijn op de nieuwe aarde, dan zullen die blijkbaar niet sterven, noch elkaar of mensen verscheuren!
Dus, de leer van miljoenen jaren van dood, ziekte en lijden vóór Adam zondigde is een directe aanslag
op het fundament van de boodschap van het Kruis.
Conclusie.
Als wij Gods Woord accepteren, te beginnen met Genesis, als zijnde waar en gezaghebbend, dan kunnen
wij de vraag over de dinosauriërs beantwoorden, en worden de waargenomen bewijzen rondom ons
duidelijk. Door dit te doen kunnen we mensen helpen in te zien dat Genesis absoluut betrouwbaar is, en
logisch verdedigbaar, en dat het is wat het beweert te zijn: het ware verslag van de geschiedenis van
mens en universum.
En wat iemand gelooft van het boek Genesis zal uiteindelijk bepalen wat men gelooft van de rest van
de Bijbel. Dit zal op zijn beurt invloed hebben op hoe een mens zichzelf ziet, en zijn medemensen, en
wat het leven eigenlijk is, inbegrepen hun behoefte aan redding
Slotconclusie.
Eén deel van de ware geschiedenis is het slechte nieuws van de rebellie van de eerste mensen, Adam en
Eva, tegen Gods gebod, hetgeen dood en lijden bracht, en afscheiding van God in deze wereld. We zien
de resultaten ervan overal om ons heen. Alle nakomelingen van Adam zijn zondig vanaf de conceptie
(Psalm 51:7) en zijn zo in de rebellie (zonde) gestapt. Zij kunnen daarom geen gemeenschap hebben
met een heilige God maar zijn ze veroordeeld tot afscheiding van Hem. De Bijbel zegt ‘Want zij hebben
allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods’ (Romeinen 3:23), en dat daarom allen ‘zullen tot
straf lijden het eeuwig verderf, [ver] van het aangezicht des Heeren, en [ver] van de heerlijkheid Zijner
sterkte’ (2 Thessalonicenzen 1:9).
Maar het goede nieuws is dat God daar iets aan gedaan heeft: “Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe” (Johannes 3:16).
Jezus Christus, de Schepper, alhoewel totaal zondeloos, leed, door toedoen van de mens, de straf die
stond op de zonde, dat is: dood en afscheiding van God. Hij deed dit om tegemoet te komen aan de eis
van de heiligheid en gerechtigheid van God, Zijn Vader. Jezus was het volmaakte offer. Hij stierf aan
een kruis, maar op de derde dag stond Hij op en overwon de dood, zodat allen die waarlijk in Hem geloven, en die berouw hebben van hun zonden en Hem vertrouwen, in staat zijn om terug te keren in de gemeenschap met God, en zij zullen in eeuwigheid met hun Schepper leven.
Daarom: ‘Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is alreeds veroordeeld,
omdat hij niet heeft geloofd in de Naam van de eniggeboren Zoon van God’ (Johannes 3:18).
De Bijbel zegt ook: ‘Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid’ (1 Johannes 1:9)
Wat een wonderlijke Redder - en wat een wonderlijke redding in Christus, onze Schepper!
Jezus Christus is gelijk aan God.
Jezus Christus deed voortdurend dit soort bijzondere uitspraken:
Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door mij. (Johannes 14:6)
De Vader en ik zijn één. (Johannes 10:29)
Wie mij heeft gezien, heeft de Vader gezien. (Johannes 14:9)
Want zoals de Vader zelf de bron van leven is, zo is ook de Zoon bron van leven dankzij zijn Vader. (Johannes 5:26)
Ik ben het licht voor de wereld. Wie mij volgt, zal niet meer in het donker lopen, maar hij zal het licht bezitten dat leven geeft. (Johannes 8:12)
Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft. (Johannes 11:25)
Jezus past Gods naam toe op zichzelf.
Jezus Christus deed voortdurend dit soort bijzondere uitspraken:
Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door mij. (Johannes 14:6)
De Vader en ik zijn één. (Johannes 10:29)
Wie mij heeft gezien, heeft de Vader gezien. (Johannes 14:9)
Want zoals de Vader zelf de bron van leven is, zo is ook de Zoon bron van leven dankzij zijn Vader. (Johannes 5:26)
Ik ben het licht voor de wereld. Wie mij volgt, zal niet meer in het donker lopen, maar hij zal het licht bezitten dat leven geeft. (Johannes 8:12)
Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft. (Johannes 11:25)
Jezus past Gods naam toe op zichzelf.