In Bijbels Optiek
Bijbelstudie Matthéüs 24 : 32-41
Matt.24:32 en 33. “de les van de vijgenboom”
De betekenis van de vijgenboom.
Vijgen en sterren des hemels, beeld van Israël.
Dood en Opstanding van de vijgenboom in Mattheus.
Matt.24:32 en 33. “de les van de vijgenboom”
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt.24:33 :”Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”
Matt.24:32 en 33. “de les van de vijgenboom”
De betekenis van de vijgenboom.
Vijgen en sterren des hemels, beeld van Israël.
Dood en Opstanding van de vijgenboom in Mattheus.
Matt.24:32 en 33. “de les van de vijgenboom”
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt.24:33 :”Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”
In Bijbels Optiek
De vijgenboom is in de Bijbel een beeld van Israël.
Dit vers is een beeld van de stichting van de Joodse staat Israël. Waarom? Johannes vertelt het ons!
Joh.5:39:” Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben”. …
De betekenis van de vijgenboom.
De begintekst geeft al aan dat het nog maar de vraag is, of deze les van de Here Jezus slaat op de oprichting van de Joodse staat in onze dagen.
De vijgenboom is in de Bijbel heel vaak de uitbeelding van Israël. Ook vele andere Schriftplaatsen in de Bijbel, die spreken over de vijgenboom, spreken typologisch over Israël.
Hebben we daar een voorbeeld van?
Ps.105:33:” En Hij sloeg hun wijnstok en hun vijgeboom, en Hij brak het geboomte hunner landpalen”.
De wijnstok en de vijgenboom hebben hier typologische betekenis. Alleen maar een vreemde letterlijke betekenis, dat de Here wijnstokken en vijgenbomen breekt, zou iets te eenvoudig zijn. Vijgen worden of vergeleken met de Joden, dan wel met Israël. Er zijn vroege vijgen en latere vijgen. De vroege vijgen zijn de eerstelingen oost en daarmee de uitbeelding van de Gemeente (en daarbij behoren allen bij die Jezus als de Messias van Israël kennen!!), die eersten zijn. En als je als eerste geboren wordt, dan ben je de oudste van de kinderen. Dat is dan ook direct de betekenis van oudsten of bijvoorbeeld de 24 ouderlingen uit openbaring 4: eersteling. In Opb.6 waar we al een paar keer onderzoek hebben gedaan, lezen we ook over een vijgenboom.
Opb.6:13:” En de sterren des hemels vielen op de aarde, gelijk een vijgeboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, als hij van een groten wind geschud wordt”.
Vijgen en sterren des hemels, beeld van Israël.
Het bijzondere is dat dit vers twee waarheden in zich heeft. Namelijk het spreekt over de verduistering van de sterren, zoals we dat moeten verwachten vlak voor het “ver”schijnen van het teken van de Zoon des mensen aan de duistere hemel.
Aan de andere kant wordt hier gesproken over het “heir des hemels”, de sterren, die de uitbeelding zijn, volgens de droom van Jozef in Gen.37:9-10, van Israël. Dat de vijgenboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, maakt van deze gevallen vijgen, dat zij niet staande zijn gebleven in de dienst aan Yahweh, maar zijn afgevallen. In de Bijbelse profetie komen we namelijk vaak tegen dat Israël grotendeels in de afval terecht zou komen.
Dit vers is een beeld van de stichting van de Joodse staat Israël. Waarom? Johannes vertelt het ons!
Joh.5:39:” Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben”. …
De betekenis van de vijgenboom.
De begintekst geeft al aan dat het nog maar de vraag is, of deze les van de Here Jezus slaat op de oprichting van de Joodse staat in onze dagen.
De vijgenboom is in de Bijbel heel vaak de uitbeelding van Israël. Ook vele andere Schriftplaatsen in de Bijbel, die spreken over de vijgenboom, spreken typologisch over Israël.
Hebben we daar een voorbeeld van?
Ps.105:33:” En Hij sloeg hun wijnstok en hun vijgeboom, en Hij brak het geboomte hunner landpalen”.
De wijnstok en de vijgenboom hebben hier typologische betekenis. Alleen maar een vreemde letterlijke betekenis, dat de Here wijnstokken en vijgenbomen breekt, zou iets te eenvoudig zijn. Vijgen worden of vergeleken met de Joden, dan wel met Israël. Er zijn vroege vijgen en latere vijgen. De vroege vijgen zijn de eerstelingen oost en daarmee de uitbeelding van de Gemeente (en daarbij behoren allen bij die Jezus als de Messias van Israël kennen!!), die eersten zijn. En als je als eerste geboren wordt, dan ben je de oudste van de kinderen. Dat is dan ook direct de betekenis van oudsten of bijvoorbeeld de 24 ouderlingen uit openbaring 4: eersteling. In Opb.6 waar we al een paar keer onderzoek hebben gedaan, lezen we ook over een vijgenboom.
Opb.6:13:” En de sterren des hemels vielen op de aarde, gelijk een vijgeboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, als hij van een groten wind geschud wordt”.
Vijgen en sterren des hemels, beeld van Israël.
Het bijzondere is dat dit vers twee waarheden in zich heeft. Namelijk het spreekt over de verduistering van de sterren, zoals we dat moeten verwachten vlak voor het “ver”schijnen van het teken van de Zoon des mensen aan de duistere hemel.
Aan de andere kant wordt hier gesproken over het “heir des hemels”, de sterren, die de uitbeelding zijn, volgens de droom van Jozef in Gen.37:9-10, van Israël. Dat de vijgenboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, maakt van deze gevallen vijgen, dat zij niet staande zijn gebleven in de dienst aan Yahweh, maar zijn afgevallen. In de Bijbelse profetie komen we namelijk vaak tegen dat Israël grotendeels in de afval terecht zou komen.
In Bijbels Optiek
In de Bijbelse profetie komen we namelijk vaak tegen dat Israël grotendeels in de afval terecht zou komen.
Jes.34:4:” En al het heir der hemelen zal uitteren, en de hemelen zullen toegerold worden, gelijk een boek, en al hun heir zal afvallen, gelijk een blad van den wijnstok afvalt, en gelijk een vijg afvalt van den vijgeboom”.
Jer.5:23:” Maar dit volk heeft een afvallig en wederspannig hart; zij zijn afgevallen en heengegaan”.
Dan.8:12 :”En het heir werd in den afval overgegeven tegen het gedurig offer; en hij wierp de waarheid ter aarde; en deed het, en het gelukte wel”.
2 Thess.2:3:” Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs”.
De vijgen zijn dus een uitbeelding van Israël. En als de vijgen afvallen, is dat niet meer dan de vervulling van Bijbelse profetie. De vijgen horen geënt te zijn aan de vijgenboom. Maar dan is de Vijgenboom geschreven met een hoofdletter en slaat dat op de onderwerping van de vijgen aan de Boom des Levens. Of gewoon: Een gelovige, wedergeboren staat Israël, waar Christus Jezus de Koning is.
Daarom:
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis”.
Dood en Opstanding van de vijgenboom in Mattheus.
Deze vijgenboom is dus de uitbeelding van de gelovige staat Israël. En niet van de in 1948 opgerichte ongelovige staat Israël. De Wederkomst gaat plaatsvinden, juist OMDAT de Naam des Heeren aangeroepen wordt. Dan is het ongelovige volk tot bekering gekomen? Denk aan Ez.37, de profetie over de dal der dorre doodsbeenderen. Nadat Ezechiël voor de tweede keer profeteert, werden de graven geopend!
Wanneer ligt iemand in een graf? Als hij dood is. Wat is er dan gebeurt als het graf open gaat? Denk aan de Here Jezus “op de derde dag”… Men staat op uit de dood en dat is Wedergeboorte.
Goed, we hebben dit al doorgespit. Dus de gelijkenis van de vijgenboom, waar de Here nu over gaat spreken, is dus de wedergeboren Vijgenboom. Is er dan ook nog een gelijkenis van de niet-wedergeboren vijgenboom? Ja. En daar gaan we nu naar toe.
Jes.34:4:” En al het heir der hemelen zal uitteren, en de hemelen zullen toegerold worden, gelijk een boek, en al hun heir zal afvallen, gelijk een blad van den wijnstok afvalt, en gelijk een vijg afvalt van den vijgeboom”.
Jer.5:23:” Maar dit volk heeft een afvallig en wederspannig hart; zij zijn afgevallen en heengegaan”.
Dan.8:12 :”En het heir werd in den afval overgegeven tegen het gedurig offer; en hij wierp de waarheid ter aarde; en deed het, en het gelukte wel”.
2 Thess.2:3:” Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs”.
De vijgen zijn dus een uitbeelding van Israël. En als de vijgen afvallen, is dat niet meer dan de vervulling van Bijbelse profetie. De vijgen horen geënt te zijn aan de vijgenboom. Maar dan is de Vijgenboom geschreven met een hoofdletter en slaat dat op de onderwerping van de vijgen aan de Boom des Levens. Of gewoon: Een gelovige, wedergeboren staat Israël, waar Christus Jezus de Koning is.
Daarom:
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis”.
Dood en Opstanding van de vijgenboom in Mattheus.
Deze vijgenboom is dus de uitbeelding van de gelovige staat Israël. En niet van de in 1948 opgerichte ongelovige staat Israël. De Wederkomst gaat plaatsvinden, juist OMDAT de Naam des Heeren aangeroepen wordt. Dan is het ongelovige volk tot bekering gekomen? Denk aan Ez.37, de profetie over de dal der dorre doodsbeenderen. Nadat Ezechiël voor de tweede keer profeteert, werden de graven geopend!
Wanneer ligt iemand in een graf? Als hij dood is. Wat is er dan gebeurt als het graf open gaat? Denk aan de Here Jezus “op de derde dag”… Men staat op uit de dood en dat is Wedergeboorte.
Goed, we hebben dit al doorgespit. Dus de gelijkenis van de vijgenboom, waar de Here nu over gaat spreken, is dus de wedergeboren Vijgenboom. Is er dan ook nog een gelijkenis van de niet-wedergeboren vijgenboom? Ja. En daar gaan we nu naar toe.
In Bijbels Optiek
En toen Jezus een vijgenboom aan de weg zag staan, liep Hij ernaar toe en terwijl Hij er geen vrucht aan kon herkennen, maar alleen bladeren, zei Hij: Er zal aan jou geen vrucht meer groeien in eeuwigheid, en de boom verdorde direkt.
Matt.21:18:” En des morgens vroeg, als Hij wederkeerde naar de stad, hongerde Hem.
19 En ziende, een vijgeboom aan den weg, ging Hij naar hem toe, en vond niets aan denzelven, dan alleenlijk bladeren; en zeide tot hem: Uit u worde geen vrucht meer in der eeuwigheid! En de vijgeboom verdorde terstond.
20 En de discipelen, dat ziende, verwonderden zich, zeggende: Hoe is de vijgeboom zo terstond verdord?
21 Doch Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Voorwaar zeg Ik u: Indien gij geloof hadt, en niet twijfeldet, gij zoudt niet alleenlijk doen, hetgeen den vijgeboom is geschied; maar indien gij ook tot dezen berg zeidet: Word opgeheven en in de zee geworpen! het zou geschieden.
Deze vijgenboom beeld het ongelovige Joodse volk uit. Dat valt te concluderen. De discipelen vragen zich af “hoe kan die boom nu ineens verdorren, dan wel dood gaan?” En dan spreekt de Here Jezus over ons geloof. We moeten niet afvallen van het geloof, maar moeten juist ons geloof versterken. Deze gelijkenis gaat over een dode vijgenboom, die gelijk staat aan Ezechiëls eerst profetie over het dal der dorre doodsbeenderen. “maar er was geen geest in hen.” Ez.37:8
Van de wedergeboren Vijgenboom, die we nu gaan behandelen, daarvan sprak Ezechiël, in Ez.37:10 :”Toen kwam de geest in hen, en zij werden levend”.
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt.24:33:” Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”.
De zomer die nabij gekomen is, is het geopenbaarde Koninkrijk van God waar iedereen op wacht. Want zo verwoord Lukas dat:
Luk.21:31 :”Alzo ook gij, wanneer gij deze dingen zult zien geschieden, zo weet, dat het Koninkrijk Gods nabij is”.
Want de Koning is gekomen. Maar het land en de stad zijn nog verwoest en het land ligt nog bezaaid met lijken (Ez.39). De Here heeft nog steeds alle tijd hoor! Hij is immers lankmoedig over ons. En Hij vertraagt Zijn belofte niet, hoewel sommigen dat traagheid achten. Het opruimen van de lijken in het land, waar Zijn troon zal worden opgericht, namelijk te Jeruzalem, duurt zeven maanden. Dat gebeurt een heel zorgvuldig, dat zal echt niet in één dag klaar zijn.
Dus als men de wedergeboorte van Israël ziet, dan begint de vijgenboom weer bladeren uit te spruiten, die eerst verdord waren. Als je die dingen ziet gebeuren, ook al is Jeruzalem helemaal verwoest, dan moet je weten dat het Koninkrijk voor de deur staat. Dat is het begin van de 1000 jaren. Maar er moet nog veel gebeuren en daarvoor heeft de Here Jezus Christus zo’n 2000 jaren uitgetrokken, om een goed functionerend geheel te hebben, die met het Hoofd samen het Koninkrijk gaat openbaren en besturen, de Gemeente van Jezus Christus, waarvan Hij het Hoofd is.
Dus nog eens:
Matt 24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt 24:33:” Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”.
Matt.24:35 en 36 “die dag en die ure weet niemand”.
Matt.24:34 “Dit geslacht”.
Matt.24:34:” Voorwaar, Ik zeg u: Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, totdat al deze dingen zullen geschied zijn”.
Dit geslacht spreekt dus over de mensen die óók wedergeboren zullen worden in die dagen, voordat de 1000 jaren aanvangen. Want vanaf de 1000 jaren is het Koninkrijk definitief geopenbaard en kom je in dat Koninkrijk?
Joh.3:5 :”Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan. 7 …Gijlieden moet wederom geboren worden”.
Matt.21:18:” En des morgens vroeg, als Hij wederkeerde naar de stad, hongerde Hem.
19 En ziende, een vijgeboom aan den weg, ging Hij naar hem toe, en vond niets aan denzelven, dan alleenlijk bladeren; en zeide tot hem: Uit u worde geen vrucht meer in der eeuwigheid! En de vijgeboom verdorde terstond.
20 En de discipelen, dat ziende, verwonderden zich, zeggende: Hoe is de vijgeboom zo terstond verdord?
21 Doch Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Voorwaar zeg Ik u: Indien gij geloof hadt, en niet twijfeldet, gij zoudt niet alleenlijk doen, hetgeen den vijgeboom is geschied; maar indien gij ook tot dezen berg zeidet: Word opgeheven en in de zee geworpen! het zou geschieden.
Deze vijgenboom beeld het ongelovige Joodse volk uit. Dat valt te concluderen. De discipelen vragen zich af “hoe kan die boom nu ineens verdorren, dan wel dood gaan?” En dan spreekt de Here Jezus over ons geloof. We moeten niet afvallen van het geloof, maar moeten juist ons geloof versterken. Deze gelijkenis gaat over een dode vijgenboom, die gelijk staat aan Ezechiëls eerst profetie over het dal der dorre doodsbeenderen. “maar er was geen geest in hen.” Ez.37:8
Van de wedergeboren Vijgenboom, die we nu gaan behandelen, daarvan sprak Ezechiël, in Ez.37:10 :”Toen kwam de geest in hen, en zij werden levend”.
Matt.24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt.24:33:” Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”.
De zomer die nabij gekomen is, is het geopenbaarde Koninkrijk van God waar iedereen op wacht. Want zo verwoord Lukas dat:
Luk.21:31 :”Alzo ook gij, wanneer gij deze dingen zult zien geschieden, zo weet, dat het Koninkrijk Gods nabij is”.
Want de Koning is gekomen. Maar het land en de stad zijn nog verwoest en het land ligt nog bezaaid met lijken (Ez.39). De Here heeft nog steeds alle tijd hoor! Hij is immers lankmoedig over ons. En Hij vertraagt Zijn belofte niet, hoewel sommigen dat traagheid achten. Het opruimen van de lijken in het land, waar Zijn troon zal worden opgericht, namelijk te Jeruzalem, duurt zeven maanden. Dat gebeurt een heel zorgvuldig, dat zal echt niet in één dag klaar zijn.
Dus als men de wedergeboorte van Israël ziet, dan begint de vijgenboom weer bladeren uit te spruiten, die eerst verdord waren. Als je die dingen ziet gebeuren, ook al is Jeruzalem helemaal verwoest, dan moet je weten dat het Koninkrijk voor de deur staat. Dat is het begin van de 1000 jaren. Maar er moet nog veel gebeuren en daarvoor heeft de Here Jezus Christus zo’n 2000 jaren uitgetrokken, om een goed functionerend geheel te hebben, die met het Hoofd samen het Koninkrijk gaat openbaren en besturen, de Gemeente van Jezus Christus, waarvan Hij het Hoofd is.
Dus nog eens:
Matt 24:32:” En leert van den vijgeboom deze gelijkenis: wanneer zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is”.
Matt 24:33:” Alzo ook gijlieden, wanneer gij al deze dingen zult zien, zo weet, dat het nabij is, voor de deur”.
Matt.24:35 en 36 “die dag en die ure weet niemand”.
Matt.24:34 “Dit geslacht”.
Matt.24:34:” Voorwaar, Ik zeg u: Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, totdat al deze dingen zullen geschied zijn”.
Dit geslacht spreekt dus over de mensen die óók wedergeboren zullen worden in die dagen, voordat de 1000 jaren aanvangen. Want vanaf de 1000 jaren is het Koninkrijk definitief geopenbaard en kom je in dat Koninkrijk?
Joh.3:5 :”Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan. 7 …Gijlieden moet wederom geboren worden”.
In Bijbels Optiek
De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan.
Dat geslacht dat geenszins voorbij zal gaan, slaat op de mensen die wedergeboren worden na de 70ste week en voor de aanvang van de 1000 jaren. Nogmaals, de Here heeft geen haast, Hij is al de Koning al sinds Zijn Opstanding uit de dood! Zij zullen dus per definitie het Koninkrijk ingaan. En zullen dus volgens vers 34 blijven leven wanneer al deze dingen zullen geschied zijn.
Welke dingen zijn dat dan? Ik denk gewoon die uit het volgende vers:
Matt.24:35:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Dus, het voorbijgaan slaat op de hemel en de aarde. Dit houdt in dat “dit geslacht” een verandering in het DNA ontvangt waardoor de mensen weer honderden jaren oud kunnen worden. Want dat is exact wat we straks zullen lezen:
De dagen van Noach (de leeftijden van die tijd) van vóór de zondvloed zullen gelijk zijn aan de dagen na Parousia (verschijning) van de Zoon des mensen (vers 37 en 38).
Denk bijvoorbeeld aan Methusalach, Gen 5:27, hij werd 969 jaar, “…en hij stierf”. Maar ook in de 1000 jaren zal men kunnen sterven. Dat lezen we bijvoorbeeld in Jesaja 65.
Jes.65:20:” Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van weinig dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen”.
Dit is de uitgangspositie van de mens in het geopenbaarde Koninkrijk, namelijk vanaf het begin van de duizend jaren. Dat betekent hetzelfde als Matt.24 over het geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Maar dan lezen we door:
“want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden”.
want een jongeling zal sterven - honderd jaren oud zijnde
en
maar een zondaar, zal vervloekt worden - honderd jaren oud zijnde
en
sterven = vervloekt worden.
Als Metusalach bijna 1000 jaar werd (en eenzelfde soort situatie ontstaat in de duizend jaren), dan is een honderdjarige een jongeling. Dat is een tiende van zijn hele leven om het zo maar te zeggen. In onze dagen hebben we het dan over een kind van 7 tot 10 jaar.
De reden waarom men toch kan sterven in het Koninkrijk, is omdat men vervloekt kan worden. Waarom wordt men dan vervloekt? Omdat men een zondaar is, want hoewel de satan gebonden is, is de zonde nog altijd in de aardse mens aanwezig. U weet toch dat vlees en bloed van deze aarde, nog altijd géén deel uit maken van die Nieuwe Schepping waar iedereen op wacht? Deze zonde, van de 100 jarige zondaar, is dan ook niet zomaar een zonde, het is ongeloof.
Maar er leefden toch alleen wedergeboren mensen in de 1000 jaren? Ja, bij de aanvang van de 1000 jaren wél. Maar u moet begrijpen dat zij net zulke mensen zijn als wij en dus ook een gezin zullen stichten. En ook hun kinderen zullen zelf een bewuste keuze voor de Koning moeten maken en wedergeboren moeten worden, willen zij blijven leven en niet sterven.
Matt.24:35 en 36 “die dag en die ure weet niemand”.
Matt.24:35:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Matt.24:36:” Doch van dien dag en die ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan Mijn Vader alleen”.
Heel veel gelovigen, christenen, lezen in vers 36 allerlei dingen die er niet staan. Zo gaat dit vers al helemaal niet over de Opname van de Gemeente. We zijn het niet eens tegengekomen in alle voorgaande verzen en het gaat ook niet over de Wederkomst van Christus.
Dat geslacht dat geenszins voorbij zal gaan, slaat op de mensen die wedergeboren worden na de 70ste week en voor de aanvang van de 1000 jaren. Nogmaals, de Here heeft geen haast, Hij is al de Koning al sinds Zijn Opstanding uit de dood! Zij zullen dus per definitie het Koninkrijk ingaan. En zullen dus volgens vers 34 blijven leven wanneer al deze dingen zullen geschied zijn.
Welke dingen zijn dat dan? Ik denk gewoon die uit het volgende vers:
Matt.24:35:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Dus, het voorbijgaan slaat op de hemel en de aarde. Dit houdt in dat “dit geslacht” een verandering in het DNA ontvangt waardoor de mensen weer honderden jaren oud kunnen worden. Want dat is exact wat we straks zullen lezen:
De dagen van Noach (de leeftijden van die tijd) van vóór de zondvloed zullen gelijk zijn aan de dagen na Parousia (verschijning) van de Zoon des mensen (vers 37 en 38).
Denk bijvoorbeeld aan Methusalach, Gen 5:27, hij werd 969 jaar, “…en hij stierf”. Maar ook in de 1000 jaren zal men kunnen sterven. Dat lezen we bijvoorbeeld in Jesaja 65.
Jes.65:20:” Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van weinig dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen”.
Dit is de uitgangspositie van de mens in het geopenbaarde Koninkrijk, namelijk vanaf het begin van de duizend jaren. Dat betekent hetzelfde als Matt.24 over het geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Maar dan lezen we door:
“want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden”.
want een jongeling zal sterven - honderd jaren oud zijnde
en
maar een zondaar, zal vervloekt worden - honderd jaren oud zijnde
en
sterven = vervloekt worden.
Als Metusalach bijna 1000 jaar werd (en eenzelfde soort situatie ontstaat in de duizend jaren), dan is een honderdjarige een jongeling. Dat is een tiende van zijn hele leven om het zo maar te zeggen. In onze dagen hebben we het dan over een kind van 7 tot 10 jaar.
De reden waarom men toch kan sterven in het Koninkrijk, is omdat men vervloekt kan worden. Waarom wordt men dan vervloekt? Omdat men een zondaar is, want hoewel de satan gebonden is, is de zonde nog altijd in de aardse mens aanwezig. U weet toch dat vlees en bloed van deze aarde, nog altijd géén deel uit maken van die Nieuwe Schepping waar iedereen op wacht? Deze zonde, van de 100 jarige zondaar, is dan ook niet zomaar een zonde, het is ongeloof.
Maar er leefden toch alleen wedergeboren mensen in de 1000 jaren? Ja, bij de aanvang van de 1000 jaren wél. Maar u moet begrijpen dat zij net zulke mensen zijn als wij en dus ook een gezin zullen stichten. En ook hun kinderen zullen zelf een bewuste keuze voor de Koning moeten maken en wedergeboren moeten worden, willen zij blijven leven en niet sterven.
Matt.24:35 en 36 “die dag en die ure weet niemand”.
Matt.24:35:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Matt.24:36:” Doch van dien dag en die ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan Mijn Vader alleen”.
Heel veel gelovigen, christenen, lezen in vers 36 allerlei dingen die er niet staan. Zo gaat dit vers al helemaal niet over de Opname van de Gemeente. We zijn het niet eens tegengekomen in alle voorgaande verzen en het gaat ook niet over de Wederkomst van Christus.
In Bijbels Optiek
Vaak worden Bijbelteksten totaal uit elkaar gerukt om het lezen van de tekst gemakkelijker te maken, echter ze veroorzaken dan ook veel verwarring.
In de meeste Bijbels staat er een perikoop tussen vers 35 en 36. En dat is jammer, omdat het dan net lijkt of die twee verzen niets met elkaar van doen hebben. Een perikoop is een korte titel dat boven een stukje tekst wordt gezet om gemakkelijk bepaalde stukken terug te vinden.
Nee, het is heel eenvoudig. Van die dag en ure, slaat gewoon op het voorbijgaan van hemel en aarde. Moeilijker is dat niet. Maar op de een of andere reden heeft men de behoefte om hier allemaal dingen in te leggen, die er simpelweg niet staan. En dan zijn er ook nog mensen die moeilijkheden hebben met de paralleltekst uit Mark.13. Dan leggen we die gewoon naast dit vers.
Noch de Zoon, dan de Vader
Mark.13:31:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan; maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Mark.13:32:” Maar van dien dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in den hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader”.
Dit lijkt heel verwarrend, omdat de Zoon het niet weet, maar de Vader weer wel. Mag de Zoon het dan niet weten? Hebben ze geheimen voor elkaar en zo ja, waarom dan?
Het is eenvoudiger dan u denkt.
Eerder in deze studie stelden we dat dit hoofdstuk zich afspeelt vóór de dood en Opstanding van onze Heer. Daarmee is gezegd, dat Jezus hier nog niet de Christus is en dus ook nog niet de Zoon van God. Want de titel “Zoon van God”, kreeg Hij op grond van Zijn Opstanding uit de dood (Hand.13:33, Hebr.1:5; 5:5). Zijn aanspreektitel is dus: Here Jezus.”
In de meeste Bijbels staat er een perikoop tussen vers 35 en 36. En dat is jammer, omdat het dan net lijkt of die twee verzen niets met elkaar van doen hebben. Een perikoop is een korte titel dat boven een stukje tekst wordt gezet om gemakkelijk bepaalde stukken terug te vinden.
Nee, het is heel eenvoudig. Van die dag en ure, slaat gewoon op het voorbijgaan van hemel en aarde. Moeilijker is dat niet. Maar op de een of andere reden heeft men de behoefte om hier allemaal dingen in te leggen, die er simpelweg niet staan. En dan zijn er ook nog mensen die moeilijkheden hebben met de paralleltekst uit Mark.13. Dan leggen we die gewoon naast dit vers.
Noch de Zoon, dan de Vader
Mark.13:31:” De hemel en de aarde zullen voorbijgaan; maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan”.
Mark.13:32:” Maar van dien dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in den hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader”.
Dit lijkt heel verwarrend, omdat de Zoon het niet weet, maar de Vader weer wel. Mag de Zoon het dan niet weten? Hebben ze geheimen voor elkaar en zo ja, waarom dan?
Het is eenvoudiger dan u denkt.
Eerder in deze studie stelden we dat dit hoofdstuk zich afspeelt vóór de dood en Opstanding van onze Heer. Daarmee is gezegd, dat Jezus hier nog niet de Christus is en dus ook nog niet de Zoon van God. Want de titel “Zoon van God”, kreeg Hij op grond van Zijn Opstanding uit de dood (Hand.13:33, Hebr.1:5; 5:5). Zijn aanspreektitel is dus: Here Jezus.”
In Bijbels Optiek
Bij de doop in de Jordaan gebeurt het volgende. En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in wie Ik Mijn welbehagen heb!
Zelfs de Vader, noemt de Here Jezus vóór Zijn Opstanding al Zijn Zoon, terwijl Hij dat toen officieel nog niet was, bijvoorbeeld bij de doop van de Here in de rivier de Jordaan.
Matt.3:17:” En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb!”
Was de Here Jezus toen officieel de Zoon van God? Ja en Nee. Hij was toen al de Zoon van God, omdat Hij van Vaders zijde God was en van moeders zijde mens. Maar dat is een heel ander niveau dan de titel “de Zoon van God”, dat alleen maar geërfd kan worden door als zoon aangesteld te worden. De Here Jezus was dus wel de enige pretendent om de titel “Zoon van God” te dragen. Leest u maar eens Handelingen hfdst.13, Hebreeën hfdst.1 en 5 maar door. Dan gaat u veel hiervan begrijpen. Daar vindt u in Hebr.5 het volgende:
Hebr.5:7:” Die in de dagen Zijns vleses, gebeden en smekingen tot Dengene, Die Hem uit den dood kon verlossen, met sterke roeping en tranen geofferd hebbende, en verhoord zijnde uit de vreze”.
Hebr.5:8:” Hoewel Hij de Zoon was, nochtans gehoorzaamheid geleerd heeft, uit hetgeen Hij heeft geleden”.
Hebr.5:9:” En geheiligd zijnde, is Hij allen, die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid geworden”.
En toen de Here Jezus opstond uit de dood, ontving Hij alle te erven titels die u in de Bijbel kunt vinden; zoals daar zijn:
1. Zoon van God
2. Hogepriester naar de ordening van Melchizedek
3. Zoon des mensen
4. Zoon van David
Die titels gingen van Vader op Zoon, om het zomaar te zeggen, toen de Vader deze woorden sprak bij de Opstanding uit de dood van Zijn Zoon.
“Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd”.
Mark.13:32:” Maar van dien dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in den hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader”.
Dit slaat dus op Zijn mens-zijn, uit de aarde, aards (1 Cor.15), dat lager was, voor een korte tijd, beneden de engelen (Hebr.2:7).
En in die hoedanigheid moeten we begrijpen dat Hij het niet kon weten. Want na Zijn opstanding uit de dood blijkt uit de Bijbel wel degelijk dat Hij alles weet. Zo ook als Hij aan Petrus verschijnt.
Joh.21:17:” Hij zeide tot hem ten derden maal: Simon, zoon van Jonas, hebt gij Mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat Hij ten derden maal tot hem zeide: Hebt gij Mij lief, en zeide tot Hem: Heere! Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb. Jezus zeide tot hem: Weid Mijn schapen”.
Zelfs de Vader, noemt de Here Jezus vóór Zijn Opstanding al Zijn Zoon, terwijl Hij dat toen officieel nog niet was, bijvoorbeeld bij de doop van de Here in de rivier de Jordaan.
Matt.3:17:” En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb!”
Was de Here Jezus toen officieel de Zoon van God? Ja en Nee. Hij was toen al de Zoon van God, omdat Hij van Vaders zijde God was en van moeders zijde mens. Maar dat is een heel ander niveau dan de titel “de Zoon van God”, dat alleen maar geërfd kan worden door als zoon aangesteld te worden. De Here Jezus was dus wel de enige pretendent om de titel “Zoon van God” te dragen. Leest u maar eens Handelingen hfdst.13, Hebreeën hfdst.1 en 5 maar door. Dan gaat u veel hiervan begrijpen. Daar vindt u in Hebr.5 het volgende:
Hebr.5:7:” Die in de dagen Zijns vleses, gebeden en smekingen tot Dengene, Die Hem uit den dood kon verlossen, met sterke roeping en tranen geofferd hebbende, en verhoord zijnde uit de vreze”.
Hebr.5:8:” Hoewel Hij de Zoon was, nochtans gehoorzaamheid geleerd heeft, uit hetgeen Hij heeft geleden”.
Hebr.5:9:” En geheiligd zijnde, is Hij allen, die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid geworden”.
En toen de Here Jezus opstond uit de dood, ontving Hij alle te erven titels die u in de Bijbel kunt vinden; zoals daar zijn:
1. Zoon van God
2. Hogepriester naar de ordening van Melchizedek
3. Zoon des mensen
4. Zoon van David
Die titels gingen van Vader op Zoon, om het zomaar te zeggen, toen de Vader deze woorden sprak bij de Opstanding uit de dood van Zijn Zoon.
“Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd”.
Mark.13:32:” Maar van dien dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in den hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader”.
Dit slaat dus op Zijn mens-zijn, uit de aarde, aards (1 Cor.15), dat lager was, voor een korte tijd, beneden de engelen (Hebr.2:7).
En in die hoedanigheid moeten we begrijpen dat Hij het niet kon weten. Want na Zijn opstanding uit de dood blijkt uit de Bijbel wel degelijk dat Hij alles weet. Zo ook als Hij aan Petrus verschijnt.
Joh.21:17:” Hij zeide tot hem ten derden maal: Simon, zoon van Jonas, hebt gij Mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat Hij ten derden maal tot hem zeide: Hebt gij Mij lief, en zeide tot Hem: Heere! Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb. Jezus zeide tot hem: Weid Mijn schapen”.
In Bijbels Optiek
Bij de verschijning aan de discipelen aan het meer van Galilea, toen de wonderbare visvangst plaatsvond, bleek in het gesprek met Petrus dat de Here Jezus alles weet.
Dat hebben ze in de Kanttekeningen van de Statenvertaling ook goed begrepen. Men geeft daar in Marc. 13: 31 een nadere verklaring over Jezus’ onwetendheid voor Zijn dood en opstanding in het zinsdeel “noch de Zoon”. Namelijk naar Zijn menselijke natuur en in den staat Zijner nederigheid kende Jezus wel Zijn afkomst, want naar Zijn godheid weet Hij alle dingen, Joh. 21:17, maar na Zijn verhoging is Hem ‘het boek der voorzienigheid Gods, met zeven zegelen verzegeld’, nader geopend, Openb. 5:5,7,9.
Matt.24:37 – 39 “gelijk de dagen van Noach”.
- Gelijk aan de toekomst van de Zoon des mensen.
- De eerste overeenkomst.
- De bezigheden in de dagen van Noach.
- Trouwende en ten huwelijk uitgevende in de dagen van Noach.
- DNA verandering.
- Matt.24:40 “Arrestatie en vergeving”.
Dat hebben ze in de Kanttekeningen van de Statenvertaling ook goed begrepen. Men geeft daar in Marc. 13: 31 een nadere verklaring over Jezus’ onwetendheid voor Zijn dood en opstanding in het zinsdeel “noch de Zoon”. Namelijk naar Zijn menselijke natuur en in den staat Zijner nederigheid kende Jezus wel Zijn afkomst, want naar Zijn godheid weet Hij alle dingen, Joh. 21:17, maar na Zijn verhoging is Hem ‘het boek der voorzienigheid Gods, met zeven zegelen verzegeld’, nader geopend, Openb. 5:5,7,9.
Matt.24:37 – 39 “gelijk de dagen van Noach”.
- Gelijk aan de toekomst van de Zoon des mensen.
- De eerste overeenkomst.
- De bezigheden in de dagen van Noach.
- Trouwende en ten huwelijk uitgevende in de dagen van Noach.
- DNA verandering.
- Matt.24:40 “Arrestatie en vergeving”.
In Bijbels Optiek
Het zal tegen de tijd dat de Here Jezus terugkomt net zo zijn als in de dagen van Noach, de grote meerderheid van de mensheid heeft niet door dat er een andere tijdsfase zal aanbreken.
Matt.24:37:” En gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Gelijk aan de toekomst van de Zoon des mensen.
Om maar direct van wal te steken, hier wordt ons een overeenkomst voorgesteld. De tijd voor de komst van de Zoon des mensen heeft veel gelijkenis met de situatie van Noachs dagen, ten tijde van voor de zondvloed. We kunnen spreken van een gelijkenis op verschillende manieren.
De “toekomst” die hier wordt genoemd, is de vertaling van het Griekse woord “parousia”, dat presentie en aanwezigheid betekent. Wanneer mogen we dan spreken over Jezus Christus’ Parousia? Zijn aanwezigheid begint vanaf de wederkomst van de Here. Want vanaf dan zal Hij zichtbaar zijn voor de wereld.
Dat lezen we als volgt:
Matt.24:30 :”… en zullen den Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels…”
Opb.1:7:” Ziet, Hij komt met de wolken en alle oog zal Hem zien, ook degenen, die Hem doorstoken hebben…”
Dus vanaf de Wederkomst, dat de Here zichtbaar verschijnt, namelijk Zich openbaart, zal Hij gezien worden. Vanaf dat moment is Hij present / aanwezig. Dat betekent dus tegelijkertijd dat vanaf dan ook de gelijkenis opgaat met “de dagen van Noach”.
De eerste overeenkomst.
Noach kennen de meeste mensen wel. Noach is zelfs bekend bij niet-gelovigen. Daar staan we verder niet bij stil. Wat wel de moeite waard is te vermelden, omdat de Here Jezus er Zelf waarde aan hecht en het dus expliciet vermeld, is dat “Noach de ark in ging”, vers 38. Dit in tegenstelling tot de rest van de mensheid, die door de watervloed “hen allen wegnam”.
De reden dat Noach gespaard werd, omschrijft de Bijbel als volgt:
Gen.6:9 :”…. Noach was een rechtvaardig, oprecht man … Noach wandelde met God.
Gen.7:1 Daarna zeide de Heere tot Noach: Ga gij, en uw ganse huis in de ark; want u heb Ik gezien rechtvaardig voor Mijn aangezicht in dit geslacht”.
Hebr.11:7:” Door het geloof heeft Noach, …, de ark toebereid tot behoudenis van zijn huisgezin; door welke ark hij de wereld heeft veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid, die naar het geloof is”.
Noach was rechtvaardig in de ogen van God en wandelde met God, lezen we in Genesis. Hebreeën vertelt ons dat dit komt door het geloof. Op grond van Noachs geloof in de Here God werd niet alleen hij, maar ook zijn familie gered. De redding was het ingaan in de ark. Die ark mocht Noach ingaan op grond van zijn geloof.
Matt.24:37:” En gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Gelijk aan de toekomst van de Zoon des mensen.
Om maar direct van wal te steken, hier wordt ons een overeenkomst voorgesteld. De tijd voor de komst van de Zoon des mensen heeft veel gelijkenis met de situatie van Noachs dagen, ten tijde van voor de zondvloed. We kunnen spreken van een gelijkenis op verschillende manieren.
De “toekomst” die hier wordt genoemd, is de vertaling van het Griekse woord “parousia”, dat presentie en aanwezigheid betekent. Wanneer mogen we dan spreken over Jezus Christus’ Parousia? Zijn aanwezigheid begint vanaf de wederkomst van de Here. Want vanaf dan zal Hij zichtbaar zijn voor de wereld.
Dat lezen we als volgt:
Matt.24:30 :”… en zullen den Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels…”
Opb.1:7:” Ziet, Hij komt met de wolken en alle oog zal Hem zien, ook degenen, die Hem doorstoken hebben…”
Dus vanaf de Wederkomst, dat de Here zichtbaar verschijnt, namelijk Zich openbaart, zal Hij gezien worden. Vanaf dat moment is Hij present / aanwezig. Dat betekent dus tegelijkertijd dat vanaf dan ook de gelijkenis opgaat met “de dagen van Noach”.
De eerste overeenkomst.
Noach kennen de meeste mensen wel. Noach is zelfs bekend bij niet-gelovigen. Daar staan we verder niet bij stil. Wat wel de moeite waard is te vermelden, omdat de Here Jezus er Zelf waarde aan hecht en het dus expliciet vermeld, is dat “Noach de ark in ging”, vers 38. Dit in tegenstelling tot de rest van de mensheid, die door de watervloed “hen allen wegnam”.
De reden dat Noach gespaard werd, omschrijft de Bijbel als volgt:
Gen.6:9 :”…. Noach was een rechtvaardig, oprecht man … Noach wandelde met God.
Gen.7:1 Daarna zeide de Heere tot Noach: Ga gij, en uw ganse huis in de ark; want u heb Ik gezien rechtvaardig voor Mijn aangezicht in dit geslacht”.
Hebr.11:7:” Door het geloof heeft Noach, …, de ark toebereid tot behoudenis van zijn huisgezin; door welke ark hij de wereld heeft veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid, die naar het geloof is”.
Noach was rechtvaardig in de ogen van God en wandelde met God, lezen we in Genesis. Hebreeën vertelt ons dat dit komt door het geloof. Op grond van Noachs geloof in de Here God werd niet alleen hij, maar ook zijn familie gered. De redding was het ingaan in de ark. Die ark mocht Noach ingaan op grond van zijn geloof.
In Bijbels Optiek
De ark is de uitbeelding van het geopenbaarde Koninkrijk Gods bij de aanvang van de 1000 jaren, als de satan gebonden zal zijn.
Goed, bij de Wederkomst van de Here Jezus Christus komt er een zelfde soort oordeel over de gehele mensheid, zoals we hiervoor lazen. Voor de mensheid is er ook dan een ark waar men zou moeten ingaan, om te ontkomen aan het oordeel van God. Waar staat die houten boot dan? Die staat nergens. De toekomstige ark is ergens een uitbeelding van. De ark is de uitbeelding van het geopenbaarde Koninkrijk Gods bij de aanvang van de 1000 jaren, als de satan gebonden zal zijn. Want hoe komt men dat Koninkrijk ook al weer binnen?
Joh.3:5:” Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan. […] 7 Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden”.
Alleen door wedergeboorte komt men in het Koninkrijk Gods. En aangezien de aanwezigheid van de Zoon des mensen doorloopt tot voorbij de 1000 jaren, zal men dus ook dan wederom geboren moeten worden om de ark in te kunnen en zo te kunnen ontkomen aan het oordeel van God. Want…
Hebr.10:31:” Vreselijk is het te vallen in de handen des levenden Gods”.
Met andere woorden, de Here Jezus spreekt hier over het aanbreken van de 1000 jaren. Hoelang het duurt om het Koninkrijk der hemelen te openbaren op aarde, wordt ons niet gemeld en is ook ondergeschikt in Jezus’ betoog.
De Here Jezus vertelt vanaf hier over de zaken die antwoord geven op de vraag van de discipelen: “en welk zal het teken zijn van Uw toekomst” (Matt.24:3).
De gelijkenis van de dagen van Noach, is het teken van Zijn toekomst. Een teken is namelijk de uitbeelding van iets. Een teken stelt iets voor en dat lezen we hier terug. Maar er staat meer in deze drie verzen.
De bezigheden in de dagen van Noach.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
De Here Jezus spreekt niet zomaar deze woorden uit. Alleen al dat het moeilijk leest, zou onze aandacht reeds moeten trekken. We zouden ons af moeten vragen, is dit gewoon een voorstelling van de dagelijkse gang van zaken in de dagen van Noach, of is dit ook een teken? En als het een teken is, waar is dit dan de uitbeelding van?
Goed, bij de Wederkomst van de Here Jezus Christus komt er een zelfde soort oordeel over de gehele mensheid, zoals we hiervoor lazen. Voor de mensheid is er ook dan een ark waar men zou moeten ingaan, om te ontkomen aan het oordeel van God. Waar staat die houten boot dan? Die staat nergens. De toekomstige ark is ergens een uitbeelding van. De ark is de uitbeelding van het geopenbaarde Koninkrijk Gods bij de aanvang van de 1000 jaren, als de satan gebonden zal zijn. Want hoe komt men dat Koninkrijk ook al weer binnen?
Joh.3:5:” Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan. […] 7 Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden”.
Alleen door wedergeboorte komt men in het Koninkrijk Gods. En aangezien de aanwezigheid van de Zoon des mensen doorloopt tot voorbij de 1000 jaren, zal men dus ook dan wederom geboren moeten worden om de ark in te kunnen en zo te kunnen ontkomen aan het oordeel van God. Want…
Hebr.10:31:” Vreselijk is het te vallen in de handen des levenden Gods”.
Met andere woorden, de Here Jezus spreekt hier over het aanbreken van de 1000 jaren. Hoelang het duurt om het Koninkrijk der hemelen te openbaren op aarde, wordt ons niet gemeld en is ook ondergeschikt in Jezus’ betoog.
De Here Jezus vertelt vanaf hier over de zaken die antwoord geven op de vraag van de discipelen: “en welk zal het teken zijn van Uw toekomst” (Matt.24:3).
De gelijkenis van de dagen van Noach, is het teken van Zijn toekomst. Een teken is namelijk de uitbeelding van iets. Een teken stelt iets voor en dat lezen we hier terug. Maar er staat meer in deze drie verzen.
De bezigheden in de dagen van Noach.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
De Here Jezus spreekt niet zomaar deze woorden uit. Alleen al dat het moeilijk leest, zou onze aandacht reeds moeten trekken. We zouden ons af moeten vragen, is dit gewoon een voorstelling van de dagelijkse gang van zaken in de dagen van Noach, of is dit ook een teken? En als het een teken is, waar is dit dan de uitbeelding van?
In Bijbels Optiek
De mensen in onze tijd zijn niet veel anders dan in de tijd toen Noach op last van God de ark bouwde en hem en zijn familie veilig door de zondvloed te loodsen. De mensheid bekeerde zich niet, evenals in deze tijd men steeds meer van het christelijk geloof afvalt.
Allereerst zullen we stilstaan bij het “etende en drinkende”. Dit komen we aldus de Kanttekeningen der Statenvertaling tegen in Judas 1:12, waar staat:
Jud.1:12:” Dezen zijn vlekken in uw liefdemaaltijden, en als zij met u ter maaltijd zijn, weiden zij zichzelven zonder vreze; zij zijn waterloze wolken, die van de winden omgedreven worden; zij zijn als bomen in het afgaan van den herfst, onvruchtbaar, tweemaal verstorven, en ontworteld”.
Wat zo mooi is aan de brief van Judas, is dat hij in zijn zorgvuldig gekozen bewoordingen, zondige engelen en ongelovigen met elkaar verweeft, zodat je bijna geen verschil kunt opmaken tussen beiden. Dat is ook hier het geval. Want waterloze wolken is de verwijzing naar hemelse lichamen, dat zijn engelen die Judas in vers 6 benoemd. Maar de “dezen”, die maaltijd hebben met hen, zijn de goddelozen, die zonder vreze des Here zichzelf weiden.
Trouwende en ten huwelijk uitgevende in de dagen van Noach.
Laten we dit even vasthouden en even het vers verder lezen na “etende en drinkende”. Dan lezen we: “trouwende en ten huwelijk uitgevende”. Welke visie zou hier achter kunnen zitten?
In hetzelfde Bijbelboek Judas lezen we namelijk over de zondige engelen.
Jud.1:6 :” En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard”.
Jud.1:7:” Gelijk Sodoma en Gomorra, en de steden rondom dezelve, die op gelijke wijze als deze gehoereerd hebben, en ander vlees zijn nagegaan, tot een voorbeeld voorgesteld zijn, dragende de straf des eeuwigen vuurs”..
Allereerst zullen we stilstaan bij het “etende en drinkende”. Dit komen we aldus de Kanttekeningen der Statenvertaling tegen in Judas 1:12, waar staat:
Jud.1:12:” Dezen zijn vlekken in uw liefdemaaltijden, en als zij met u ter maaltijd zijn, weiden zij zichzelven zonder vreze; zij zijn waterloze wolken, die van de winden omgedreven worden; zij zijn als bomen in het afgaan van den herfst, onvruchtbaar, tweemaal verstorven, en ontworteld”.
Wat zo mooi is aan de brief van Judas, is dat hij in zijn zorgvuldig gekozen bewoordingen, zondige engelen en ongelovigen met elkaar verweeft, zodat je bijna geen verschil kunt opmaken tussen beiden. Dat is ook hier het geval. Want waterloze wolken is de verwijzing naar hemelse lichamen, dat zijn engelen die Judas in vers 6 benoemd. Maar de “dezen”, die maaltijd hebben met hen, zijn de goddelozen, die zonder vreze des Here zichzelf weiden.
Trouwende en ten huwelijk uitgevende in de dagen van Noach.
Laten we dit even vasthouden en even het vers verder lezen na “etende en drinkende”. Dan lezen we: “trouwende en ten huwelijk uitgevende”. Welke visie zou hier achter kunnen zitten?
In hetzelfde Bijbelboek Judas lezen we namelijk over de zondige engelen.
Jud.1:6 :” En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard”.
Jud.1:7:” Gelijk Sodoma en Gomorra, en de steden rondom dezelve, die op gelijke wijze als deze gehoereerd hebben, en ander vlees zijn nagegaan, tot een voorbeeld voorgesteld zijn, dragende de straf des eeuwigen vuurs”..
In Bijbels Optiek
Toen Lot in de avondschemering in de poort van Sodom zat, kwamen de engelen in de stad aan en Lot heette hen op de gebruikelijke oosterse manier welkom.
De engelen die hun beginsel niet bewaarden, hebben, volgens Judas, hun eigen woonstede verlaten. Een engel is een hemelwezen en is dus per definitie onzichtbaar. Want die hemel is onzienlijk volgens de Schrift (Col.1:16). De hemel, die onzienlijke wereld, is de woonstede van de engelen, net zoals de wereld de woonstede van de mens is, omdat de mens uit het stof der aarde geformeerd is (Gen.2:7).
Als een engel de onzienlijke woonstede verlaat, wat gebeurt er dan? Denk aan Sodom en Gomorra, waar Judas ons specifiek op wijst.
Gen.19:1 :”En die twee engelen kwamen te Sodom in den avond; en Lot zat in de poort te Sodom; en als Lot hen zag, stond hij op hun tegemoet, en boog zich met het aangezicht ter aarde”.
Engelen worden zichtbaar als zij hun woonstede verlaten. Nu in dit geval, waren het engelen die in opdracht van de Here God zichtbaar moesten worden voor een specifieke opdracht. Zij hebben hun beginsel wel bewaard, hoewel zij hun woonstede tijdelijk verlieten. Als u zelf de tijd zou nemen om dit verhaal van Lot in Sodom te bestuderen, begrijpt u hopelijk hoe contextueel deze conclusie te trekken valt.
In Sodom kwamen wel vaker engelen, dan alleen deze twee. Judas zegt daarover dat de inwoners van Sodom en Gomorra hebben gehoereerd, namelijk ánder vlees zijn nagegaan. Onder ander vlees kan alles verstaan worden. Dat kun je met de meeste Bijbelvertalers eens zijn. Zo wordt gedacht aan homoseksualiteit om aan bestialiteit. Maar als we lezen wat de Sodomieten met deze twee engelen wilden doen, is heel goed te begrijpen wat Judas bedoelt met “ander” vlees.
Gen.19:5:” En zij riepen Lot toe, en zeiden tot hem: Waar zijn die mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot ons, opdat wij ze bekennen”.
De engelen die hun beginsel niet bewaarden, hebben, volgens Judas, hun eigen woonstede verlaten. Een engel is een hemelwezen en is dus per definitie onzichtbaar. Want die hemel is onzienlijk volgens de Schrift (Col.1:16). De hemel, die onzienlijke wereld, is de woonstede van de engelen, net zoals de wereld de woonstede van de mens is, omdat de mens uit het stof der aarde geformeerd is (Gen.2:7).
Als een engel de onzienlijke woonstede verlaat, wat gebeurt er dan? Denk aan Sodom en Gomorra, waar Judas ons specifiek op wijst.
Gen.19:1 :”En die twee engelen kwamen te Sodom in den avond; en Lot zat in de poort te Sodom; en als Lot hen zag, stond hij op hun tegemoet, en boog zich met het aangezicht ter aarde”.
Engelen worden zichtbaar als zij hun woonstede verlaten. Nu in dit geval, waren het engelen die in opdracht van de Here God zichtbaar moesten worden voor een specifieke opdracht. Zij hebben hun beginsel wel bewaard, hoewel zij hun woonstede tijdelijk verlieten. Als u zelf de tijd zou nemen om dit verhaal van Lot in Sodom te bestuderen, begrijpt u hopelijk hoe contextueel deze conclusie te trekken valt.
In Sodom kwamen wel vaker engelen, dan alleen deze twee. Judas zegt daarover dat de inwoners van Sodom en Gomorra hebben gehoereerd, namelijk ánder vlees zijn nagegaan. Onder ander vlees kan alles verstaan worden. Dat kun je met de meeste Bijbelvertalers eens zijn. Zo wordt gedacht aan homoseksualiteit om aan bestialiteit. Maar als we lezen wat de Sodomieten met deze twee engelen wilden doen, is heel goed te begrijpen wat Judas bedoelt met “ander” vlees.
Gen.19:5:” En zij riepen Lot toe, en zeiden tot hem: Waar zijn die mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot ons, opdat wij ze bekennen”.
In Bijbels Optiek
Als de engelen te Sodom aangekomen zijn om Lot en zijn familie te waarschuwen voor de vreselijke ramp, die over de stad zal komen, zoeken de mannen het huis van Lot op om seks te hebben met de engelen, die zij voor mannen aanzien. Ze worden met blindheid geslagen.
Het ging gewoon om ordinaire seks. Seks met engelen. De mannen van Sodom wisten heel goed dat de twee mannen in het huis van Lot, engelen waren. Want in Genesis komen we, uitgerekend in de dagen van Noach, deze seksuele omgang tussen mensen en “ander” vlees ook tegen.
Het ging gewoon om ordinaire seks. Seks met engelen. De mannen van Sodom wisten heel goed dat de twee mannen in het huis van Lot, engelen waren. Want in Genesis komen we, uitgerekend in de dagen van Noach, deze seksuele omgang tussen mensen en “ander” vlees ook tegen.
In Bijbels Optiek
De engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben en tot de mensen afgedaald zijn en gemeenschap met vrouwen van het menselijk geslacht bedreven, brachten gedrochtelijke wezens voort, bijv. de reuzen, die we in het Oude Testament tegenkomen.
Wanneer u de moeite neemt de volgende tekst uit Genesis goed tot u door te laten dringen, zult u bovenstaande afbeelding beter begrijpen (lees in dit verband op deze website onder “Studies”: Hoe ontstond het reuzengeslacht op aarde en was hun doel?)
Gen.6:1:” En het geschiedde, als de mensen op den aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden, 2 Dat Gods zonen (engelen) de dochteren der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkozen hadden”.
Wanneer u de moeite neemt de volgende tekst uit Genesis goed tot u door te laten dringen, zult u bovenstaande afbeelding beter begrijpen (lees in dit verband op deze website onder “Studies”: Hoe ontstond het reuzengeslacht op aarde en was hun doel?)
Gen.6:1:” En het geschiedde, als de mensen op den aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden, 2 Dat Gods zonen (engelen) de dochteren der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkozen hadden”.
In Bijbels Optiek
Hier het overbekende gevecht tussen David en de reus Goliath van Gath, dat uitliep op de overwinning voor Israël. Goliath was geboren uit zo’n verbintenis.
Gen.6:4 In die dagen waren er reuzen op de aarde, en ook daarna, als Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name.
Hier vinden we ook engelen die hun woonstede hebben verlaten en zelfs nageslacht hebben verwekt bij vrouwen. In de dagen van voor de zondvloed waren er reuzen op aarde en ook daarna lezen we in Gen.6:4. Dat zal ongetwijfeld in de dagen van Lot ook zijn geweest.
Als de Here Jezus dan bezig is met tekenen te geven over Zijn toekomst, zouden we moeten begrijpen dat het openbaren van het Koninkrijk Gods, inhoudt dat er een vloed komt, namelijk oordeel die hen allen wegneemt. Het trouwende en ten huwelijk uitgevende is mijns inziens gewoon de verwijzing naar seksuele omgang die een man en vrouw hebben. Laten we alsjeblieft niet vergeten dat we in de toekomst geopenbaarde zondige engelen op aarde hebben lopen. En als zij in de dagen van Noach en zelfs na de zondvloed gemeenschap hebben gehad met de vrouwen van mensen, dan zullen ze dat ook doen als satan met zijn zondige engelen geopenbaard zijn op de aarde.
Opb.12:8:” En zij hebben niet vermocht, en hun plaats is niet meer gevonden in den hemel. 9 En de grote draak is geworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd wordt duivel en satanas, die de gehele wereld verleidt, hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen zijn met hem geworpen”.
Gen.6:4 In die dagen waren er reuzen op de aarde, en ook daarna, als Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name.
Hier vinden we ook engelen die hun woonstede hebben verlaten en zelfs nageslacht hebben verwekt bij vrouwen. In de dagen van voor de zondvloed waren er reuzen op aarde en ook daarna lezen we in Gen.6:4. Dat zal ongetwijfeld in de dagen van Lot ook zijn geweest.
Als de Here Jezus dan bezig is met tekenen te geven over Zijn toekomst, zouden we moeten begrijpen dat het openbaren van het Koninkrijk Gods, inhoudt dat er een vloed komt, namelijk oordeel die hen allen wegneemt. Het trouwende en ten huwelijk uitgevende is mijns inziens gewoon de verwijzing naar seksuele omgang die een man en vrouw hebben. Laten we alsjeblieft niet vergeten dat we in de toekomst geopenbaarde zondige engelen op aarde hebben lopen. En als zij in de dagen van Noach en zelfs na de zondvloed gemeenschap hebben gehad met de vrouwen van mensen, dan zullen ze dat ook doen als satan met zijn zondige engelen geopenbaard zijn op de aarde.
Opb.12:8:” En zij hebben niet vermocht, en hun plaats is niet meer gevonden in den hemel. 9 En de grote draak is geworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd wordt duivel en satanas, die de gehele wereld verleidt, hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen zijn met hem geworpen”.
In Bijbels Optiek
Na de opname van de Gemeente van de Here Jezus Christus van de aarde en ook de Heilige Geest van onze planeet zal zijn verdwenen, zal het kwaad zich ten volle ontplooien. Dan zal het weer worden als in de dagen van Noach en zullen de zondige engelen weer ingaan tot de dochters der mensen en zullen daaruit wezens ontstaan, die een totaal ander DNA hebben dan de gewone aardse mens.
Vanaf de Opname van de Gemeente zullen er vele, vele geopenbaarde zondige engelen zijn, die hoogst waarschijnlijk, net als in de dagen van Noach, waar de Here Jezus ons specifiek op wijst, zullen ingaan tot de dochters der mensen. Dan is er wederom sprake van het nagaan van “ander” vlees, zoals Judas dat al zei en zullen de dochters met hen trouwen, dan wel ten huwelijk uitgegeven worden, zoals dat in het Midden-Oosten veelvuldig het gebruik is. Want het antichristelijke wereldrijk van Babel, is in het Midden-Oosten gevestigd.
Matt.24:37:” En gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
DNA verandering.
Naast er seksuele omgang zal zijn tussen de uit de hemel geworpen engelen van de satan, ná de Opname van de Gemeente en vrouwen hier op aarde en dat er dus weer reuzen zullen geboren worden, geloof ik dat de “dagen van Noach” (waar de Heer specifiek even bij stil staat), nog een andere gelijkenis kent, op een heel ander niveau.
Want dat de dagen vóór de zondvloed in vele opzichten anders waren dan onze huidige tijdsperiode, staat buiten onderwerp van discussie.
Vóór Genesis 6 vinden we, hoe kan het ook anders, Genesis 5. Dat hoofdstuk is vrij saai om te lezen. Het is namelijk één van de vele geslachtsberekeningen die de Bijbel rijk is. En gelukkig staan ze in de Bijbel, zodat onomstotelijk vastgesteld kan worden dat Jezus de Enige echte laatste Adam is. Lezen is saai, maar bestuderen is veel interessanter. We vinden de leeftijden van de eerste aartsvaders op het moment dat zij zonen kregen en bij hun sterven. Die leeftijden lagen in de dagen van voor de zondvloed vele malen hoger dan vandaag de dag het geval is. De oudste Bijbelse persoon is Methusalalach, die in andere vertalingen van de Bijbel ook wel Metusalem genoemd wordt.
Gen.5:27 :”Zo waren al de dagen van Methusalach negenhonderd negen en zestig jaren; en hij stierf”.
Vanaf de Opname van de Gemeente zullen er vele, vele geopenbaarde zondige engelen zijn, die hoogst waarschijnlijk, net als in de dagen van Noach, waar de Here Jezus ons specifiek op wijst, zullen ingaan tot de dochters der mensen. Dan is er wederom sprake van het nagaan van “ander” vlees, zoals Judas dat al zei en zullen de dochters met hen trouwen, dan wel ten huwelijk uitgegeven worden, zoals dat in het Midden-Oosten veelvuldig het gebruik is. Want het antichristelijke wereldrijk van Babel, is in het Midden-Oosten gevestigd.
Matt.24:37:” En gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Matt.24:38:” Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging”.
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
DNA verandering.
Naast er seksuele omgang zal zijn tussen de uit de hemel geworpen engelen van de satan, ná de Opname van de Gemeente en vrouwen hier op aarde en dat er dus weer reuzen zullen geboren worden, geloof ik dat de “dagen van Noach” (waar de Heer specifiek even bij stil staat), nog een andere gelijkenis kent, op een heel ander niveau.
Want dat de dagen vóór de zondvloed in vele opzichten anders waren dan onze huidige tijdsperiode, staat buiten onderwerp van discussie.
Vóór Genesis 6 vinden we, hoe kan het ook anders, Genesis 5. Dat hoofdstuk is vrij saai om te lezen. Het is namelijk één van de vele geslachtsberekeningen die de Bijbel rijk is. En gelukkig staan ze in de Bijbel, zodat onomstotelijk vastgesteld kan worden dat Jezus de Enige echte laatste Adam is. Lezen is saai, maar bestuderen is veel interessanter. We vinden de leeftijden van de eerste aartsvaders op het moment dat zij zonen kregen en bij hun sterven. Die leeftijden lagen in de dagen van voor de zondvloed vele malen hoger dan vandaag de dag het geval is. De oudste Bijbelse persoon is Methusalalach, die in andere vertalingen van de Bijbel ook wel Metusalem genoemd wordt.
Gen.5:27 :”Zo waren al de dagen van Methusalach negenhonderd negen en zestig jaren; en hij stierf”.
In Bijbels Optiek
Methusalem werd de oudste mens ooit op aarde, zijn leeftijd telde 969 jaren.
Deze Bijbelgelovige werd bijna 1000 jaren oud. En dan maken we direct een sprong naar de 1000 jaren waar de Here Jezus het over heeft. Want in die 1000 jaren, zo is de bedoeling, zal men wederom heel oud worden en zelfs de 1000 jaren overleven.
Even terug in Matt.24 lazen we over dat geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Dat slaat op de mensen die na de 70ste week wedergeboren worden en dus per definitie het Koninkrijk in zullen gaan. Zij zullen dus volgens Matt.24:34 blijven leven wanneer al deze dingen zullen geschied zijn.
Welke dingen zijn dat dan? Dat staat in Matt.24:35, ‘het voorbijgaan van de hemel en de aarde’. Dit houdt in dat “dit geslacht” een verandering in het DNA ontvangt waardoor de mensen weer honderden jaren oud kunnen worden. Want dat is exact wat we zojuist lazen:
De dagen van Noach, van vóór de zondvloed zullen gelijk zijn aan de Zoon des mensen bij Zijn parousia of verschijning (vers 37 en 38). Dan zouden we inderdaad moeten denken aan de patriarch Methusalach, Gen 5:27, hij werd 969 jaar, “…en hij stierf”. Maar ook in de 1000 jaren zal men kunnen sterven. Dat lezen we bijvoorbeeld in Jesaja 65.
Jes.65:20:” Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van weinig dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen”.
Dit is de uitgangspositie van de mens in de duizend jaren. Een oude man zou zijn dagen gewoon vervullen. Dat betekent dat men niet sterft, maar gewoon oud en ouder kan worden. Dat leest net als Matt.24 over het geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Maar dan lezen we door:
“want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden”.
“want een jongeling zal sterven - honderd jaren oud zijnde
en
maar een zondaar, zal vervloekt worden - honderd jaren oud zijnde”
Als Methusalach bijna 1000 jaar werd en een zelfde soort situatie ontstaat in de duizend jaren, dan is een honderdjarige een jongeling. Dat is een tiende van zijn hele leven om het zo maar te zeggen. In onze dagen hebben we het dan over een kind van 7 tot 10 jaar.
De reden waarom men toch kan sterven in het Koninkrijk is omdat men vervloekt kan worden. Waarom wordt men dan vervloekt? Omdat men een zondaar is, want hoewel de satan gebonden is, is de zonde nog altijd in de aardse mens aanwezig. U weet toch dat vlees en bloed van deze aarde, nog altijd géén deel uit maken van die Nieuwe Schepping waar iedereen op wacht? Deze zonde, van de 100-jarige zondaar, is dan ook niet zomaar een zonde, het is ongeloof.
Maar er leefden toch alleen wedergeboren mensen in de 1000 jaren? Ja, bij de aanvang van de 1000 jaren wel. Maar u moet begrijpen dat zij net zulke mensen zijn als wij en dus ook een gezin zullen stichten. En ook hun kinderen zullen zelf een bewuste keuze voor de Koning moeten maken en wedergeboren moeten worden, willen zij blijven leven en niet sterven.
Dus als men 100 jaar oud is en men leeft dan nog in ongeloof, dan zal men alsnog sterven.
Tot slot willen we nog even met u stilstaan bij het laatste vers over de dagen van Noach. Daar staat:
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
Deze Bijbelgelovige werd bijna 1000 jaren oud. En dan maken we direct een sprong naar de 1000 jaren waar de Here Jezus het over heeft. Want in die 1000 jaren, zo is de bedoeling, zal men wederom heel oud worden en zelfs de 1000 jaren overleven.
Even terug in Matt.24 lazen we over dat geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Dat slaat op de mensen die na de 70ste week wedergeboren worden en dus per definitie het Koninkrijk in zullen gaan. Zij zullen dus volgens Matt.24:34 blijven leven wanneer al deze dingen zullen geschied zijn.
Welke dingen zijn dat dan? Dat staat in Matt.24:35, ‘het voorbijgaan van de hemel en de aarde’. Dit houdt in dat “dit geslacht” een verandering in het DNA ontvangt waardoor de mensen weer honderden jaren oud kunnen worden. Want dat is exact wat we zojuist lazen:
De dagen van Noach, van vóór de zondvloed zullen gelijk zijn aan de Zoon des mensen bij Zijn parousia of verschijning (vers 37 en 38). Dan zouden we inderdaad moeten denken aan de patriarch Methusalach, Gen 5:27, hij werd 969 jaar, “…en hij stierf”. Maar ook in de 1000 jaren zal men kunnen sterven. Dat lezen we bijvoorbeeld in Jesaja 65.
Jes.65:20:” Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van weinig dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen”.
Dit is de uitgangspositie van de mens in de duizend jaren. Een oude man zou zijn dagen gewoon vervullen. Dat betekent dat men niet sterft, maar gewoon oud en ouder kan worden. Dat leest net als Matt.24 over het geslacht dat geenszins voorbij zal gaan. Maar dan lezen we door:
“want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden”.
“want een jongeling zal sterven - honderd jaren oud zijnde
en
maar een zondaar, zal vervloekt worden - honderd jaren oud zijnde”
Als Methusalach bijna 1000 jaar werd en een zelfde soort situatie ontstaat in de duizend jaren, dan is een honderdjarige een jongeling. Dat is een tiende van zijn hele leven om het zo maar te zeggen. In onze dagen hebben we het dan over een kind van 7 tot 10 jaar.
De reden waarom men toch kan sterven in het Koninkrijk is omdat men vervloekt kan worden. Waarom wordt men dan vervloekt? Omdat men een zondaar is, want hoewel de satan gebonden is, is de zonde nog altijd in de aardse mens aanwezig. U weet toch dat vlees en bloed van deze aarde, nog altijd géén deel uit maken van die Nieuwe Schepping waar iedereen op wacht? Deze zonde, van de 100-jarige zondaar, is dan ook niet zomaar een zonde, het is ongeloof.
Maar er leefden toch alleen wedergeboren mensen in de 1000 jaren? Ja, bij de aanvang van de 1000 jaren wel. Maar u moet begrijpen dat zij net zulke mensen zijn als wij en dus ook een gezin zullen stichten. En ook hun kinderen zullen zelf een bewuste keuze voor de Koning moeten maken en wedergeboren moeten worden, willen zij blijven leven en niet sterven.
Dus als men 100 jaar oud is en men leeft dan nog in ongeloof, dan zal men alsnog sterven.
Tot slot willen we nog even met u stilstaan bij het laatste vers over de dagen van Noach. Daar staat:
Matt.24:39:” En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen”.
In Bijbels Optiek
Toen Gods geduld op was en Noach en zijn gezin veilig in de ark waren, begon het te regenen. De mensen hadden de kans gehad zich tot de levende God te bekeren, maar zagen nu dat het te laat was en probeerden zich nog wanhopig ergens aan vast te klampen.
Wanneer de Zoon des mensen gekomen is, geopenbaard is in heerlijkheid en u met Hem geopenbaard bent in heerlijkheid (Kol.3:4), zal de Here Jezus Christus beginnen aan het openbaren van Zijn Koninkrijk. De wereld leeft in een vreselijke tijd, omdat de satan ook geopenbaard is en de mensheid poogt te onderwerpen aan zijn antichristelijk regime, en deed het, en het gelukte wel (Dan.8:12). In dat regime is de verering van de gruwel der verwoesting een feit en zullen zij die dat niet doen en zich niet onderwerpen aan dit regime, onthoofd worden (zoals de Koran ook voorschrijft). Daarom lazen we dan ook dat direct na de Wederkomst van onze Here, Hij Zijn uitverkoren bijeen zal vergaderen, zodat uit hen 144.000 verzegeld kunnen worden, zodat zij het evangelie van het Koninkrijk kunnen verspreiden.
Men zal verkondigen dat men zich niet moet onderwerpen aan het beest, met alles wat daarbij hoort, maar wedergeboren moet worden zodat men die ‘ark’ binnen kan gaan. Juist, net als in de dagen van Noach. Want als het Koninkrijk begint, zullen alle ongelovigen van de aarde weggedaan zijn, opgenomen zijn in de hemel.
Samenvattend: vanaf de Wederkomst zullen er grote overeenkomsten zijn qua zonde en qua leefsituatie als in de dagen van Noach van vóór de zondvloed. En boven alles zal men tot geloof en erkenning moeten komen dat Jezus de Christus is, de enige Koning, die God heeft aangesteld.
Matt.24:40 “Arrestatie en vergeving”.
Matt.24:40, 41:” Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden. Er zullen twee vrouwen malen in den molen, de ene zal aangenomen, en de andere zal verlaten worden”.
En dan komen we volgens vele gelovigen ineens in de tekst ter plekke bij de Opname van de Gemeente terecht. Kennelijk is dat logisch als de Gemeente kort daarvoor al mét de Heer is Wedergekomen. Het is juist onlogisch. En het past ook totaal niet in de prachtige chronologie die de Heer ons schetst. Matt.24 is juist daarom zo belangrijk, omdat het zo’n zeldzame chronologische profetie is,de ruggengraat van de profetie zelfs..
De eerste en meest voorkomende fout die men maakt, door te zeggen dat dit slaat op de Opname van de Gemeente is gelegen in het uit elkaar trekken van de chronologie van Matt.24. Dat komt door gebrek aan Bijbelkennis. Ten tweede hebben we daarom extra Schriftplaatsen nodig om aan te geven dat de Opname van de Gemeente geen fabel is, maar werkelijkheid. Alleen we moeten wel lezen wat er wél staat en wat er niet staat in een bepaalde tekst. En dat is punt drie. De vertaling impliceert dat dit spreekt over de Opname van de Gemeente omdat de woorden “aangenomen” en “verlaten”, lezen als Opgenomen worden (1 Thess.4:17).
Wanneer de Zoon des mensen gekomen is, geopenbaard is in heerlijkheid en u met Hem geopenbaard bent in heerlijkheid (Kol.3:4), zal de Here Jezus Christus beginnen aan het openbaren van Zijn Koninkrijk. De wereld leeft in een vreselijke tijd, omdat de satan ook geopenbaard is en de mensheid poogt te onderwerpen aan zijn antichristelijk regime, en deed het, en het gelukte wel (Dan.8:12). In dat regime is de verering van de gruwel der verwoesting een feit en zullen zij die dat niet doen en zich niet onderwerpen aan dit regime, onthoofd worden (zoals de Koran ook voorschrijft). Daarom lazen we dan ook dat direct na de Wederkomst van onze Here, Hij Zijn uitverkoren bijeen zal vergaderen, zodat uit hen 144.000 verzegeld kunnen worden, zodat zij het evangelie van het Koninkrijk kunnen verspreiden.
Men zal verkondigen dat men zich niet moet onderwerpen aan het beest, met alles wat daarbij hoort, maar wedergeboren moet worden zodat men die ‘ark’ binnen kan gaan. Juist, net als in de dagen van Noach. Want als het Koninkrijk begint, zullen alle ongelovigen van de aarde weggedaan zijn, opgenomen zijn in de hemel.
Samenvattend: vanaf de Wederkomst zullen er grote overeenkomsten zijn qua zonde en qua leefsituatie als in de dagen van Noach van vóór de zondvloed. En boven alles zal men tot geloof en erkenning moeten komen dat Jezus de Christus is, de enige Koning, die God heeft aangesteld.
Matt.24:40 “Arrestatie en vergeving”.
Matt.24:40, 41:” Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden. Er zullen twee vrouwen malen in den molen, de ene zal aangenomen, en de andere zal verlaten worden”.
En dan komen we volgens vele gelovigen ineens in de tekst ter plekke bij de Opname van de Gemeente terecht. Kennelijk is dat logisch als de Gemeente kort daarvoor al mét de Heer is Wedergekomen. Het is juist onlogisch. En het past ook totaal niet in de prachtige chronologie die de Heer ons schetst. Matt.24 is juist daarom zo belangrijk, omdat het zo’n zeldzame chronologische profetie is,de ruggengraat van de profetie zelfs..
De eerste en meest voorkomende fout die men maakt, door te zeggen dat dit slaat op de Opname van de Gemeente is gelegen in het uit elkaar trekken van de chronologie van Matt.24. Dat komt door gebrek aan Bijbelkennis. Ten tweede hebben we daarom extra Schriftplaatsen nodig om aan te geven dat de Opname van de Gemeente geen fabel is, maar werkelijkheid. Alleen we moeten wel lezen wat er wél staat en wat er niet staat in een bepaalde tekst. En dat is punt drie. De vertaling impliceert dat dit spreekt over de Opname van de Gemeente omdat de woorden “aangenomen” en “verlaten”, lezen als Opgenomen worden (1 Thess.4:17).
In Bijbels Optiek
Als je aangeklaagd of beschuldigd wordt, dan wordt je vervolgens gearresteerd, daarna weggebracht en vastgezet in de gevangenis.
Matt.24:40:” Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal aangenomen... worden”.
Aangenomen is in het Grieks “paralambano”. Dat zijn twee Griekse woorden die aan elkaar gekoppeld zijn. “Para” betekent “beschuldiging, aangeklaagd” en “lambano” betekent “gepakt, vast gezet, weggebracht”. Paralambano kunnen we misschien beter vertalen met “gearresteerd”. Want iemand die vastgezet of gepakt wordt in de zin dat er grond voor is, zoals een beschuldiging een goede grond is, dat doen we met arrestanten.
Matt.24:40:” …en de ander zal gelaten worden”.
Gelaten worden is in het Grieks “aphiemi”. Dit woord heeft de betekenis van ‘vergeven’ en ‘met rust gelaten worden’. Of ‘in de vrede gelaten worden’.
Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal genomen (gearresteerd), en de ander zal (in de rust) gelaten worden.
Matt.24:41:” Er zullen twee vrouwen malen in den molen, de ene zal (aan)genomen, en de andere zal (ver)gelaten worden”.
Zij die gelaten worden en dus mogen blijven, gaan de 1000 jaren in, op grond van wedergeboorte! Zij die genomen worden, worden dus niet opgenomen naar de hemel, maar worden naar beneden gebracht.
Als alle ongelovigen van de aarde zijn weggenomen en de satan gebonden zal zijn, dan zullen de 1000 jaren aanvangen. De 1000 jaren van het geopenbaarde Koninkrijk Gods.
Als dit nieuw voor u is, onderzoekt u dan zelf de Bijbel. Toetst ook deze woorden, want alleen de Bijbel is de Waarheid!
Matt.24:40:” Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal aangenomen... worden”.
Aangenomen is in het Grieks “paralambano”. Dat zijn twee Griekse woorden die aan elkaar gekoppeld zijn. “Para” betekent “beschuldiging, aangeklaagd” en “lambano” betekent “gepakt, vast gezet, weggebracht”. Paralambano kunnen we misschien beter vertalen met “gearresteerd”. Want iemand die vastgezet of gepakt wordt in de zin dat er grond voor is, zoals een beschuldiging een goede grond is, dat doen we met arrestanten.
Matt.24:40:” …en de ander zal gelaten worden”.
Gelaten worden is in het Grieks “aphiemi”. Dit woord heeft de betekenis van ‘vergeven’ en ‘met rust gelaten worden’. Of ‘in de vrede gelaten worden’.
Alsdan zullen er twee op den akker zijn, de een zal genomen (gearresteerd), en de ander zal (in de rust) gelaten worden.
Matt.24:41:” Er zullen twee vrouwen malen in den molen, de ene zal (aan)genomen, en de andere zal (ver)gelaten worden”.
Zij die gelaten worden en dus mogen blijven, gaan de 1000 jaren in, op grond van wedergeboorte! Zij die genomen worden, worden dus niet opgenomen naar de hemel, maar worden naar beneden gebracht.
Als alle ongelovigen van de aarde zijn weggenomen en de satan gebonden zal zijn, dan zullen de 1000 jaren aanvangen. De 1000 jaren van het geopenbaarde Koninkrijk Gods.
Als dit nieuw voor u is, onderzoekt u dan zelf de Bijbel. Toetst ook deze woorden, want alleen de Bijbel is de Waarheid!